EU mag subsidies korten bij rechtsstaatsschendingen

Vanochtend heeft het Europese Hof van Justitie geoordeeld dat Europese subsidies wel degelijk ingehouden mogen worden van lidstaten die de rechtsstaat niet respecteren. De Poolse en Hongaarse regeringen hadden de zaak aangespannen bij het EU-Hof.

Geen verrassing, wel vertraging

Zij claimen dat de EU-instellingen geen bevoegdheid hebben om over te gaan tot het stellen van rechtsstaatsvoorwaarden aan EU-subsidies. Zoals verwacht maakt het Hof daar dus korte metten mee. Deze uitspraak komt voor niemand als een verrassing, maar het proces heeft wel gezorgd voor veel vertraging. Kostbare tijd, die autocraten als de Hongaarse premier Orbán hebben benut om hun positie verder te verstevigen ten koste van de democratische oppositie.

Europese rechtsstaat op het spel

Per verordening is het stellen van rechtsstaatsvoorwaarden aan EU-subsidies officieel al de wet sinds januari 2021. De Europese Commissie koos er al die tijd voor om de wet niet toe te passen, waarbij zij zich verschool achter deze lopende rechtszaak. Een keuze die voortkomt uit een deal met de EU-regeringsleiders, om de verordening niet te handhaven totdat deze uitspraak er zou liggen. Deze gedoogconstructie is onwettig. Sophie in ’t Veld van D66 in het Europees Parlement neemt grote aanstoot aan deze opstelling van de Europese Commissie:
 
“Laten we niet uit het oog verliezen wat hier gaande is: onze gehele Europese rechtsstaat is op het spel gezet, puur om sommige nationale regeringen niet voor het hoofd stoten. Gelukkig hebben we het onafhankelijke EU-Hof nog. Het is schandalig dat de nationale regeringsleiders en de Europese Commissie meer dan een jaar hebben zitten wachten op een totaal voorspelbare uitspraak. Al die tijd is de wet niet gehandhaafd en kon Victor Orbán z’n gang gaan.” 
 
Met de uitspraak van vandaag heeft de Commissie in ieder geval geen juridische excuses meer om de Verordening niet onmiddellijk toe te passen. Iedere verder vertraging is totaal ongeloofwaardig geworden. Sophie in ’t Veld: 
 
“De Commissie heeft een jaar niets gedaan. Nu mag ik hopen dat ze dat jaar goed gebruikt heeft om een interventie voor te bereiden en dat vandaag nog een brief naar Warschau en Boedapest gaat: we gaan jullie korten.”

Politieke gevolgen

Het bewust niet uitvoeren van een democratisch aangenomen EU-wet is zo ernstig, dat het Europees Parlement de Commissie al voor het Hof heeft gedaagd vanwege nalatigheid. Dat was een zeer uitzonderlijke stap, maar wel een juridische stap. In ’t Veld is van mening dat het Parlement ook politieke gevolgen moet verbinden aan de patstelling die de Commissie kunstmatig in stand houdt:
 
“Als de Commissie nu nog denkt weg te komen met schijnbewegingen en vertragingstactieken, en weigert de basiswaarden van de EU te verdedigen, dan denk ik dat het Europees Parlement naar zijn ultieme wapen moet grijpen.”

Vanmiddag is er een plenair debat in het Europees Parlement over de uitspraak van het Hof. Daarin zal de Commissie – vertegenwoordigd door de Commissaris voor Begrotingszaken Hahn – duidelijk moeten maken dat ze tot actie overgaat. In ‘t Veld sluit niet uit dat de Commissie nieuwe uitvluchten zal zoeken om de verordening niet, dan wel in een sterk verwaterde vorm, uit te voeren:
 
“De Commissie moet laten zien dat ze het vertrouwen van het Parlement nog verdient. Het feit dat Commissievoorzitter Ursula von der Leyen niet zelf naar het debat komt vanmiddag is alvast een heel slecht voorteken. Als je dit geen Chefsache vindt dan is er iets grondig mis met je democratische kompas.”