Laat iedereen vrij maar niemand vallen

Kansengelijkheid begint in de wieg. Niet ieder kind krijgt dezelfde basis mee. Daarom moeten ontwikkelachterstanden zo vroeg mogelijk worden voorkomen, zodat alle kinderen een eerlijke start maken op de basisschool. Om zoveel mogelijk te werken met preventie, zetten we ook in op versterking van de samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg.

Vrij zijn begint met onderwijs

D66 wil dat kinderen samen opgroeien, daarbij hoort contact tussen kinderen van alle opleidingsniveaus. Daarom vinden we het belangrijk dat leerlingen van verschillende scholen vroegtijdig met elkaar in contact worden gebracht door bijvoorbeeld een debat, een jongeren/kinderraad of sportactiviteiten. D66 wil dat kinderen kennismaken met o.a. sport, cultuur, natuur en huiswerkbegeleiding. Dit vereist een sterke samenwerking tussen onderwijs, opvang en lokale verenigingen, instellingen en organisaties. Hiervoor liggen kansen bij zowel basis- als voortgezet onderwijs. De gemeente faciliteert jaarlijks een scholierendebat, wij zetten daarnaast in op een kinderraad waarin alle Biltse scholen vertegenwoordigd zijn.

Om gelijke kansen in het onderwijs te bevorderen verdiepen we ons in het aanmeldbeleid van de scholen in onze gemeente. We willen een transparant en eerlijk proces zodat elk kind dezelfde kansen krijgt. De gemeente moet er actiever op toezien dat de vrijwillige ouderbijdrage ook echt vrijwillig is en dat de bijdrage nooit een reden voor uitsluiting van kinderen mag zijn.

De coronacrisis heeft ons laten zien dat een werkende laptop voor ieder kind van belang is. Toch kunnen niet alle ouders een goede laptop voor hun kind of kinderen aanschaffen. De gemeente zoekt de samenwerking met onderwijsinstellingen en maatschappelijke partners om ervoor te zorgen dat iedere student of leerling een laptop heeft voor school- of studiedoeleinden, dit kan bijvoorbeeld via stichting Leergeld.

Ook in andere opzichten heeft de coronacrisis laten zien dat kansenongelijkheid in het onderwijs een serieus probleem is. D66 stimuleert flexibele studieplekken voor elke kern, zodat elk kind in ieder geval een goede werkplek heeft. Ouders en leerlingen voelen veel druk door de leervertraging die tijdens corona verder is opgelopen. Gezien de urgentie van de situatie wil D66 dat er een fonds wordt gevormd om de ontstane vertraging en achterstanden tegen te blijven gaan. Wat ons betreft komt er geen ‘coronageneratie’ die een leven lang de prijs betaalt voor deze pandemie.

Beeld: www.bureauvandenhoek.nl

Nieuwkomers krijgen vanaf 2022 de kans om op een nieuwe manier in te burgeren. Door samen met iedere nieuwkomer een passend plan voor haar of zijn inburgering te maken, krijgen zij de best mogelijke start; ook op weg naar werk. Ook tijdens de inburgering geldt ‘een leven lang leren’: mensen die al wat ouder zijn, of die later nog willen bijleren om in Nederland de werkervaring uit hun land van herkomst weer in te zetten, krijgen die kans.

Voor mensen die als vluchteling of migrant naar Nederland zijn gekomen is taal een essentiële voorwaarde om mee te kunnen doen. We bestrijden daarom (digitale) laaggeletterdheid. Dat gaat verder dan alleen een inburgeringsexamen: juist informele gesprekken met buurtgenoten en taalmaatjes zorgen dat je de taal echt gaat beheersen. Dit soort informeel taalonderwijs moet breed toegankelijk zijn: niet alleen nieuwkomers hebben behoefte aan extra ondersteuning op taal. Dit doen we door te gaan voor een brede aanpak, samen met onderwijs, maatschappelijke organisaties, bibliotheken en boekhandels. De gemeente betaalt daar aan mee.

