Cultuur en economie: lange adem en focus

De afgelopen jaren hebben we belangrijke beloftes ingelost door de stad eigentijdser en aantrekkelijker te maken. Maar ’s-Hertogenbosch is niet af. Het succes van de Bossche Zomer willen we verder uitbouwen en hierbij betrekken we onze ondernemers. Dit betekent allereerst dat we meer ruimte geven aan ondernemerschap en succesvolle evenementenorganisatoren. Om dit te doen willen we de regel- en met name de verantwoordingsdruk onder de loep nemen en waar mogelijk inperken.

’s-Hertogenbosch heeft cultuur in het DNA zitten. We noemen onszelf dan ook niet voor niets Cultuurstad van het Zuiden. Of het nu gaat om de Oeteldonkse clubkes, professionele en brede verenigingen, ambitieuze musea of toonaangevende festivals. Ook deze positie als cultuurstad koesteren we en willen we uitbouwen. Cultuur is ons fundament. Dat betekent dat we scherpe keuzes moeten blijven maken.

Cultuur is niet gratis. Wij willen cultuur toegankelijk voor iedereen laten zijn en daarom is een bijdrage van de overheid nodig. Bij een gezond economisch vestigingsklimaat hoort immers een sterke culturele sector. Daarom investeren we de komende jaren in toegankelijke kunst en cultuur.

Het succes van de Tramkade koesteren we. De unieke identiteit in dit gebied houden we vast en breiden we uit. De komende jaren bieden we meer ruimte aan cultuur, sport en innovatieve bedrijvigheid in dit gebied. Daarom zal dit gebied veranderen met als voorwaarde dat de positieve energie die hier rondwaart extra kracht wordt bijgezet.

Ondernemerschap en innovatie houden onze gemeente toekomstbestendig. Voldoende werkgelegenheid is een belangrijke randvoorwaarde voor een stad om te kunnen excelleren. De studenten en scholieren van vandaag zijn de ruggengraat van de toekomst. Het is goed dat het onderwijsveld, ondernemers en de overheid elkaar vinden. Enkel samen kunnen we aan een economisch sterke gemeente werken.

Binnen onze gemeenten hebben we meerdere bedrijventerreinen. Het aantal bedrijfslocaties wordt steeds schaarser. We bieden ruimte aan ondernemerschap en sparen ons groene buitengebied zoveel mogelijk. Daarom willen wij dat er ook op industrie- en bedrijventerreinen kritisch gekeken wordt naar inbreiding, net als bij woningbouw. Ook willen we industrie- en bedrijventerreinen drastisch vergroenen; dit zijn immers plekken waar de gevoelstemperatuur tientallen graden hoger kan liggen dan in een natuurgebied. Dat is slecht voor de gezondheid én voor de arbeidsproductiviteit.

Daarom willen we:

  • een verduurzaming van de Bossche economie, zodat deze ook in de toekomst sterk blijft;
  • meerjarig economisch beleid met een focus op de sectoren data en voeding;
  • een passende match tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt;
  • een actieplan aanpak kansenongelijkheid arbeidsmarkt, waarin ook aandacht is voor een leven lang leren en om- en bijscholing;
  • het Bossche Investeringsfonds (BIF) continueren als revolverend fonds;
  • bedrijventerreinen gefaseerd herstructureren en de profilering van kantoorlocaties tegen het licht houden;
  • ondernemers de ruimte geven om te ondernemen. Dat betekent enerzijds heldere regels en kaders stellen en anderzijds ook handelen vanuit vertrouwen;
  • samenwerkingsverbanden tussen overheid, onderwijs en werkgevers verder verstevigen en initiëren;
  • concrete instrumenten ontwikkelen die een leven lang leren mogelijk maken en die mensen helpen bij bijscholing, omscholing en van-werk-naar-werksituaties. We kijken hierbij expliciet naar Talentcampus Oss of House of Skills in Amsterdam als voorbeelden;
  • extra inzetten op innovatie(ve) bedrijven in de Bossche economie. Dit betekent, naast het stimuleren van startups (denk aan Jamfabriek en Grasso), ook de actieve acquisitie van grote bedrijven c.q. hoofdvestigingen;
  • een adviserende innovatie- en technologiewerkgroep instellen ter bevordering van het innovatieve ondernemersklimaat in ’s-Hertogenbosch, het bevorderen van de verbinding tussen student en werkplek, het stimuleren van onderzoek met en naar data en het algeheel bevorderen van de toepassing van innovatie in en door de gemeente ’s-Hertogenbosch;
  • het enorme succes van de Bossche Zomer behouden en uitbouwen. Daar is een structurele bijdrage vanuit de gemeente voor nodig;
  • ruimte geven aan evenementen zodat er ruimte blijft bestaan voor ondernemerschap en nieuwe initiatieven;
  • gaan voor een bruisend nachtleven in onze stad met onder andere pilots met 24 uursopeningstijden in de horeca en een inclusief en veilig uitgaansleven (voor o.a. vrouwen, mensen met een migratieachtergrond of beperking en de LHBTIQ+- gemeenschap);
  • binnen de culturele sector experimenteren met financiële participaties van inwoners en bedrijven voor meer betrokkenheid, eigenaarschap en slagkracht voor de sector en kruisbestuiving met het bedrijfsleven;
  • samen met de culturele sector en Den Bosch Partners (citymarketingorganisatie) het profiel van ’s-Hertogenbosch als Cultuurstad van het Zuiden verder aanscherpen;
  • investeren in een toekomstbestendig onderkomen van Huis73 in de huidige panden aan de Hinthamerstraat en daarmee een laagdrempelige voorziening in het centrum creëren die volop werk maakt van kansengelijkheid;
  • de (inter)nationale ambitie van het Noordbrabants Museum en het Design Museum ondersteunen. Dit betekent het faciliteren van de komst van de internationale kunstcollectie naar het Noordbrabants Museum en toewerken naar een ambitieuze en aantrekkelijke nieuwe huisvesting voor het Design Museum, passend bij een nieuwe toekomstvisie;
  • meer nieuwe locaties aanwijzen voor placemaking, waarbij ontwikkelaar en gebruiker samenwerken bij het vormgeven van de ruimte, zoals op onder meer de Tramkade gebeurt. Hiervoor moet structureel budget komen om nieuwe locaties aan te kunnen wijzen voor placemaking. Deze locaties kunnen zo door makers in tijdelijkheid tot wasdom gebracht worden;
  • uiterlijk in 2025 starten met de gebiedsontwikkeling Stadsdelta (Kop van ‘t Zand en Orthenpoort-Zuid, waar o.a. de huidige Tramkade ligt). We verdubbelen het aantal vierkante meters vloeroppervlakte voor cultuur in de toekomstige Stadsdelta zodat dit gebied een culturele hotspot blijft;
  • meer plekken voor cultuurmakers realiseren door het ter beschikking stellen van leegstaand gemeentelijk vastgoed en door samenwerking met het bedrijfsleven;
  • minder regel- en verantwoordingsdruk richting de gemeente door kritisch te kijken naar de veelheid van prestatieafspraken, jaarverslagen et cetera.