Voedsel, land­bouw, mobili­teit en
ruimte

Nederland is één van de dichtstbevolkte gebieden ter wereld. Dat zorgt ervoor dat veel voorzieningen nabij zijn en reisafstanden beperkt. Maar het zorgt er ook voor dat de ruimte schaars is. Dit noodzaakt ons om na te denken over hoe we onze leefomgeving willen inrichten, want de claim op de nog beschikbare ruimte wordt alleen maar groter.

Nederland is één van de dichtstbevolkte gebieden ter wereld. Dat zorgt ervoor dat veel voorzieningen nabij zijn en reisafstanden beperkt. Maar het zorgt er ook voor dat de ruimte schaars is. Dit noodzaakt ons om na te denken over hoe we onze leefomgeving willen inrichten, want de claim op de nog beschikbare ruimte wordt alleen maar groter.

Mobiliteit gaat over kansen krijgen om de opleiding te doen die bij je past, te wonen waar je je thuis voelt en mee te kunnen doen op de arbeidsmarkt. Het gaat over mensen ontmoeten en je wereld vergroten. Afhankelijk van het moment, de plek of de omstandigheden kies je daarbij voor de fiets, de auto, de bus of trein, ga je te voet of reis je helemaal niet. Tegelijkertijd zijn er ook grenzen aan die keuzevrijheid en is die ook lang niet voor iedereen gelijk. Het openbaar vervoer barst tijdens de hyperspits uit zijn voegen, de luchtkwaliteit in de buurt van steden gaat snel achteruit en er zijn grote verschillen in de bereikbaarheid van voorzieningen, onderwijs of werk.

Bij investeringen in mobiliteit kiest D66 vooral voor het beter benutten van bestaande infrastructuur en het aanleggen van ontbrekende schakels. Door te kiezen voor collectief vervoer waar het kan, de capaciteit te vergroten, de verschillende vervoersmiddelen beter op elkaar aan te laten sluiten en door fiets en lopen op één te zetten. Dat helpt niet alleen de bereikbaarheid, maar zorgt ook voor schonere lucht.

Mobiliteit gaat over kansen krijgen om de opleiding te doen die bij je past, te wonen waar je je thuis voelt en mee te kunnen doen op de arbeidsmarkt. Het gaat over mensen ontmoeten en je wereld vergroten. Afhankelijk van het moment, de plek of de omstandigheden kies je daarbij voor de fiets, de auto, de bus of trein, ga je te voet of reis je helemaal niet. Tegelijkertijd zijn er ook grenzen aan die keuzevrijheid en is die ook lang niet voor iedereen gelijk. Het openbaar vervoer barst tijdens de hyperspits uit zijn voegen, de luchtkwaliteit in de buurt van steden gaat snel achteruit en er zijn grote verschillen in de bereikbaarheid van voorzieningen, onderwijs of werk.

Bij investeringen in mobiliteit kiest D66 vooral voor het beter benutten van bestaande infrastructuur en het aanleggen van ontbrekende schakels. Door te kiezen voor collectief vervoer waar het kan, de capaciteit te vergroten, de verschillende vervoersmiddelen beter op elkaar aan te laten sluiten en door fiets en lopen op één te zetten. Dat helpt niet alleen de bereikbaarheid, maar zorgt ook voor schonere lucht.

We weten al langer dat ons huidige voedselsysteem niet houdbaar is: niet voor de boer, niet voor de samenleving en niet voor de planeet. De transitie naar duurzaamheid is broodnodig en we hebben de randen te vaak opgezocht. Daarbij ontbrak ook een duidelijke koers vanuit de overheid, waardoor onzekerheid is ontstaan.

D66 wil het roer om met een integrale totaalaanpak. Geen silo-denken meer, maar een gedeelde visie op het bredere plaatje en de lange termijn. We moeten anders boeren, maar ook anders consumeren en het systeem anders organiseren. We gaan de uitdagingen in gezamenlijkheid aan én zorgen voor perspectief. Beleid ondersteunt en stuurt daarbij. Met gepaste maatregelen, duidelijke doelen en heldere tussenstappen. Samen met boeren, investeerders, supermarkten, natuur- en milieuorganisaties, agrarische ondernemingen, decentrale overheden en de levensmiddelenindustrie kijken we hoe we daar komen. Radicale keuzes zullen nodig zijn, die we met elkaar zullen moeten dragen. Die verantwoordelijkheid nemen we samen.

We weten al langer dat ons huidige voedselsysteem niet houdbaar is: niet voor de boer, niet voor de samenleving en niet voor de planeet. De transitie naar duurzaamheid is broodnodig en we hebben de randen te vaak opgezocht. Daarbij ontbrak ook een duidelijke koers vanuit de overheid, waardoor onzekerheid is ontstaan.

D66 wil het roer om met een integrale totaalaanpak. Geen silo-denken meer, maar een gedeelde visie op het bredere plaatje en de lange termijn. We moeten anders boeren, maar ook anders consumeren en het systeem anders organiseren. We gaan de uitdagingen in gezamenlijkheid aan én zorgen voor perspectief. Beleid ondersteunt en stuurt daarbij. Met gepaste maatregelen, duidelijke doelen en heldere tussenstappen. Samen met boeren, investeerders, supermarkten, natuur- en milieuorganisaties, agrarische ondernemingen, decentrale overheden en de levensmiddelenindustrie kijken we hoe we daar komen. Radicale keuzes zullen nodig zijn, die we met elkaar zullen moeten dragen. Die verantwoordelijkheid nemen we samen.

