Beheersbare migratie

Adriaan zag in Griekse vluchtelingenkampen hoe zwaar vluchtelingen het hebben.

Hoe vrij zijn we als we niet zoals Adriaan solidair zijn met vluchtelingen? Beeld: Adriaan

Elke dag willen mensen een nieuw leven beginnen in Nederland. Soms zijn dat mensen die vluchten voor oorlog, onderdrukking of klimaatverandering. Maar het overgrote deel van de migranten bestaat uit mensen die in een ander land willen werken of studeren. Voor beide groepen zijn perspectief en duidelijkheid belangrijk. De verschrikkelijke beelden van kinderen in vluchtelingenkampen in Griekenland of de volle bootjes die op de Middellandse Zee in de problemen raakten, laten zien hoe belangrijk het is om grip te krijgen op irreguliere migratie. Dat vraagt een Europese, grensoverschrijdende aanpak. Menswaardigheid en naleving van het Vluchtelingenverdrag staan hierbij voorop. We dragen bij aan meer stabiliteit en veiligheid in de landen rondom Europa, maken duidelijke, zorgvuldige asielprocedures en zorgen voor humane opvang.

Circulaire migratie

De Nederlandse bevolking vergrijst snel. In de toekomst dragen minder werkende mensen de lasten voor een steeds grotere groep Nederlanders. Dat hoeft geen probleem te zijn: veel mensen uit het buitenland werken graag in Nederland. Daarom willen we het makkelijker maken voor mensen buiten de EU om hier te komen werken. In sommige sectoren kunnen arbeidsmigranten een grote bijdrage leveren aan Nederlandse bedrijven. Als we deze mensen tijdelijk werk en een veilige reis bieden, dragen zij bij aan onze economie. D66 wil legale arbeidsmigratie daarom stimuleren, zoals ook gebeurt in landen als het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Wel zijn er strenge voorwaarden: arbeidsmigratie is tijdelijk en moet in lijn zijn met het internationaal recht. Daarnaast mag arbeidsmigratie nooit een goedkoop alternatief zijn voor Nederlandse werkenden: de voorwaarden waaronder ze werken moeten dezelfde zijn.

  • In de EU pleiten we voor pilots waarbij arbeidsmigranten een tijdelijk visum krijgen.
  • In Nederland maakt een commissie voor arbeidsmigratie een inschatting van de behoefte aan legale migranten op de arbeidsmarkt.
  • Tijdelijke arbeidsmigratie wordt gekoppeld aan afspraken met de landen waar migranten vandaan komen. Deze afspraken gaan over het terugnemen van illegale migranten die hier niet mogen blijven, maar ook over investeringen in onderwijs, economie, handel en mensenrechten.
  • Bij terugkeer van arbeidsmigranten wordt geholpen met re-integratie. Hier opgebouwde pensioen- en AOW-rechten worden uitbetaald in de vorm van een lumpsum in het land van herkomst.
  • De overheid helpt werkgevers bij het aannemen van tijdelijke arbeidsmigranten en bij het bieden van onderdak, scholing (zoals een basiscursus Nederlands) en terugkeer.
  • Uitbuiting van arbeidsmigranten wordt voorkomen. Tegen misstanden wordt hard opgetreden. Werkgevers en uitzendbureaus die zich hier schuldig aan maken, worden aangepakt door de Inspectie SZW. Er komt een laagdrempelige manier waarop arbeidsmigranten klachten kunnen melden. Een bed is niet langer direct afhankelijk van werk. Ook de zorgverzekering wordt niet door de werkgever beheerd, maar door de arbeidsmigrant. De adviezen van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten worden zo optimaal mogelijk gevolgd.
  • Arbeidsmigranten die zich niet aan de afspraken houden gaan zo snel mogelijk weer terug naar het land van herkomst en komen niet meer in aanmerking voor een (tijdelijk) visum.
  • We willen uitbreiding van de “Blauwe Kaart” naar andere dan alleen de hoogste opleidingsniveaus, zodat meer mensen er gebruik van kunnen maken. Deze kaart is voor mensen van buiten de EU.

Opvang in de regio

Vluchtelingen worden voor het grootste deel opgevangen in de regio van het land waaruit ze zijn gevlucht. Miljoenen vluchtelingen uit Syrië leven in de landen eromheen. Bijna vijf miljoen Venezolanen zijn gevlucht naar buurlanden. Eén miljoen Rohingya-vluchtelingen verblijven in Bangladesh. En in Afrika zijn grote vluchtelingenkampen. Er is dringend behoefte aan hulp. Wat D66 betreft bieden Nederland en de EU deze hulp, maar dragen we ook bij aan de hervestiging van deze mensen.

