Eerste Kamer schaft verplichte beraadtermijn bij abortus af

Beeld: Jeroen van der Meyde/Eerste Kamer

Dinsdag stemde de Eerste Kamer voor een initiatiefvoorstel van Jan Paternotte (D66), Attje Kuiken (PvdA), Corinne Ellemeet (Groenlinks) en Jeroen van Wijngaarden (VVD). Hiermee is de verplichte beraadtermijn van 5 dagen voor een abortus afgeschaft. In plaats daarvan beslissen de vrouw en arts voortaan samen over een passende beraadtermijn. Boris Dittrich voerde namens D66 het woord.

Autonomie van de vrouw

Senator Dittrich begon zijn inbreng met het lied “Over tijd” uit de musical Foxtrot van Annie M.G. Schmidt, uit 1977. Door de musical werden mannen en vrouwen zich bewust van het gebrek aan zorg voor vrouwen met een ongewenste zwangerschap. Mede daardoor nam de Eerste Kamer in 1981 de Wet afbreking zwangerschap aan. Dittrich: “Het is mooi om te zien hoe kunst een rol kan spelen bij het in gang helpen zetten van maatschappelijke veranderingen”.

Sindsdien is de zorg voor vrouwen enorm verbeterd. Maar nog steeds kan een vrouw niet volledig beslissen over haar lichaam. De wet verplicht vrouwen zich na een gesprek met de arts vijf dagen lang te beraden, terwijl veel vrouwen al weten dat ze hun ongewenste zwangerschap willen laten beëindigen voordat ze het gesprek met de arts hebben. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat de verplichte beraadtermijn zo niet bijdraagt aan betere bescherming van het ongeboren leven, maar wel inbreuk maakt op de autonomie van de vrouw.

Expertise van de arts

D66 heeft vertrouwen in de professionaliteit van abortushulpverleners. Het initiatiefvoorstel schaft de beraadtermijn niet af, maar maakt deze flexibel: de arts en de vrouw bepalen samen de termijn. Uit de praktijk blijkt dat hulpverleners en vrouwen de alternatieven goed doornemen en dat de besluitvorming zorgvuldig is. Volgens D66 moet de wetgever de relatie tussen de arts en de vrouw zo min mogelijk beïnvloeden.

Rol van de vader

Senator Dittrich sloot af met een citaat van verpleegkundige Janine: “Ongewenste zwangerschap voorkomen is een gedeelde verantwoordelijkheid. Een man moet beseffen dat elke vrijpartij een zwangerschap kan veroorzaken.” Dittrich vroeg de minister om herhaalde ongewenste zwangerschappen en abortussen terug te dringen en daarvoor in gesprek te gaan met professionals over de rol van de man. De minister van Volksgezondheid, Ernst Kuipers, zegde toe de rol van de man, ook bij herhaalde ongewenste zwangerschappen, te gaan bespreken en de Eerste Kamer daarover te informeren.