Lees voor

Rob Jetten: ‘Punt zetten achter tijdperk Wilders’

Rob Jetten - Beeld: Jeroen Mooijman

Toen ik in juni hoorde dat de verkiezingen op 29 oktober georganiseerd zouden worden, bekroop mij een herfstig gevoel. Flyeren in de regen, door weer en wind de straten op, de deuren langs. Terwijl in de huizen waar we aanbellen voor het eerst de verwarming aanspringt.

Hoe anders is dat vandaag! Buiten schijnt regelmatig een lekker herfstzonnetje, qua regen valt het mee, het is eigenlijk een heerlijk zacht najaar. Je zou zeggen: een perfecte campagnedag.

Misschien had je je deze middag dus heel anders voorgesteld. Op een terrasje aan het bokbier, een herfstwandeling door het bos of deur-aan-deur op campagne. Je vraagt je misschien af: waarom hebben we ons dan toch hier binnen verzameld voor deze rally?

Er is nog iets anders dat ik niet had verwacht toen begin juni het kabinet viel. Ik zal eerlijk zijn. Ik had niet verwacht dat we anderhalve week voor de verkiezingen zouden samenkomen in deze positie. Toen de campagne begon, bevonden wij ons in de middenmoot. Niet bij de kleine partijen, maar ook nog niet in de kopgroep.

En ik ben een sportman. Dus ik weet: de overstap van de middenmoot naar de kopgroep is stevig. Dan zal je door de wind moeten trappen. Soms moeilijk en soms zelfs riskant.

Maar vrienden… we déden het. Met positieve energie maakten we de oversteek. We hebben ons aangesloten bij de kopgroep. En jawel, we staan op een verdubbeling in de peilingen!

En dat is met dank aan jullie. Want jullie zijn al maanden met goede moed en enthousiasme aan de slag voor het land waarin wij geloven.

En hoewel de finish in zicht is, is de tocht nog niet klaar. We maken ons op voor de eindsprint. En dat betekent dat er nog een belangrijke beproeving voor ons ligt. Want uiteindelijk telt alleen het resultaat op de finish. En dan heb ik het nog niet eens over de finale van de Slimste Mens.

Vrienden, er staat iets te gebeuren in Nederland. We voelen allemaal dat wij Nederlanders klaar zijn met het geruzie en met aanmodderen.

We trokken onze D66-jas aan en gingen het land in. We zaten in talloze huiskamers, van de stad tot in het dorp. We luisterden. Niet alleen naar de cijfers, maar naar de verhalen áchter die cijfers. Naar de starter die op deze woningmarkt voor de zoveelste keer wordt overboden. Naar de verpleegkundige die de administratieve lasten niet meer trekt. Naar de ondernemer die wil vergroenen, maar vastloopt in de regels.

We hebben met de knapste koppen en beste werklui van ons land gesproken. Met de wetenschappers, de bouwers, de denkers én de doeners.

En wat zien we, op onze reis door Nederland? We hebben gezien dat de energie er is. Dat de oplossingen er zijn. En óók de wil om samen te werken. We hebben gezien: vooruitgang is mogelijk. We hebben gezien: het kan wél.

Daarom is het nu tijd om als land ons zelfvertrouwen terug te pakken. We laten ons niet langer in de put praten door doemdenkers, die ons tegen elkaar opzetten. We laten ons niet langer regeren door angst. We worden weer zoals ons Wilhelmus het zegt: vrij en onverveerd.

Dat kan. Als we de problemen aanpakken met lef. Een blik op de geschiedenis laat zien wat we kunnen als we aan de slag gaan. Hoopvol en onbevangen.

Wij weten dat Nederland het trotse land is van de positieve krachten. Van de mensen die soms in onwaarschijnlijke omstandigheden het onmogelijke presteren. Om steeds weer met z’n allen een stap vooruit te gaan.

Het land; waar de positieve krachten al eeuwenlang samen vechten tegen het water. Het land; waar mensen niet hoeven te bidden om een gelijke kans, maar recht hebben op gelijke mogelijkheden. Het land; waar onze ondernemerszin en onderzoekersgeest steeds opnieuw leiden tot verbluffende vooruitgang en innovatie – van microscoop tot telescoop en van wifi tot chipmachine.

Vrienden, wij zijn het trotse land dat al drie keer een WK-finale verloor, maar nog steeds de oranjekoorts laat oplopen tot torenhoge temperaturen, zodra we in de groepsfase een doelpunt scoren.

