Amsterdam, maak ruimte voor kinderopvang: ‘goed voor kinderen en ouders’

De wachttijd voor een plek in een Amsterdamse kinderopvang ligt vaak tussen de 40 en 100 weken. Dat heeft twee oorzaken: een gebrek aan personeel en aan locaties. Doordat de kinderopvang een gereguleerde markt is, zijn er wettelijke eisen – zoals een verplichte buitenruimte. Hierdoor zijn er minder locaties geschikt – zeker in de krappe vastgoedmarkt. De gemeente heeft niet de directe taak om de huisvesting te regelen, maar kan wel meer betekenen, ook omdat de gemeente weet wanneer een kinderopvang sluit.
Om dat te bereiken stelt Wehkamp allereerst voor dat de gemeente in kaart brengt waar de impact van het gebrek aan kinderopvang het grootst is. Zodat er beter gestuurd kan worden op de plekken in de stad waar de behoefte is. Ook wil ze dat kinderopvang opgenomen wordt in het huisvestingsplan. En dat het gebruik van scholen, ander gemeentelijk vastgoed, sportclubs en andere geschikte locaties kan worden ingezet voor de kinderopvang. Ook wil ze onderzoeken of de functie boerderij gemakkelijker gewijzigd kan worden naar kinderopvang.

Bij 70 procent van de huidige kinderopvangorganisaties is een tekort aan personeel. En de verwachting is dat dit tekort oploopt naar minimaal 1.500 medewerkers de komende jaren, dit is nog zonder de explosie van tekorten als kinderopvang gratis wordt. Eén van de oorzaken is dat het tegenwoordig verplicht is om meer personeel per kind te hebben. Ook vertrekt veel personeel, mede door een gebrek aan doorgroeimogelijkheden en ongunstige roosters. Hierdoor ontstaat er een vicieuze cirkel, want de tekorten leggen meer druk op het huidige personeel. 
Om het personeelstekort te verhelpen stelt Wehkamp voor om een themadag te organiseren voor goed werkgeverschap. Er zijn bijvoorbeeld medewerkers die meer kunnen werken als zij de mogelijkheid hebben om eerst hun eigen kind naar school te brengen. Ook wil ze een campagne om meer groepshulpen, een instapfunctie, aan te trekken. Ook wil ze – met het oog op ontwikkeling – meer inzetten op combinatiebanen, waarbij men bij de kinderopvang en een school werkt.