  • Landen die opvang in de regio bieden helpen we met geld voor onderdak, voedsel, medische zorg en onderwijs. Daar waar mogelijk zet D66 in op het aanpakken van de oorzaken van vluchten.
  • Hervestiging wordt uitgebreid met een verhoging van het nationale UNHCR-quotum van 500 naar 5.000 mensen per jaar. Ter vergelijking: de EU heeft een gezamenlijk quotum van 30.000 mensen per jaar.
  • We bieden ruimte aan pilots om verschillende varianten van private hervestiging te verkennen, waarin mensen of particuliere organisaties vluchtelingen voordragen voor vestiging in Nederland. Zij kunnen daarvoor de kosten dragen en ondersteunen hervestigde vluchtelingen bij de eerste stappen naar integratie.
  • Om asielzoekers in staat te stellen om zonder gevaar Europa te bereiken, zet Nederland zich op Europees niveau in voor humanitaire visa.

Een menselijke Europese aanpak

Voor een grensoverschrijdende aanpak van migratie is een werkend Europees migratie- en asielbeleid noodzakelijk. De onmenselijke toestanden op de Griekse eilanden zijn het meest tastbare bewijs van gebrekkig Europees asielbeleid. Dat moet anders. Alle lidstaten, ook Nederland, moeten verantwoordelijkheid nemen. Een Europees migratie- en asielbeleid moet effectief, eerlijk en menselijk zijn. Dat houdt in dat Europese lidstaten asielzoekers opvangen, procedures snel en zorgvuldig zijn, de opvang menswaardig is en statushouders snel worden geholpen met integratie.

  • We respecteren het recht om asiel aan te vragen. Aan de grens van Europa moeten asielzoekers worden opgevangen in menswaardige opvangcentra: met goede huisvesting, voeding, medische en psychosociale zorg en toegang tot juridische hulp. In deze centra vindt snelle screening plaats door het Europees Asielagentschap. Deze eerste screening wordt altijd gevolgd door een zorgvuldige procedure.
  • Kansrijke asielzoekers worden volgens een verplichte en vaste verdeelsleutel verdeeld over Europese lidstaten. Hierbij wordt rekening gehouden met de voorkeur van de asielzoeker, de aanwezigheid van familieleden, bevolkingsomvang en behoefte.
  • Voor lidstaten die zich niet aan afspraken binnen het Europese migratie- en asielbeleid houden, volgen sancties.
  • In een EU zonder binnengrenzen dragen we samen de verantwoordelijkheid om de buitengrenzen te controleren. Ook op zee is deze controle humaan.
  • Op EU-niveau werken we samen met landen van herkomst en transitlanden, bijvoorbeeld door het bieden van studievisa en tijdelijke arbeidsmigratie.
  • We zetten in op veilige migratieroutes om mensensmokkel, uitbuiting, gevangenschap en levensgevaarlijke reizen in gammele bootjes op de Middellandse Zee te voorkomen.
  • We zijn realistisch over het maken van Europese afspraken over migratie en asiel. Als het niet lukt Hongarije, Polen, Slowakije en Tsjechië hierin mee te krijgen, maken we met een meerderheid van EU-lidstaten afspraken over een eerlijke verdeling van asielzoekers.
  • Om op korte termijn de situatie op de Griekse eilanden te verlichten, zet Nederland zich op Europees niveau in voor het maken van nieuwe relocatieafspraken. Daarnaast neemt Nederland ook zelf direct haar verantwoordelijkheid door kwetsbare asielzoekers uit de Griekse kampen op te nemen en in Nederland de asielprocedure te laten doorlopen.

Een snelle en zorgvuldige procedure

Mensen die in Nederland asiel aanvragen, moeten snel duidelijkheid krijgen. Wie in Nederland mag blijven, moet snel mee kunnen doen in de samenleving. Wie niet mag blijven, moet zo snel mogelijk vertrekken.

