Groen- en recreatiebeleid

D66 streeft naar een toekomstbestendige, gezonde en natuurrijke stad. Daarom zijn we blij dat het voorliggende groen- en recreatiebeleid de toegankelijkheid van groen voor alle bewoners bevordert en tegelijkertijd de biodiversiteit en ecologische netwerken versterkt. Ook wordt er actief ingezet op het verbeteren van de leefbaarheid en de klimaataanpassing van de stad. Zo wordt Zwolle een groene, inclusieve stad waar natuur altijd dichtbij is.

Hieronder leest u de bijdrage van ons raadslid Suzanne aan het debat over dit beleid.

Een natuurlijke stad

D66 streeft naar een toekomstbestendige, gezonde en natuurrijke stad. Wij zijn dan ook trots op het feit dat Zwolle groen- en recreatiebeleid krijgt met stevige ambities. Het plan legt een sterke nadruk op het behouden en versterken van de “groene vingers” van Zwolle. Deze groenblauwe structuren, die vanuit het buitengebied de stad inlopen, zorgen voor een effectieve verbinding tussen stedelijke en natuurlijke gebieden. D66 waardeert dit omdat het de toegankelijkheid van groen voor alle bewoners bevordert en tegelijkertijd de biodiversiteit en ecologische netwerken versterkt. Door deze structuren verder uit te bouwen, wordt er actief ingezet op het verbeteren van de leefbaarheid en de klimaataanpassing van de stad. Dit soort initiatieven passen bij de visie van D66 op een groene, inclusieve stad waar natuur altijd dichtbij is​.

Het verbinden van groen

Wij zien ook dat ruimte schaars is, het geld niet onuitputtelijk is en daarom scherpe keuzes gemaakt moeten worden. Dat neemt niet weg dat het belangrijk is om ambities met elkaar vast te stellen, waarvan de ene ambitie sneller waargemaakt kan worden dan de andere, en waarvan de ene opgave kostbaarder is dan de andere. Wij vinden het slim dat het college kijkt naar koppelkansen, want daar waar ontwikkeld wordt, kan groen worden toegevoegd of natuur worden versterkt. Genoemd wordt dat daarnaast een zelfstandig programma wordt ontwikkeld vanuit het groenbudget wat volgt uit de NIA. D66 vraagt zich dan ook af hoe er in dit programma geprioriteerd gaat worden. Nu de biodiversiteit dramatisch laag is in Nederland, ligt er een urgente opgave om die te versterken. Er ligt een grote opgave om knelpunten aan te pakken, die groene structuren opbreken en ervoor zorgen dat soorten zich onvoldoende kunnen verplaatsen. Een opgave die ongetwijfeld kostbaar is en tijdrovend. Is de wethouder het met D66 eens dat het verbinden van groen één van de prioriteiten moet zijn in het programma?  

Meten is weten

Want de biodiversiteit in Nederland is dramatisch laag. “Nederland is kampioen biodiversiteitsverlies”, kopte de NOS op 22 mei 2023. Nog slechts 15% van de oorspronkelijke biodiversiteit in Nederland resteert. Het is daarom belangrijk dat we meten. Want alleen als we meten, dan weten we zeker dat onze inzet bijdraagt aan het versterken van de biodiversiteit. Wij hebben gelezen dat Zwolle een methodiek wil gaan ontwikkelen waarbij op basis van indicatoren beoordeeld kan worden of de randvoorwaarden aanwezig zijn voor een minimale natuurkwaliteit, gebaseerd op ‘Basiskwaliteit Natuur’.

Het is goed dat wij die randvoorwaarden in beeld gaan brengen. Maar, meten is weten. En daarom gaat de voorkeur van D66 ervan uit dat jaarlijks gedegen ecologisch onderzoek wordt uitgevoerd. Hiervoor kan bijvoorbeeld gekeken worden naar Leiden, waar al 14 jaar natuurwaarnemingen in kaart worden gebracht. Niet alleen ecologen doen hieraan mee, maar ook bewoners en groengroepen, want elke waarneming telt. Heel veel inwoners van Zwolle zetten zich al in voor het groen en de natuur in onze stad. Wij horen geluiden dat deze mensen meer willen bijdragen aan de ambities van de stad. De gemeente maakt ook al gebruik van de groene organisaties in onze stad, maar wellicht kan hier meer gebruik van worden gemaakt. Bijvoorbeeld als het gaat om een jaarlijks ecologisch onderzoek. D66 ziet graag dat het college gaat onderzoeken wat een professioneel jaarlijks biodiversiteitsonderzoek kost en of het mogelijk is hierin een rol weg te leggen voor de groene organisaties in onze stad, om zo de kosten te drukken. Wij zijn benieuwd naar de reacties hierop uit de raad en de reactie van de wethouder.  

Punten vanuit de stad

Verder hebben wij nog drie concrete punten opgehaald uit de stad, waarvan wij graag zouden zien dat de wethouder deze overweegt en eventueel meeneemt in het definitieve beleid.

  • Ten eerste: D66 ziet graag dat jonge scheuten van oude karakteristieke bomen de kans krijgen om te groeien, om zo ook die oude karakteristieke boom ooit te kunnen vervangen. Zo borgen we natuurlijk erfgoed.
  • Ten tweede: Wij zien graag dat het aantal stukken in de openbare ruimte waar de natuur de natuur mag zijn toeneemt. Dood hout en blaadjes laten liggen, wordt vaak verrommelen genoemd, maar is goed voor de insecten en dieren in onze stad. Hierbij is het belangrijk dat hierover bewust wordt gecommuniceerd.
  • Ten derde: Wij zien graag dat naast een blauwe en groene kaart, ook een bruine en donkere kaart wordt toegevoegd. Een bruine kaart die de grondsoorten in Zwolle inzichtelijk maakt, en een donkere kaart die inzichtelijk maakt waar in de stad het nog donker mag zijn.
  • Tot slot: Wij zien graag dat meer gebruik wordt gemaakt van kennis in de stad. Bijna elke wijk heeft een groene club die het groen in hun wijk goed kent. Van deze organisaties en mensen wordt gebruikt gemaakt, maar nog niet heel veel. D66 ziet graag dat hierin een volgende stad wordt gezet. Laat deze clubs vooral ook meedenken, maak gebruik van de kennis in de stad, kijk of er structurele en concrete afspraken gemaakt kunnen worden.

Wij zijn trots op dit groen- en recreatiebeleid waarin mooie ambities zijn opgenomen en dat onze stad nog groener, duurzamer en inclusiever zal maken.