Jorien Wuite geeft haar maidenspeech: “Ons verhaal begint al ver voor de geboorte van uw en mijn ouders.”

Jorien Wuite gaf haar maidenspeech tijdens de Begroting Koninkrijksrelaties. Hieronder lees je de speech terug.

13.10.2021

Wat een eer hier te mogen zijn. In het hart van onze democratie. Voor mijn maidenspeech over onder andere de wijze les van mijn tante, de kracht van Irma. Een verhaal over u en over mij.

Mijn tante Marjorie vertelde me namelijk laatst dat decennia geleden door mijn grootvader is voorspeld dat ik hier zou staan. Onder de zogenaamde Sandbox tree: een boom waar veel gemeenschapszaken op Sint Maarten besproken en gepland werden door mensen die in die tijd zoals in Nederland (nog) niet mochten stemmen.

Het zijn verhalen die je soms kunt gebruiken wanneer woorden te kort schieten: over waarom ik hier ben. Waarom wij hier samen zijn.
Mijn moeder kwam uit Sint Maarten en mijn vader uit Nederland. En toen mijn ouders elkaar op de kweekschool in Den Haag ontmoetten waren bi-culturele gezinnen een uitzondering.

Op zoek naar mijn bi-culturele identiteit ben ik als dertiger met mijn gezin naar de Cariben vertrokken. Toen Irma ons raakte, woonde ik op Sint-Maarten.

Vier jaar geleden op 6 september 2017 zat ik met mijn tante Marge in een kleine badkamer toen de storm met meer dan 300 km per uur over de eilanden raasde. De beelden van wanhoop en chaos hebt u vast gezien.

Mijn beste aankoop ter voorbereiding van de komst van Irma was een kettingzaag. Die had in namelijk nodig om door omgevallen bomen een pad naar de weg te snoeien.

“We are a resilient country’’ was het mantra van velen in 2017, niet wetend dat het geloof in een veerkrachtige samenleving vorig jaar in alle delen van het Koninkrijk, ook hier in Nederland, centraal zou staan.

Crises van deze omvang hebben een enorme mentale impact op je leven. Ook op die van mij. Dat collectieve gevoel van rampspoed en de veerkracht die eruit kan voortkomen draag ik voor altijd bij me.

En Voorzitter, het is vanuit deze geschiedenis en deze idealen dat ik vereerd ben hier vandaag te mogen staan. We zijn hier niet zomaar. Ons verhaal begint al ver voor de geboorte van uw en mijn ouders. Als ik denk aan onze geschiedenis denk ik ook aan het verhaal van het Nederlandse Koninkrijk en haar koloniën.

De relatie was meer dan 300 jaar die van de overheerser en die van de gekoloniseerde.

Via het onderwijs en eerlijke gesprekken hier in onze Kamer moeten we het hebben over onze gedeelde geschiedenis. De Nederlandse rol in de slavenhandel. We moeten het hebben over de gevolgen, wat het heeft gedaan met verhoudingen, verscheurde familiebanden en hoe we deze diepgewortelde problemen en ongelijkheid wegwerken.

Caribische mensen roepen ons op beelden van falen en onvermogen te vervangen door dingen die goed gaan. Zoals lokaal ondernemerschap in Otrabanda, het doorzettingsvermogen voor betere landbouw. Over getalenteerde professionals hier en daar, creatieve mensen die zo veel talent en vibe laten zien dat je weet dat je leeft! Over Saba als de 1e plek van Nederland met 100% duurzame energie tussen 8 en 5 uur.

Ik sta hier óók voor de jongere Nederlandse generatie. Er zijn veel mensen die me open en eerlijk aangeven te weinig te hebben meegekregen over het koloniale verleden en vinden dat dit moet worden rechtgezet. Zij zijn nieuwsgierig en geïnteresseerd. Jongeren die mij via sociale media influisteren dat het goed voelt iemand vanuit de eilanden in deze Kamer te hebben.

Ik sta hier ook voor de Caribisch Nederlandse medemens waar ik dagelijks trots op ben; omdat ze zich door tegenslagen heenslaan. Ze vertellen me het gevoel te hebben er niet bij te horen. Ze zien weinig vertegenwoordiging en maken daarom te vaak geen gebruik van hun stemrecht.

“The concept of ‘we” definitely had a priority over the concept of ‘me’, where ‘me’ was only justified or even relevant if acting in service of ‘we”, schrijft Maria Plantz over haar vader. Voorzitter, dit gaat over ons.

Daarom wil ik eigenlijk niet spreken over een Europees en een Caribisch deel, of over 4 landen met 3 bijzondere gemeenten. D66 wil spreken over de hoop en aspiraties van 1 Koninkrijk der Nederlanden, waar gezamenlijke waarden, eerlijkheid, rechtvaardigheid en kansen centraal staan. Dat vraagt commitment en investering, geen ambivalentie, terughoudendheid of twijfel: noch hier noch op de Caribische eilanden.