  • Instanties zoals de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND), het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) en de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) moeten voldoende mensen, middelen en expertise krijgen om de procedures te versnellen.
  • We houden budget achter de hand, zodat instanties snel kunnen reageren wanneer het aantal asielzoekers toeneemt.
  • Gemeenten krijgen ruimte voor kleinschalige opvang, meer verantwoordelijkheden en het budget dat zij nodig hebben voor de opvang van asielzoekers. De Landelijke Vreemdelingen Voorziening (eerder: Bed, Bad, Broodvoorziening) wordt voortgezet onder regie van de gemeenten en met voldoende rijksfinanciering. Daarbij is er voldoende doorzettingsmacht en creativiteit noodzakelijk om de complexe dossiers van mensen die geen verblijfsvergunning hebben daadwerkelijk op te lossen.
  • Bij schrijnende gevallen beslist het hoofd van de IND. De IND wordt geadviseerd door een breed samengestelde commissie. Al vroeg in de procedure kan hierop worden getoetst.
  • Staatlozen verdienen meer bescherming. Een rechter moet staatsloosheid kunnen vaststellen. Ook wordt altijd getoetst of staatlozen in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning.
  • Bij de verdeling van statushouders over Nederland wordt gekeken waar iemand snel aan het werk kan en voor langere tijd kan blijven. We investeren in huisvesting voor deze mensen.
  • Vaak verdwijnen alleenstaande minderjarige vreemdelingen (AMV’s) uit de opvang, waardoor zij uit het zicht raken. Kleinschalige opvang en dagelijkse begeleiding verbetert het toezicht op deze kinderen. Voor ieder kind maken opvang- en voogdijpartners, gemeente en lokale onderwijs- en jeugdzorgpartners een individueel plan. Bovendien krijgen AMV’s recht op verlengde pleegzorg (tot 21 jaar). In de EU-Opvangrichtlijn spreken we af dat in heel Europa aan iedere AMV’er bij aankomst een voogd wordt toegewezen.
  • Iedereen die moet vertrekken wordt geholpen met een duidelijk plan voor in het land van terugkeer. In Europees verband maken we hier met deze landen afspraken over. Handel, mogelijkheden tot legale migratie en positieve financiële prikkels worden daarvoor ingezet.
  • D66 wil alternatieven voor Vreemdelingenbewaring, zoals een meldplicht of het ondertekenen van een garantstelling. Vreemdelingenbewaring moet het laatste middel zijn voor mensen die niet willen vertrekken.
  • We zijn tegen strafbaarstelling van illegaliteit. Het lost geen enkel probleem op en helpt niet bij vertrek van mensen die hier illegaal verblijven.
  • Asielzoekers die overlast veroorzaken worden gestraft. Deze mensen komen vaak uit veilige landen en maken nauwelijks kans in Nederland te mogen blijven. We maken afspraken met landen van herkomst, het liefst op Europees niveau, zodat deze mensen zo snel mogelijk vertrekken.

Meedoen vanaf dag één

In de asielprocedure gaat veel tijd verloren, waarin mensen die mogen blijven al kunnen integreren. Hoe eerder vluchtelingen kunnen meedoen in de Nederlandse samenleving, hoe beter. D66 wil daarom dat nieuwkomers sneller toegang krijgen tot scholing en werk.

  • In de asielopvang krijg je vanaf dag één les in de Nederlandse taal. Oók als je asielprocedure nog loopt.
  • (Vrijwilligers-) werk wordt voor asielzoekers makkelijker. We zetten diploma’s snel om voor mensen die grote kans hebben om te blijven en verruimen de mogelijkheden om te werken. Hierbij worden werkgevers betrokken.
  • Voor kinderen in de asielopvang wordt een vast zomerschoolprogramma ingesteld. Op deze manier verkleinen we leerachterstanden en maken we de ervaring voor kinderen zo positief mogelijk.
  • We investeren in het aanleggen van een sociale infrastructuur rondom opvanglocaties. In het bijzonder in initiatieven die het mogelijk maken dat vluchtelingen op basis van gelijkwaardigheid – buiten de vrijwillige en professionele hulprelaties om – in contact kunnen komen met Nederlanders. Hiermee benutten en ontsluiten we het potentieel van de grote bereidheid van Nederlanders om aan dit vraagstuk bij te dragen, leren nieuwkomers Nederland (en Nederlanders) in de praktijk kennen en bouwen ze vanaf dag één aan het opbouwen van een nieuw menswaardig bestaan.
  • Meedoen vanaf dag één geldt ook voor gezinsmigranten die zich permanent vestigen in Nederland.