Vijf redenen waarom D66 gratis kinderopvang wil
Ieder kind tot en met 4 jaar, moet vier dagen per week gratis naar de kinderopvang kunnen. Alleen zo zorgen we voor écht gelijke kansen.
Van de jonge kinderen op de kinderopvang tot en met de studenten in het hoger onderwijs en het mbo: D66 wil de komende jaren fors investeren in de beste kansen voor iedereen op een mooie toekomst. De partij wil jaarlijks ruim 7 miljard euro investeren in het beste onderwijs en hoogwaardig onderzoek. Daarbovenop komt een investering van 3,5 miljard euro voor gratis kinderopvang, waarmee we alle kinderen laagdrempelig toegang geven tot kinderopvang van hoge kwaliteit.
12.02.2021
D66-partijleider Sigrid Kaag: “Dit is het moment voor grote keuzes. In het huidige regeerakkoord was het extra geld voor onderwijs de grootste investering die het kabinet deed. Dat is een belangrijke, noodzakelijke stap geweest. Maar het is niet genoeg. Onze ambitie is groter. Ieder kind verdient de beste kans op een mooie toekomst. En nu heeft niet ieder kind die kans. Omdat je in een bepaalde wijk geboren bent. Omdat je grootouders niet uit Nederland komen. Of omdat je ouders geen geld hebben voor bijles, muziekschool of de voetbalclub. De coronacrisis heeft de kansencrisis verder blootgelegd. Tegen ongelijke kansen bestaat geen vaccin. Dus investeren we in gratis kinderopvang, in het salaris van en ruimte voor leraren, in kleinere klassen, in een nieuwe studiebeurs voor studenten en in wetenschap en innovatie. We hebben geen moment te verliezen.”
– Sigrid Kaag
Vorig jaar heeft D66 de Onderwijsvisie gepresenteerd. Een ambitieus langetermijnplan om alle kinderen de beste en gelijke kansen te geven. In het verkiezingsprogramma zijn deze plannen uitgewerkt, nu is ook duidelijk hoeveel geld D66 wil investeren. In 2017 trok D66 al 4,5 miljard euro uit voor onderwijs, onderzoek en innovatie. In het regeerakkoord lukte het om tot een investering van 2 miljard te komen. Dat was een forse stap, maar nog niet genoeg. Ons onderwijs en onderzoek moeten structureel naar een hoger niveau. Voor onze jongste kinderen, voor leerlingen en studenten, voor hun ouders, voor onze leraren en onze wetenschappers.
Economen en deskundigen zijn het erover eens: Nederland moet zich uit deze crisis investeren. Maar D66 is ook de partij die staat voor solide overheidsfinancien. Om de investeringen in onderwijs te kunnen betalen, verzwaart D66 onder meer de lasten op vervuiling en op grote vermogens. Ook is het verantwoord de staatsschuld iets te laten oplopen. Die ruimte is er, Nederland krijgt nu geld toe op staatsleningen. De overheid moet de komende jaren de economie ondersteunen om de klap van de coronacrisis op te vangen. Doordat we investeren in onder meer onderwijs, innovatie en verduurzaming kan de economie weer groeien, waardoor de schuld ook houdbaar blijft.
Gratis goede kinderopvang
D66 maakt kinderopvang gratis voor alle kinderen en we investeren in de kwaliteit. Kinderopvang wordt net zo vanzelfsprekend als school. De kinderopvang is een plek waar kinderen samen spelen en zich kunnen ontwikkelen. Zo werken we spelenderwijs aan een kansrijke start en voorkomen we achterstanden. Tegelijkertijd wordt het voor ouders gemakkelijker om naast het opvoeden ook te werken.
De rijke schooldag en investeren in leraren en lerarensalarissen
We maken het leraarschap weer die fijne en aantrekkelijke baan met een goed salaris, tijd om het onderwijs te verbeteren en zeggenschap binnen de school. Het lerarentekort doet afbreuk aan de onderwijskwaliteit. Het onderwijs kan immers nooit beter zijn dan de leraar voor de klas. Daarom verhogen we de salarissen in het onderwijs en geven we leraren meer ruimte en ondersteuning, zodat zij betere lessen kunnen ontwikkelen en voorbereiden.
De scholen (PO & VO) die de zwaarste taak hebben met veel leerlingen met achterstanden en armoedeproblematiek krijgen extra geld. Om naast het beste onderwijs ook de veilige haven te kunnen bieden.
Door de rijke schooldag maken alle kinderen kennis met sport, cultuur, natuur en huiswerkbegeleiding. Op scholen met veel armoedeproblematiek komt daar een warme lunch bij.
We willen naar inclusief onderwijs. Dus waar alle kinderen samen naar school gaan, ongeacht ziekte of beperking. Daar is veel voor nodig, zoals meer zorgexpertise in de school. Zo kan de leraar lesgeven, zitten de kinderen samen in de klas, en krijgen leerlingen de zorg of ondersteuning die ze nodig hebben.
We geven studenten meer kansen om zich breed te ontwikkelen. Alle studenten krijgen voortaan de hele studieduur 300 euro per maand uitbetaald, omdat we het falende toeslagenstelsel afschaffen. De zorgpremie wordt verlaagd. We voeren een nieuwe studiebeurs in. Studenten uit gezinnen met middeninkomens komen voortaan ook in aanmerking voor de aanvullende beurs van maximaal 400 euro per maand. Zo hoeven studenten zich minder in ingewikkelde bochten te wringen om rond te komen en kunnen ze zich meer richten op hun studie. We schaffen de doorstudeerboete af. Daarmee kost een tweede studie, vlak na het diploma of in het werkende leven, niet langer zo’n 10.000 tot 15.000 euro collegegeld per jaar. Een tweede opleiding kun je voortaan weer tegen het normale collegegeld volgen.
We willen de werkdruk in het hoger onderwijs fors verlagen. Daarom investeren we fors in onderzoek: 1 miljard euro per jaar. Daarmee kunnen in potentie 10.000 docent-onderzoekers op universiteiten en hogescholen worden aangenomen. Studenten kunnen daardoor meer begeleiding krijgen, omdat klassen of werkgroepen kleiner worden. Docenten krijgen meer tijd voor het lesgeven en kunnen de taken beter in teams verdelen. Onderzoekers hebben ook meer budget om in internationale samenwerkingsverbanden mee te doen. Daardoor komen Nederlandse onderzoekers in aanmerking voor meer EU-fondsen en komen wetenschappelijke doorbraken sneller tot stand.