Statement D66 Spoorboekje ruimtelijke opgaven

Op dinsdag 4 april debatteerde de gemeenteraad over het Spoorboekje ruimtelijke opgaven tot 2026. Lees de volledige inbreng van D66-fractievoorzitter Marcel van Gooswilligen hieronder.

Voorzitter, collega’s, inwoners van Houten,

Er is een groot tekort aan woningen, ook in Houten. Onze jongeren en starters zijn op zoek naar betaalbare woningen. En veel senioren zijn op zoek naar passende woningen. Het is voor hen en voor ons belangrijk om daar werk van te maken. Daarover zijn we het gelukkig allemaal eens in de raad van Houten. En dat schept ook verplichtingen.

Het spoorboekje gaat ons helpen om die hoognodige woningen te realiseren. Op korte termijn zal dit plaatsvinden in het Centrum, aan de Molenzoom en bij de Koppeling. D66 ziet daar voldoende ruimte om fijne wijken te creëren. We kunnen daar betaalbaar en goed bouwen als we slimme en verstandige keuzes maken. In het spoorboekje zitten al een paar belangrijke kaders die daarbij gaan helpen. Ook zien we dat er op een hele open manier informatie wordt gedeeld over alle toekomstige projecten. Dat is winst. D66 wil de wethouder daarvoor complimenten geven.

Tegelijkertijd ziet D66 dat het spoorboekje in sommige opzichten een stap terug doet. En dat is verwarrend. Want bij de woonvisie zijn al veel concrete stappen en plannen benoemd die nu ontbreken. Bepaalde kwaliteitskaders uit de Ruimtelijke Koers zijn niet opgenomen. Breed gedragen moties die bij de behandeling van die stukken door de raad zijn aangenomen, hebben geen plaats gekregen in dit spoorboekje. Terwijl het waardevolle en inspirerende ideeën zijn waar de plannen beter van worden. Dit varieert van het idee om een stadsecoloog toe te voegen aan het projectteam, tot aan de inzet op inwonersinitiatieven. Zijn al die ideeën in de prullenbak geland? Gaan we de gesprekken daarover overdoen? Of worden die plannen, ideeën en planningen later weer vanzelf toegevoegd aan dit groeidocument? Of zien we ze over een paar maanden al terug in het programmaplan? Wethouder, kan u ons helpen en daar duidelijkheid over bieden? Want voor ons is het verwarrend. Wij hebben nu geen beeld waar we aan toe zijn.

D66 ziet ook dat de doelstellingen voor het gewenste woningbouwprogramma best spannend zijn. We hebben namelijk in de woonvisie vastgelegd dat we veel sociale huurwoningen gaan realiseren, veel betaalbare appartementen en veel betaalbare eengezinswoningen. 8 van elke 10 woningen gaat vallen in 1 van deze betaalbare categorieën.  In het spoorboekje lijkt de lat lager te worden gelegd, daarin is het nog maar 5 van de 10 woningen. Dat kan toch niet waar zijn! We waren toch juist van plan om veel betaalbare woningen te bouwen. Er zijn al meer dan genoeg dure eengezinswoningen in Houten. Onze jongeren en starters verdienen nu ook een eerlijke kans, ook als ze minder geld op de plank hebben liggen. En die behoefte aan betaalbare woningen en gelijkvloerse woningen hebben we met zijn allen goedgekeurd bij het vaststellen van de woonvisie. Laten we daar nu niet voor weglopen. Vandaar dat D66 een motie indient om het woningbouwprogramma uit de woonvisie nog steeds als basis te gebruiken voor de komende jaren. Want doelen zijn er niet om van te dromen. Woningen zijn er niet om van te dromen. Woningen zijn er om in te wonen.

Zoals ik al zei: die doelstellingen zijn best spannend. Juist omdat wij bouwen voor onze jongeren en starters zo belangrijk vinden, vroegen wij keer op keer om concreet uit te werken hoe we die betaalbare woningen ook echt gaan realiseren. Die moties kregen steeds de steun van de hele raad, van alle partijen. Maar de wethouder benadrukt de laatste tijd vooral dat het bouwen van goedkope appartementen een hele uitdaging is. En dat is het ook. Maar het is wel een belangrijk speerpunt van de woonvisie. Dus wethouder, wanneer komt u met een uitwerking van plannen om die goedkope appartementen te realiseren?
 
En hoe gaan we ervoor zorgen dat die goedkope en passende woningen zoveel mogelijk terechtkomen bij de doelgroepen waarvoor we bouwen. Dus bij de jongeren en starters, en bij de senioren. Dat gaat om alle instrumenten die daarbij kunnen helpen, dus niet alleen een doelgroepenverordening en een koopgarantregeling. Ook hier hebben we al meerdere malen om gevraagd. We zien het niet in dit spoorboekje terug als belangrijke en logische stap. Wethouder, gaan we die concrete uitwerkingen binnenkort krijgen? Zit dat al bij het programmaplan over een paar maanden? Of gaan we dan constateren dat dit weer geen onderdeel is van de plannen en de planning en moeten we voor de zoveelste keer vragen om een concrete uitwerking?

We koesteren de groene wijken in Houten die uitnodigen om naar buiten te gaan en elkaar te ontmoeten. Daarom zijn we zuinig op verdere inbreiding ten koste van groen en natuur. We zien liever meer groen en natuur in de wijken dan minder. Dat geldt ook voor ons buitengebied. De betekenis van ons mooie open landschap en de natuurwaarde die juist daar kan ontstaan, roept bij ons veel weerstand op voor het bouwen in Houten Oost.Ook zijn er heel veel concrete problemen en uitdagingen die voor die locatie nog onderzocht moeten worden. Tot op heden horen we vooral de ferme wens en wil van het college om daarmee aan de slag te gaan. Maar een reele benadering vraagt ook om de risico’s en uitdagingen te benoemen en te onderzoeken. In dat opzicht hebben wij de indruk dat die zorgen nog onvoldoende serieuze aandacht krijgen en onderzocht worden.  In dat opzicht is dit spoorboekje niet in balans. En het risico van een tunnelvisie ligt volgens ons op de loer.

Ook vinden wij het lastig om een incompleet document als kader te hanteren. Zeker ook als het als groeidocument wordt gepresenteerd dat zich zal doorontwikkelen. Voor ons is het daarom logisch om niet in te stemmen met dit document, maar het ter kennisgeving aan te nemen.

Alles bij elkaar vinden we het spoorboekje een lastig document. Als document kan het natuurlijk groeien, dus de term groeidocument kunnen wij wel plaatsen. Maar het is zeker nog geen volwassen kader dat geschikt is om mee in te stemmen of met wat kleine aanvullingen te omarmen. Laten we er daarom voor kiezen om het alleen als monitoring tool vast te stellen, maar dan wel met een heldere en ambitieuze doelstelling van het woningbouwprogramma. Want nogmaals: doelen zijn er niet om van te dromen. Woningen zijn er niet om van te dromen. Woningen zijn er om in te wonen.