Het sociale domein

We laten iedereen vrij, maar niemand vallen. Daarom is het belangrijk dat iedereen op zijn eigen manier mee kan doen aan de maatschappij. Nu de gevolgen van vergrijzing, corona, stagnerende woningmarkt en dreigende energiearmoede voor met name kwetsbare groepen zich opstapelen, verdient dit extra aandacht. Voor veel mensen wordt het namelijk zonder hulp van de overheid moeilijker om op een goede manier mee te blijven doen. De gemeente kan daarin niet alles, maar er wel alles aan doen om onze invloed zo groot mogelijk te maken. Dat kunnen we vooral doen door regie te nemen op samenhangende oorzaken van de problemen, zoals het woningtekort, oplopende schuldenproblematiek en zorg.

IIn werkgelegenheid, jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning zijn we één ongedeelde regio. Daarom zet D66 in op een goede samenwerking in Zuidoost Utrecht. Gemeenten leren daar van elkaar en delen de risico’s. Alléén kunnen we de kwaliteit van dienstverlening die nodig is niet bieden aan onze inwoners. Ook zakelijke aspecten als inkoop, relatie en contractbeheer profiteren al van de samenwerking. D66 vindt dat deze samenwerking de kans moet krijgen om zichzelf te bewijzen en zal dit de komende jaren nauwlettend (blijven) volgen.

Ook binnen onze gemeentegrenzen kunnen we het natuurlijk niet alleen. Daarom zet D66 in op een hechte samenwerking met de maatschappelijke organisaties in onze gemeente. Tijdens de Coronacrisis zagen we direct de hulpbereidheid, creativiteit en snelheid van onze vrijwilligersorganisaties. Het bleek weer hoe belangrijk de samenwerking in ons lokale netwerk is.

Regie en ruimte voor de professional, ook voor innovatie

In De Bilt bestaat een uitgebreid netwerk van maatschappelijke organisaties, verenigingen en instellingen. Tijdens de Coronacrisis is goede ervaring opgedaan met het betrekken van dit netwerk bij het maken van plannen. En er is een uitgebreid aanbod van vrijwilligers die de formele delen van zorg en sociaal werk aanvullen. De kracht van dit netwerk is dat zowel de professionals als de vrijwilligersorganisatie hier een duidelijke inbreng hebben. 

D66 vindt dat de gemeente dit netwerk moet ondersteunen en ook benutten voor het formuleren en bijstellen van gemeentelijk beleid. Door professionals en vrijwilligersorganisatie uit verschillende geledingen van de Biltse samenleving samen te brengen in overleggen rond belangrijke thema’s ontstaan krachtige coalities, bijvoorbeeld bij het bestrijden van eenzaamheid, wat een groeiend probleem is in onze samenleving. Dat leidt tot aanscherping van beleid, tot betere plannen, tot innovatie en een goede aansluiting tussen professionals en voorveld. Daarmee versterkt de gemeente haar regie rol en zet ze een volgende stap in de Biltse aanpak. 

Binnen het sociale domein is de focus vanwege de steeds maar stijgende zorgkosten vooral gericht geweest op kostenbeheersing. Hoewel dat begrijpelijk is, moeten we ook juist binnen zorg en welzijn oog houden voor innovatieve nieuwe ideeën, die gericht zijn op betere zorg voor onze inwoners. Daarom wil D66 financiële ruimte voor een innovatiebudget waarmee in pilots met nieuwe instrumenten en zorgconcepten kan worden geëxperimenteerd. 

Versnellen van het traject om uit de schulden te komen

Onderzoeken tonen aan dat problematische schulden verlammend werken op het goed kunnen functioneren in de samenleving. Vaak vormen ze de basis voor het stapelen van meerdere problemen in gezin en op het werk. Een vroege aanpak, en dus vroege signalering is essentieel. Schaamte houdt mensen vaak tegen om hulp te zoeken, daarom is een zo laag mogelijke drempel cruciaal. De regionale sociale dienst wordt sinds kort in een vroeg stadium door energieleveranciers, woningcorporaties en zorgverzekeraars wettelijk op de hoogte gehouden van het ontstaan van schulden van individuele inwoners. De RSD moet daarom goed toegerust worden om op een menselijke en laagdrempelige manier hulp te kunnen bieden. De gemeente moet zich richten op coaching en voorlichting in de eigen omgeving om het ontstaan van schulden zoveel mogelijk te voorkomen.