Als wij in staat waren de Beemster droog te leggen, dan zijn wij ook in staat om 10 nieuwe steden te bouwen. Als wij in staat waren de Europese Unie op te richten, dan kunnen we die ook klaarstomen voor een nieuwe tijd van internationale macht en kracht. Wij zijn het trotse land van de positieve krachten. En waar anderen zeggen: “het kan niet, zeggen wij: “het kan wél!”

In het lied 15 miljoen mensen, schreven Fluitsma en Van Thijn over een land van duizend meningen, van nuchterheid, en van verdraagzaamheid.

Iedereen herkent het. En toch.. iedereen mist het. Dus laten we daar nog iets aan toevoegen. Want jullie komen massaal in beweging, omdat iedereen voelt: Nederland heeft ook positiviteit nodig. Want Nederland is óók het land van optimisme.

Kijk alleen al naar wat er iedere dag in ons land gebeurt. Terwijl Den Haag soms gevangen lijkt door negatieve nostalgie, bouwen miljoenen mensen overal in ons land aan een betere toekomst. Vaak niet dankzij, maar ondanks de politiek.

Met die moed en met dat enthousiasme, kunnen we allemaal vooruit. Wij geven ruim baan aan díe krachten, ruim baan aan dat optimisme.

Maar de afgelopen periode stond ons land in de schaduw van het politieke pessimisme van Wilders. Niks kon, niks mocht, niks lukte. Ons land zou nationale zelfmoord plegen, we zouden een nep-parlement hebben, journalisten zouden tuig van de richel zijn. Poetin, Orbán en Netanyahu zogenaamde helden.

En wat mij verbaast in deze campagne is dat sommige mensen zich hierbij neer dreigen te leggen. Het lijkt soms alsof zij denken dat de tweede plek het hoogst haalbare is. Dat ze zich al hebben neergelegd bij het feit dat Wilders toch wel de grootste zal worden. Een onbegrijpelijke berusting.

Hoe kunnen we berusten in de gedachte dat de extreme krachten die ons hier brachten, weer met twee vingers in de neus de grootste worden? Gaan we nou echt zonder strijd de anti-democratische krachten ruim baan geven? Zonder slag of stoot? Zonder krachtmeting? Het moge duidelijk zijn: dat laten wij nooit gebeuren!

Terwijl Wilders verder verliest in de peilingen, zijn wij de enige partij die op dit moment in de campagne steeds meer aan steun wint. Onze nieuwe mensen komen van alle politieke kleuren, uit alle hoeken van ons land. Iedereen voelt de energie stijgen.

En vrienden, het is tijd.. Het is tijd voor de positieve krachten om te winnen.

Het is tijd dat onze vlag geen symbool meer is van een kleine groep schreeuwers, maar dat onze vlag weer van ons allemaal wordt. Een symbool van 18 miljoen Nederlanders. Een symbool van onze vrijheid, van onze veelzijdigheid, van onze geschiedenis én van ónze toekomst.

Vrienden, het is tijd om Nederland terug te veroveren op de ruziemakers en de pessimisten.

En ik zeg daarom vandaag, als leider van D66: het is tijd om een punt te zetten achter het tijdperk Wilders.

Als wij de positieve krachten in Nederland verenigen, worden we groter dan hij. Worden we de gróótste. Dan sturen we Wilders terug naar de marges van de Kamer. En nemen wij de leiding om Nederland weer het land te maken van ons állemaal. Ik wil Wilders verslaan. Noem me ambitieus, noem me te optimistisch, maar ik weet zeker: het kan wél!

Er is nog een hoop werk te verzetten. Aan die eindsprint, beginnen we vandaag. En ik hoef jullie niet uit te leggen, dat ook het laatste deel richting de finish uitdagingen kent. Misschien maken we wel fouten, misschien maak ik wel fouten, niemand is perfect. En ook na de verkiezingen is samenwerking en verbinding nodig.

Maar laat dat nou precies zijn waar Nederlanders belachelijk goed in zijn. En op ons best, komen we er altijd weer uit. Laten we die mentaliteit hervinden.

Dus democraten, overspoel het land met optimisme. Luister naar alle stemmen, praat met diegenen met wie je het niet eens bent. In de botsing ontstaat het begrip. En in het begrip, de weg vooruit.

Ik vraag jullie steun, jullie energie, jullie toewijding.

Nog 10 dagen. 10 dagen om het onderste uit de kan te halen. Om de stilstand te doorbreken. Om de positieve krachten te laten winnen!

Aan de slag!