De natuur is van onschatbare waarde. Het is niet alleen een intrinsieke waarde, het is daadwerkelijk tastbaar. Ons voortbestaan is afhankelijk van de natuur, weerbare ecosystemen en een gezond milieu. Voor het voedsel dat we eten, de lucht die we inademen, het water dat we drinken, de grondstoffen en hulpbronnen die we gebruiken, en de ruimte voor wonen en recreatie. Het zijn de – soms onzichtbare – bouwstenen van onze samenleving.

Toch hebben we te lang de natuur en het milieu verwaarloosd en als vrijblijvend beschouwd. Alle seinen staan op rood en de rek is eruit. Van watervervuiling tot bijensterfte, van ontbossing tot de plastic soep. Wereldwijd, maar ook in Nederland spelen we een gevaarlijk spel met onze toekomst. We doen simpelweg niet genoeg, terwijl de wetenschap duidelijk is. Dat geldt voor het klimaat, maar juist ook voor de natuur. Want het één kan niet zonder de ander, en ons gemeenschappelijke welzijn en welvaart zijn aan beide onlosmakelijk verbonden. Daarom moeten we onze relatie met de aarde herinterpreteren.

Wel is er nog reden tot voorzichtig optimisme. De natuur heeft een ongekende veerkracht en de kansen liggen voor het oprapen. Waar een boer biologisch aan de slag gaat, zien we de bodem ongekend snel herstellen. Dieren met uitsterven bedreigd, keren na bescherming snel terug en brengen de biodiversiteit weer natuurlijk in balans. Beter beheerde duinen helpen ons water te zuiveren en bieden bescherming tegen een stijgende zeespiegel. Zorgen voor ecosystemen herstelt natuur én gemeenschappen. Dat hoeft niet altijd een natuurgebied te zijn; de natuur is altijd om ons heen. Groene wijken zijn beter bestand tegen hittegolven en bewezen beter voor onze (mentale) gezondheid. Natuurinclusief bouwen zorgt voor minder afhankelijkheid van dure energie. Groene industrie levert nieuwe banen op en betekent ook schonere longen. Een kleine verandering kan dus al veel betekenen. Maar het moet sneller en met meer sturing.

D66 streeft daarom naar een duurzame samenleving, waar natuur en milieu in alle facetten van het leven een fundamentele rol spelen – van voedselproductie en woningbouw tot verdediging tegen een stijgende zeespiegel. Water, lucht, bodem en biodiversiteit zetten we op de eerste plaats als we keuzes moeten maken. Dat is uiteindelijk winst voor ons allemaal.

De natuur is van onschatbare waarde. Het is niet alleen een intrinsieke waarde, het is daadwerkelijk tastbaar. Ons voortbestaan is afhankelijk van de natuur, weerbare ecosystemen en een gezond milieu. Voor het voedsel dat we eten, de lucht die we inademen, het water dat we drinken, de grondstoffen en hulpbronnen die we gebruiken, en de ruimte voor wonen en recreatie. Het zijn de – soms onzichtbare – bouwstenen van onze samenleving.

Toch hebben we te lang de natuur en het milieu verwaarloosd en als vrijblijvend beschouwd. Alle seinen staan op rood en de rek is eruit. Van watervervuiling tot bijensterfte, van ontbossing tot de plastic soep. Wereldwijd, maar ook in Nederland spelen we een gevaarlijk spel met onze toekomst. We doen simpelweg niet genoeg, terwijl de wetenschap duidelijk is. Dat geldt voor het klimaat, maar juist ook voor de natuur. Want het één kan niet zonder de ander, en ons gemeenschappelijke welzijn en welvaart zijn aan beide onlosmakelijk verbonden. Daarom moeten we onze relatie met de aarde herinterpreteren.

Wel is er nog reden tot voorzichtig optimisme. De natuur heeft een ongekende veerkracht en de kansen liggen voor het oprapen. Waar een boer biologisch aan de slag gaat, zien we de bodem ongekend snel herstellen. Dieren met uitsterven bedreigd, keren na bescherming snel terug en brengen de biodiversiteit weer natuurlijk in balans. Beter beheerde duinen helpen ons water te zuiveren en bieden bescherming tegen een stijgende zeespiegel. Zorgen voor ecosystemen herstelt natuur én gemeenschappen. Dat hoeft niet altijd een natuurgebied te zijn; de natuur is altijd om ons heen. Groene wijken zijn beter bestand tegen hittegolven en bewezen beter voor onze (mentale) gezondheid. Natuurinclusief bouwen zorgt voor minder afhankelijkheid van dure energie. Groene industrie levert nieuwe banen op en betekent ook schonere longen. Een kleine verandering kan dus al veel betekenen. Maar het moet sneller en met meer sturing.

D66 streeft daarom naar een duurzame samenleving, waar natuur en milieu in alle facetten van het leven een fundamentele rol spelen – van voedselproductie en woningbouw tot verdediging tegen een stijgende zeespiegel. Water, lucht, bodem en biodiversiteit zetten we op de eerste plaats als we keuzes moeten maken. Dat is uiteindelijk winst voor ons allemaal.

Dit is een nieuw en hoopvol moment voor Nederland. Een nieuwe generatie van alle leeftijden staat op. Wij willen samen de grote problemen te lijf, in plaats van elkaar. We gaan keuzes maken die te lang zijn uitgesteld. Met nieuwe energie voor Nederland.