Ik heb me verbaasd, verwonderd, geërgerd, ingelezen, nog meer gelezen, om me heen gekeken en vooral ook geluisterd. Ik heb de tijd genomen om vertrouwd te raken met de mores van de raad, de verschillende commissies, met de inhoud van dossiers, om als nieuwe en kleine fractie ons ritme te vinden. We hebben gebouwd aan ons team, commissieleden zijn onze fractie komen versterken. Ons gevarieerde team bestaat uit betrokken, deskundige mensen. Die allemaal vanuit een verschillende achtergrond, met diverse kennis en ervaring hun inbreng leveren. Ook ons bestuur denkt mee en ondersteunt ons in onze ontwikkeling. Stuk voor stuk mensen die durven te zeggen wat ze ergens van denken en buiten de gebaande paden durven te treden. We hebben de onderwerpen en de thema’s zijn verdeeld en dat is fijn. Dat geeft ruimte om je grondig te verdiepen. Het is ook te veel om als raadslid overal volledig op ingelezen en deskundig te raken.
Wat zijn er al veel onderwerpen aan bod gekomen! Van de huisvesting van arbeidsmigranten, het AZC, milieustraat, de Bedrijfsweg, energie en klimaat strategieën, Zonneweides, aanvragen voor bedrijfsaanpassingen, zonneweides, kruimelregelingen, tot bestrijdingsmiddelen en natuurlijk over bouwen en wonen.
Het is één van onze onderwerpen in het verkiezingsprogramma, het is een belangrijk onderdeel van het bestuursakkoord en we weten dat de gehele raad er ongelofelijk veel belang aan hecht. We zijn ongeduldig, maar zijn we ook realistisch zijn. Het probleem op de woningmarkt is niet in het afgelopen half jaar ontstaan. Het is ook niet een specifiek lokaal probleem. We kunnen niet beloven dat we het nu dan wel eventjes snel gaan oplossen. Wel beloven we alles op alles te zetten om zo snel mogelijk betaalbare woningen in alle kernen van onze gemeenten te realiseren. We wachten nu eerst op de woonzorgvisie die het college binnenkort naar de raad stuurt. En in de tussentijd proberen we daar waar kan, kleinschalige of creatieve oplossingen mogelijk te maken met elkaar. Op zoek naar wat al wél mogelijk is.
In veel dossiers komt steeds weer ‘de Omgevingsdialoog’ naar voren. Of eigenlijk het ontbreken daarvan. Over de eisen en de verwachtingen daarvan. Wie is er verantwoordelijk voor, waaraan moet een fatsoenlijke dialoog aan voldoen en wie faciliteert en bewaakt dat? Met een informatiebrief of informatieavond voldoet een initiatiefnemer formeel wel aan de eis en kan deze dan afvinken van zijn lijstje. Maar wat als omwonenden zich toch niet gehoord voelen? Of zich te laat betrokken voelen? Of niet serieus genomen? Dan kun je moeilijk spreken van een geslaagde omgevingsdialoog. D66 pleit er dan ook voor om nog eens goed naar deze spelregels te kijken.
Ze kunnen dan wel kloppen volgens de letter van de wet, maar duidelijk niet altijd volgens de bedoeling ervan.
Covid-19 en alle maatregelen die nodig waren hebben natuurlijk hun effect gehad op hoe de raad haar werk doet. Ook de raad en onze fractie doen tot nu toe bijna alles digitaal. We zijn er handig in geworden, het heeft ook zo zijn voordelen: lekker efficiënt! Maar ik vrees niet altijd effectief. Gelukkig lijkt het einde in zicht; besmettingscijfers gaan rap naar beneden, het aantal vaccinaties stijgt iedere dag (ik krijg de eerste volgende week!). Er komen weer meer versoepelingen, we gaan weer open! We kijken ernaar uit om straks weer échte ontmoetingen en gesprekken te hebben, in gesprek te kunnen gaan met onze gemeente: de wijken en haar inwoners, de verenigingen en de ondernemers, elkaar te kunnen bezoeken. Te kijken en te luisteren.

Beeld: D66 Oisterwijk