D66 knokt voor een veilige N224 en N304

Met regelmaat gebeuren er ongelukken op de N224 waar fietsers, wandelaars en auto’s bij zijn betrokken, soms zelfs met de dood tot gevolg. Daarom kwam D66 samen met alle omwonenden van deze weg met een voorstel om de bebouwde kom te vergroten en zo de veiligheid te verbeteren en de snelheid te verlagen.

Een weg van bijna 100 jaar oud waar snel iets aan moet gebeuren.

Bijna 100 jaar geleden werd begonnen met het eerste Rijkswegenplan 1927; hierin stond al wat nu de Rijksweg is; aanvankelijk door vrijwel onbebouwd gebied, nu nog steeds 80.  Rijksweg 24 (toen nog zonder 2) bleef niet lang van belang. In de oorlog werd vanaf De Klomp begonnen met wat nu de A12 is maar het duurde tot eind jaren ’50 tot Planken Wambuis was bereikt en de Rijksweg zijn karakter als landelijke hoofdverbinding verloor.  Meer dan 20 jaar geleden is de A30 aangesloten op de A12 en is de Rijksweg alleen nog in naam een weg van ‘Rijks’-betekenis. Tijden veranderen en de wegen met hen, als het goed is. Maar hier is het niet goed. De weg waar het om gaat is een anachronisme geworden. Ik zal uitleggen waarom dat zo is en daarbij ook punten van het college aanstippen. 

Is het nou wel of niet een bebouwde kom rond de weg? 

Aan weerszijden zijn in de loop der jaren woonwijken gegroeid en dientengevolge is de weg in de bebouwde kom komen te liggen. Het gebruik van de Rijksweg, niet alleen door auto’s maar ook door overstekende fietsers, voetgangers is in de loop der jaren veranderd. De wetgever heeft de bevoegdheid over de bebouwde kom niet voor niets bij de gemeenteraad gelegd. De raad is het best bekend met de plaatselijke omstandigheden. Die volgen niet uit technisch-verkeerskundige argumenten maar uit een goed beeld van de totale omgeving. De reacties van de omwonenden en andere gebruikers geven aan hoe zij erover denken.  Bekijk de situatie niet vanuit het verleden/heden maar toekomstgericht: de weg toont zich als een vanzelfsprekende binnen bebouwde kom weg door woonwijken, park etc. Kijk niet vanuit de weg naar de omgeving maar vanuit de omgeving naar de weg.  

Is de snelheid nou wel of niet van belang? En er is toch barrièrewerking? 

Snelheid zal veelal niet de oorzaak van een ongeval op deze weg zijn. Je kunt er gemakkelijk 100 rijden of nog meer, sommigen doen dat ook en bijna altijd gaat dat goed. Alleen soms gaat het fout en dan zijn de gevolgen niet te overzien. 
Wij zijn ook voor een tunnel voor langzaam verkeer maar dat baseren we op de te verwachten aantallen fietsers, ook door de bouw van Doesburgerbroek. Het is een pervers argument om de snelheidsverlaging tegen te houden als een bedreiging voor de gewenste tunnel. 

De weg is ingericht conform een maximale snelheid van 80 km/h 

De autosnelwegen zijn ontworpen voor een snelheid van 130 km/h. Toch geldt daar overdag 100 km/u. Dat je op de Rijksweg dús 80 km/h, de veronderstelde ontwerpsnelheid, zou moeten mogen rijden is evident een gelegenheidsargument. 

En misschien voldeed de weg ooit aan de ontwerpeisen voor een 80 km/h weg. Maar het wegvak is zoals betoogd bijna 100 jaar oud, weliswaar hier en daar geupgrade door het afsluiten van diverse zijwegen maar de vele oversteken voor fietsers en voetgangers, de spoorwegovergang en de met verkeerslichten geregelde oversteek maken dat hij niet meer voor 80 km/h geschikt is.  Jaren geleden is dit al bevestigd in een rapport van VVN. Helaas is rapport dit door de provincie terzijde geschoven.  Daarbij is vanuit veiligheidsoptiek belangrijker dat hij niet meer aan de eigenschappen voor een 80 km/h weg voldoet dan of de weg aan de eisen van een 50 km/h weg voldoet. Want nog lager hoeft ook niet. 

De beveiliging is oneerlijk: de best beveiligde en enige goed geregelde overgang is die van de spoorweg, de minst kwetsbare verkeersdeelnemer: Tijdige signalering als er een trein aankomt , Waarschuwingslichten, Slagbomen. Het verkeerslicht voor fietsers en voetgangers heeft dat allemaal niet laat staan de andere oversteken. Het verkeerslicht is onveilig voor fietsers en voetgangers door rood-rijders. Waren de kwetsbare verkeersdeelnemers maar net zo goed beschermd als de trein. 

Leidt het voorstel tot sluipverkeer?  

We hebben herhaaldelijk om inzicht in het verkeersmodel gevraagd maar niet gekregen. De gepresenteerde cijfers komen onwaarschijnlijk over voor een reistijdverschil van minder dan 1 minuut. We kijken allemaal wel eens naar Buienrader. We weten dus dat de werkelijkheid niet met de verwachting hoeft overeen te komen. En dan zijn de weerkundige modellen onvergelijkbaar meer geavanceerd dan de verkeersmodellen. 

De weg is toch niet ‘van ons’?  

Als dat een argument zou zijn, had de wetgever wel geregeld dat de provincie verantwoordelijk is. Dat is niet het geval. 
Bevoegdheid geeft ook verantwoordelijkheid. Ook voor het niet-uitoefenen van je bevoegdheid als je problemen signaleert die ermee te maken hebben. De raad gaat over de bebouwde kom en D66 wil graag dat de raad zijn verantwoordelijkheid neemt.  
Dit dossier heeft een jarenlange geschiedenis van ambtelijk en bestuurlijk overleg, acties van omwonenden en andere belanghebbenden, en ongelukken waaronder diverse dodelijke. Het is daarom niet verwonderlijk dat ik kan bogen op de steun van de buurtverenigingen Zeeheldenbuurt en Ede-Noord, de Fietserbond en de SME. Nieuwe tegenargumenten zijn al die jaren nauwelijks aangevoerd en ik vind ze allemaal niet overtuigend. Dus tijd dat de raad zijn verantwoordelijkheid neemt. 

Ten slotte, voorzitter, denk je eens in:  je rijdt vanaf de hei langs De Langenberg, langs de Componistenbuurt en dan de bebouwde kom van Ede in; je passeert direct een groep sporters bij de oversteekplaats naar de hockeyvelden en het bos, komt bij een goed geregeld kruispunt en vervolgt rustig je weg zodra je groen krijgt; 
als nodig ga je tanken bij het tankstation en passeert daarna de spoorwegovergang, als er een trein aankomt word je tijdig gewaarschuwd;  je rijdt door de parken van Kernhem tussen de boerderij Slijpkruik en het landhuis door, voor je zie je rustig een kind oversteken dat haar hond uitlaat bij het landhuis of onderweg is naar de padvinderij; er steekt ook een groep jongelui over die moe zijn van het voetballen op het veld bij huis Kernhem  dan kom je bij de kruising met de Lunterseweg en denk je: “wat fijn dat ik zo rustig en veilig heb kunnen rijden”.