Twee belangrijke vragen
Voorzitter, om eerlijk te zijn – elk voordeel heb z’n nadeel. In de voorbereiding op dit debat waren mijn voordelen (werkervaring, studie en hart voor domein) namelijk een groot nadeel. Ik raakte verstrikt in de rode draden, bewegingen, effecten, uitgangspunten, stellingen, sturingsmodel en onderzoeken van de Koers.
En voorzitter, daarom heb ik het om mezelf maar makkelijk te maken een parallel getrokken tussen de levens van mijn kinderen, straks 8 en 11 jaar, en de koers van het Sociaal Domein. En dat wil ik doen door vanavond twee belangrijke vragen te beantwoorden:
- In welke Zwolse samenleving gaan zij groot worden?
Voorzitter, als sociaalliberaal maar ook als moeder hoop ik dat zij de kans krijgen om te bloeien en zich te ontwikkelen. Dat zij voldoende kracht hebben om te kunnen vallen, maar ook weer op te staan. Dat zij steun en hulp geven aan anderen en ontvangen. En dat Zwolle een stad is waar zij zelf en met elkaar leven en problemen zelf of met elkaar oplossen. En dat ze wonen in een gelijkwaardige, rechtvaardige en inclusieve stad.
En voorzitter, als ik dat naast de Koers Sociaal Domein leg zie ik overeenkomsten, maar ook verschillen, want in de beoogde effecten lees ik ook ‘meer zelfredzaamheid’ – terwijl ook blijkt uit onderzoek dat we met focus op zelfredzaamheid het doenvermogen van mensen overschatten en dat leidt ertoe dat mensen te laat en te kort hulp krijgen. Voorzitter, graag zou ik de wethouder vragen haar reflectie hierop te geven – waar staan we voor? - En welke overheid willen wij zijn in 2030?
Voorzitter, als sociaalliberaal en ook als moeder vind ik het belangrijk dat we een actieve overheid hebben die ervoor zorgt dat we als samenleving bloeien, dat er ruimte is voor sociale relaties en samenhangende hulpverlening. Dus dat de kinderen van nu samen met de overheid de uitdagingen van de toekomst kunnen aangaan, in plaats van andersom, zoals geschetst in de Koers. En voorzitter, als we vanuit bloei kijken naar de hulpvraag van mensen – laten we de hulpvraag startpunt zijn van een relatie, geen transactie, tussen de overheid en de inwoners. En ervoor te zorgen dat we naar mensen toegaan, in plaats van andersom.
Voorzitter, maar zoals gezegd: elk voordeel heb z’n nadeel. We hebben als raad het voordeel dat we met elkaar inspirerende sessies gevolgd hebben over sociaal domein met als resultaat een opinienota met dilemma’s waar we een mooi debat over hebben gevoerd. Maar dat leidt – dat is misschien ook logisch – wel tot een politiek inhoudelijk compromis. En laten we er geen misverstand bestaan over de schoonheid van een compromis, maar voor de Koers Sociaal Domein stelt het ons wel voor een dilemma: En voorzitter, daarom een vraag aan ons als politiek: hebben we in de Koers voldoende keuzes gemaakt over procedures, uitvoering en handigere financiering?