Motie en amendement
D66 diende daarom samen met een groot aantal andere partijen zowel een motie als een amendement in op het raadsvoorstel van de Woonagenda dat deze week op de agenda van de raadsvergadering stond. Beide werden unaniem aangenomen.
D66 vindt dat er concrete afspraken gemaakt moeten worden met de woningcorporaties over het realiseren van extra woningen in de lage middenhuur. Bovendien vindt D66 dat de bevoegdheid om bij te kunnen sturen op de gerealiseerde en het aantal geplande woningen in de sociale huur, middenhuur en betaalbare koop bij de gemeenteraad moet liggen en niet bij het college.
D66 diende daarom samen met een groot aantal andere partijen zowel een motie als een amendement in op het raadsvoorstel van de Woonagenda dat deze week op de agenda van de raadsvergadering stond. Beide werden unaniem aangenomen.
In de Woonagenda staan onder andere afspraken over het aantal te realiseren woningen en de rol van woningcorporaties in dit proces. D66 vindt dat deze afspraken niet concreet genoeg zijn, waar het gaat om het realiseren van het aantal woningen in de lage middenhuur. Dit zijn woningen die wat D66 betreft ook gerealiseerd zouden moeten worden door de woningcorporaties. Woningen in de lage middenhuur zijn belangrijk voor inwoners met middeninkomens. Zij verdienen te veel voor een sociale huurwoning en te weinig voor een dure woning, of koopwoning. Woningen in de lage middenhuur leveren bovendien een belangrijke bijdrage aan doorstroming op de woningmarkt en de woonopgave voor starters en senioren.
D66 roept het college dan ook op, om in gesprek te gaan met woningcorporaties om concrete afspraken te maken over het aantal te realiseren middenhuurwoningen. Daarnaast roept D66 het college op om de gemeenteraad te infomeren over de uitkomsten van de gemaakte afspraken in het Convenant 2025-2030.
Ook wil D66 dat de bevoegdheid om de percentages voor woningbouwcategorieën aan te kunnen passen bij de gemeenteraad blijft liggen en niet naar het college gaat, zoals nu in het raadsvoorstel Woonagenda wordt voorgesteld. Hoewel D66 begrip heeft voor het argument dat het college in staat is om sneller in te grijpen, wanneer er wijzigingen nodig zijn op dit gebied, vindt D66 dit onwenselijk. Door deze bevoegdheid bij het college te leggen, wordt de kaderstellende rol van de raad immers beperkt. Bovendien duurt de planvorming van woningbouwprojecten tot realisatie vaak enkele jaren, wat betekent dat een proces met een raadsvoorstel vanuit het oogpunt van snelheid geen nadelige effecten heeft. D66 heeft daarom ook een amendement ingediend om het raadsvoorstel Woonagenda op dit onderdeel te wijzigen.
Benieuwd naar de concrete tekst van de motie en het amendement?