D66 pleit voor een nieuw hoofdstuk met Koninkrijksrelaties. Op basis van kracht en meerstemmigheid. En ik sta hier voor deze aspiraties. Ik voel dat het gaat lukken in deze nieuwe Kamer, diverser dan ooit. Mensen verwachten van ons in dit huis dat we kunnen helen, verbinden.

Voorzitter, het is dan ook op basis van dit persoonlijke verhaal dat ik mijn inbreng voor dit begrotingsdebat aan de hand van de thema’s van sociale rechtvaardigheid, democratische waarden en klimaat voortzet met vragen aan de Staatssecretaris:

Te beginnen met Klimaatverandering die de eilanden onevenredig hard raakt. Dat zei onze Minister President laatst ook bij de Verenigde Naties. Daarom is het van belang dat het Caribisch deel van het Koninkrijk in de frontlinie staat als het gaat om klimaatadaptatie.

De BES-eilanden kunnen als eerste gemeenten van Nederland bijna volledig overstappen op duurzame energie. Er is wind, er is zon, er is water genoeg!

Het rapport “Duurzame en betaalbare energie in Caribisch Nederland” stippelt een plan uit om dit te realiseren. Bonaire is nu nog teveel afhankelijk van olie en kwetsbaar vanwege spanningen in de regio. We moeten nu via Bonaire Brandstof Terminal BV noodgedwongen een investering doen in de olievoorziening, terwijl we eigenlijk moeten investeren in duurzaamheid. Tegelijktijdig rijzen de kosten voor energie de pan uit. Hier en op de eilanden.

Is de staatssecretaris het met mij eens dat hier een kans ligt voor duurzame en betaalbare energie?


Naar aanleiding van een motie van mijn collega Raoul Boucke komt er een routekaart naar klimaatneutrale energievoorziening in Caribisch Nederland. Ik kijk daar naar uit en wil daaraan toevoegen:

Wordt hierbij ook gekeken naar de financiering?

Voorzitter, het bestrijden van klimaatverandering is een zaak van het gehele Koninkrijk, maar de woorden duurzaamheid en klimaat vind je helaas niet terug in deze begroting. Terwijl het zeker voor de lange termijn de meest urgente dreiging is.

Ik zal een motie indienen die oproept om met een gezamenlijke strategie te komen om klimaat een structureel onderwerp van gesprek te maken.

De vraag die we ons hier moeten stellen is of iedere Nederlander echt dezelfde euro waard is. Of wij de Caribische eilanden écht waarderen. We kunnen de eilanden niet primair als een kostenpost zien op de begroting.

Caribische Nederlanders overzee kunnen nu nog niet eens meestemmen over Rijkswetten die hen raken. Op de Antillen werd pas in 1949 het algemeen kiesrecht ingevoerd. Heel kort geleden dus.

Sterke democratische waarden zijn cruciaal voor onze toekomst. D66 blijft zich zorgen maken over de traagheid van het herstel van de democratie op Sint Eustatius.

Het fundamentele recht van democratisch zelfbestuur van 3000 inwoners is al drie jaar opgeschort; dit is ongekend en ik schaam me er eerlijk gezegd voor.

We hebben er een debat over gevoerd, in de voortgangsrapportage wordt gezegd dat we de route-tijdtabel ontvangen en nu staat de motie Özütok hierover als afgedaan.

Ik vraag daarom nog eens: waar blijft de route tijdtabel en is burgerparticipatie opgepakt?

Helaas moet ik ook concluderen dat de situatie onder directe politieke verantwoordelijkheid van Nederland niet zaligmakend is.

Hoe kan het dat de financiële huishouding na 3,5 jaar Haags bewind nog niet op orde is?

Een jaar geleden begon de discussie omtrent wat wij nu kennen als de COHO. We zijn ondertussen vele leningen en giften verder.
Hebben we scherp waar we naartoe werken? Wanneer vinden we gezamenlijk dat het een duurzaam succes is? De landspakketten en uitvoeringsagenda’s blijven daarin soms onvoldoende concreet.

Hoe worden duidelijke doelen gesteld? En worden belangrijke conclusies en aanbevelingen zoals het AIV rapport of het rapport van de Ombudsman hierin meegenomen? Hoe lost de regering het signaal over capaciteitsproblemen op om aan de hervormingen te kunnen werken?

Tijdens het Interparlementair Koninkrijksoverleg zagen we een scherpe tweedeling en zijn we geraakt door de zorgen en armoede van veel mensen die we hebben gesproken. Het duurt te lang en we kunnen niet wachten op de vorming van een nieuw Kabinet.

Daarom roept D66 de regering op het minimumloon en de uitkeringen op Saba en Bonaire te verhogen. Mensen verwachten van ons dat we de volgende stap zetten en ik zal hier een motie over indienen.

Voorzitter, D66 staat voor verbondenheid binnen het Koninkrijk. We are a resilient state!

Dank u wel en God bless.