Wonen

Wonen is een grondrecht. Dat is en blijft het uitgangspunt voor D66. Wonen doen we in een gezonde en groene omgeving. Binnen de randvoorwaarde van een biodivers systeem woont iedereen over 50 jaar in een woning die zo goed mogelijk past bij de gezins-, leef- en werksituatie. Van student tot gepensioneerde, voor iedereen moet er een plek zijn om te wonen. We worden een natuurinclusieve samenleving. Zuid-Holland wordt een gebalanceerde en toegankelijke provincie, met diverse maatschappelijke centra, waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Ook werken mensen zoveel mogelijk in de buurt van waar ze wonen, waardoor het woon-werkverkeer drastisch afneemt. Dat betekent dat er een logische inrichting van de leefomgeving is, niet enkel gebaseerd op hoe het ooit is ontstaan maar juist op de wensen van de inwoners van Zuid- Holland.

Groen wonen en bouwen

We willen in Zuid-Holland wonen in steden en dorpen die aangenaam zijn voor de mens en de natuur. Tussen steden komt meer groen, in de steden en dorpen ook. Een gebrek aan groen veroorzaakt hittestress en gezondheidsproblemen. Door schaduw van bomen en groene daken blijft de stad koeler en daardoor blijven mensen gezonder en actiever. Ook leven we in balans met water. Ruimte voor groen en blauw reguleert de temperatuur, maakt plaats voor dieren en vermindert de kans op wateroverlast. In de komende jaren moeten we de nieuwbouw en bestaande bouw daarop inrichten. De inrichting van de publieke ruimte moet integraal benaderd worden, zodat hitte-eilanden worden voorkomen. Bij de inrichting van de publieke ruimte speelt de impact van en op het klimaat een belangrijke rol.

D66 wil

  • Niet bouwen in natuurgebieden. Deze natuurgebieden willen we beter beschermen en versterken (zie paragraaf ‘Versterken van de natuur’).
  • Nieuwe gebouwen binnen de bebouwde kom. We gaan eerst bestaande kernen nabij OV-knooppunten verdichten, voor wordt nagedacht over bouwen buiten de bebouwde kom.
  • Een groene ring (corridor) om steden. Dit doen we in samenwerking met de gemeenten. We ontwikkelen natuur en water vanuit de stad naar natuur- en recreatiegebied buiten de stad.
  • Bouwen met duurzame materialen. Bij het verlenen van vergunningen wordt een eis op over het gebruik van duurzame en circulaire materialen opgenomen.
  • Groen bouwen. De provincie staat alleen nieuwe bouwprojecten buiten de bebouwde kom toe, op de voorwaarde dat na afronding van het project de biodiversiteit is toegenomen. Ook hanteren we een streven bij vergunningverlening: ten minste één hectare groen per buurt. Dat is de norm van de Wereldgezondheidsorganisatie.
  • Klimaatadaptief bouwen. Dat betekent dat de bodem (bijvoorbeeld de stevigheid van de bodem) en het water (bijvoorbeeld overstromingsrisico) nadrukkelijk meegenomen moeten worden in de bouwplannen (zie ook hoofdstuk ‘Natuurlijk systeem’). Hiervoor nemen we regels op in onze omgevingsverordening en instructieregels voor gemeentelijke omgevingsplannen.
  • Het aanplanten van bomen stimuleren in wijken die weinig groen kennen. De komende vier jaar realiseert de provincie een actieplan waarbij bomen op grote schaal worden aangeplant, asfalt wordt vervangen door alternatieve verharding en binnenterreinen van huizenblokken worden vergroend in samenwerking met bewoners.
  • Coöperatieve bouw faciliteren. Zodat groepen mensen gezamenlijk een bouwproject kunnen aanvangen dat aan ieders wensen voldoet en past in de omgeving. Daarom opent de provincie een loket om gemeenten te ondersteunen bij het faciliteren van coöperatieve bouw.
  • Wateroverlast aanpakken. In samenwerking met waterschappen realiseren we een actieplan wateropvang. Dit plan ziet op vergroenen van parkeerplaatsen, de aanleg van wadi’s (greppels in de stad waarin regenwater wordt vastgehouden), wateropslagplekken en het aanleggen van waterbuffers onder de grond (zie ook paragraaf ‘Water’).
  • Ruimte geven aan wonen op water. Om gebruik te maken van de ruimte die het water biedt in samenhang met de natuur. De provincie Zuid-Holland creëert hiervoor experimenteerruimte.

Een toegankelijke provincie met voldoende betaalbare woningen

De provincie Zuid-Holland kan voor iedereen een aangenaam thuis zijn, maar voor kwetsbaren, zoals mensen met een beperking, is een toegankelijke woning vinden vaak lastiger. Ook andere kwetsbare groepen, zoals studenten en starters, verdienen een plek in Zuid-Holland. Bij nieuwbouw wordt de verhouding van woonsegmenten gelijkwaardiger tussen sociaal, middensegment en hoger segment.

D66 wil

  • Meer betaalbare woningen. In het jaar 2030 hebben we 230.000 extra (duurzame) woningen gerealiseerd, waarvan 60% in het segment sociale huurwoning of middenhuur. De provincie maakt daarvoor een stimuleringsplan betaalbaar wonen, samen met gemeenten, woonregio’s en coöperaties.
  • 30% sociale huur in iedere gemeente. De provincie stuurt bij onder andere in het kader van de regionale woonagenda’s en bijvoorbeeld rond het toekennen van subsidies om minimaal 30% sociale huur in iedere gemeente bereiken.
  • De Knelpuntenpot continueren. Daarmee worden gemeenten ondersteund om bovenregionale bouwprojecten die gericht zijn op kwetsbare groepen versneld te realiseren.
  • Recreatiewoningen alleen gebruiken om te recreëren. We staan niet toe dat nog meer mensen dan nu permanent in recreatiewoningen verblijven.
  • Ook niet-bewoners laten meepraten over de bouw en verduurzaming van woningen. Dat doen we door participatiemomenten en -processen te organiseren, niet alleen voor huidige bewoners, maar ook met de potentiële bewoners.
  • Ruimte reserveren bij de bouw van nieuwe woonwijken, voor OV-knooppunten. Te denken valt aan een extra station bij een nieuw te realiseren dorp of wijk, zoals bij Gouda.
  • Toegankelijke woningen die goed bereikbaar zijn realiseren. Ook met bijvoorbeeld een rolstoel of scootmobiel moeten deze goed bereikbaar zijn. Om knelpunten op te lossen stelt de provincie een coördinator aan die plekken waar problemen zijn signaleert en met de verantwoordelijke gemeente in gesprek gaat om de toegankelijkheid te borgen.