Een gezonde mix van woonvormen
Het bouwen van meer starters- en seniorenwoningen biedt ook in onze gemeente een deel van de oplossing voor het woonprobleem. Maar er zijn meerdere oplossingsrichtingen, creatieve woonvormen. Met een integraal perspectief op de woonproblematiek zien we ook kansen: Voor de leefbaarheid is het essentieel dat bepaalde faciliteiten intact blijven. En door nieuwe jonge inwoners woonruimte te bieden kunnen we de vergrijzing in ons gebied beter opvangen en de leefbaarheid intact houden.
- Zonder concrete stip op de horizon blijven we ad-hoc keuzes maken. Wij willen een geïntegreerde duurzame visie op wonen, werken, ondernemen, recreëren en natuur voor 2035 die op alle fronten in elkaar past. Allen op deze manier kunnen we echt gaan bouwen en werken aan de toekomst in plaats van aan plannen en projecten.
- In alternatieve woonconcepten zien we een deel van de oplossing. We streven naar zoveel mogelijk nieuwe woningen, met een ruime hoeveelheid alternatieve woonconcepten. Zo ontstaat een gezonde mix van mantelzorgwoningen, studio’s, tiny houses, tijdelijke woningen, gesplitste woningen en starters- en seniorenwoningen.
- We willen ontwikkelingen als CPO’s (Collectief Particulier Opdrachtgeverschap) en andere vormen zoals crowdfunding stimuleren en zorgen dat deze meer aandacht krijgen en professioneel ondersteund worden door het ambtelijk apparaat.
- We vragen meer aandacht voor de bestaande woningvoorraad door woningsplitsen te stimuleren, door wonen in bijgebouwen toe te staan en door het plaatsen van (pre)mantelzorgwoningen eenvoudiger te maken. Wij steunen ook andere initiatieven waardoor de bestaande woningvoorraad efficiënter benut wordt en kijken we hoe langdurig leegstaande (bedrijfspanden) mogelijkheden bieden voor bewoning.
- We zetten in op meer ondersteuning voor doorstroming van senioren. Er zijn ontzettend veel vraagtekens en praktische problemen waardoor iemand liever maar gewoon blijft zitten op de vertrouwde plek. Door een seniorencoach aan te stellen die senioren helpt informatie en organisatie wordt de drempel verlaagd. Ook dagen wij de gemeente uit actief de regie te voeren en samen met corporatie en ontwikkelaars zoveel mogelijk senioren te helpen die in hun eigen omgeving willen blijven wonen.
- Voor de woningtransitie kiezen we niet automatisch voor renovatie. Belangrijk is dat er altijd een wijkgerichte aanpak is waar er goed gekeken wordt naar de veranderende woonbehoefte en de renovatiemogelijkheden.
- Voor wat betreft bouwlocaties kijken we binnen én buiten de kerngrenzen. We kijken over de grens van de bebouwde kom heen en nemen daarbij het bouwen van extra woningen in het buitengebied – maar niet in natuurgebieden – in serieuze overweging.
- We gaan met de gemeente in gesprek over de mogelijkheden voor een groenfonds. Zo zijn woningbouw en natuur aan elkaar verbonden. Een groenfonds is een fonds waarin financiële bijdragen worden gestort door derden. Dit kunnen particulieren, bedrijven of projectontwikkelaars zijn. Het fonds mag alleen gebruikt kan worden voor groenprojecten binnen de gemeente ter compensatie van bijvoorbeeld woningbouw in het buitengebied.
- Om bij te dragen aan het verkleinen van de woonproblematiek stellen we een zelfbewoningsplicht voor van vijf jaar voor een starterswoning.
- De gemeentelijke procedures worden als traag en complex ervaren. We richten ons op het versterken van het ambtelijk apparaat op dit vlak, zodat er meer en sneller woningen ontwikkeld kunnen worden.
- Eigenaren, woningcorporaties en (ver)huurders van zowel nieuwbouw als bestaande bouw moet uitgedaagd worden hun panden te vergroenen. Dit zorgt voor een prettige leefomgeving en is ook nog eens goed voor het milieu. Inwoners mogen veel meer ondersteuning krijgen in het zetten van stappen in de verduurzaming van hun woning. Zowel qua informatie over de mogelijkheden als financiering moeten er meer mogelijkheden komen vanuit de gemeente.