Ik kom net terug van ons partijkantoor in Den Haag. Daar waar collega’s zich normaal met hart en ziel inzetten voor onze democratie, werd vandaag een ravage aangericht. Relschoppers hebben grote bakstenen door de ramen gegooid. Ze probeerden een brandende container naar binnen te rijden. Pure vernieling. Gelukkig raakte niemand gewond. En dat is eigenlijk een wonder.
De beelden maken me woedend. Woedend dat agenten vanavond thuiskomen bij hun gezin, en moeten uitleggen dat ze belaagd zijn. Dat auto’s in brand zijn gestoken door relschoppers die zwaaiden met de vlag van de NSB. Dit extremisme is ontoelaatbaar.
Mijn grote dank gaat uit naar de politie. Dankzij hun moedige en kordate optreden is Den Haag weer veilig. Zij verdienen respect.
Wat vandaag is gebeurd, raakt ons allemaal. Want dit gaat niet alleen over D66. Dit gaat over onze democratie. Over wie wij zijn als land. Het past in een bredere trend. Het gif van intimidatie sijpelt steeds verder door. Politici, journalisten, rechters, wetenschappers. Steeds vaker krijgen zij te maken met agressie en bedreiging. De democratie wankelt. Maar samen kunnen we haar overeind houden.
Dat maakt mij strijdbaar. Want ik weet: de meeste Nederlanders willen geen haat, maar hoop. Geen verdeeldheid, maar verbinding. De positieve krachten zijn in de meerderheid. Wij zijn in de meerderheid.
Laten we daarom nu opstaan. Als één positieve kracht. Wij zullen de extremen niet laten winnen. Maar samen een vuist maken tegen de schreeuwers en de ruziemakers. Voor onze vrijheid, onze rechtsstaat en onze toekomst.
Reactie Rob Jetten op vernieling partijkantoor D66: “Wij laten de extremen niet winnen”
Beeld: Jeroen Mooijman voor D66
Doe mee. Het kan wél
Nederland is het land van vrijheid en vooruitgang. Een land van doeners, dromers en durvers. Van mensen die samen de schouders eronder zetten en problemen met elkaar aanpakken.