Informele Bestuurscultuur

Op 24 mei 2024 verscheen er een artikel op de website van ‘Nieuws in Aalsmeer’ onder de titel ‘Bestuurscultuur in Aalsmeer: van ‘gebrek aan transparantie’ tot ‘het werkt goed op deze manier’. Ook D66 Aalsmeer werd bevraagd voor dit artikel.

Aanleiding

Aanleiding voor het artikel op Nieuws in Aalsmeer was het winnen van ‘De Tegel’ in de categorie ‘regio/lokaal’ voor een artikel in de Stentor ‘Nederlandse gemeenten overtreden massaal de wet door achterkamertjes in te duiken’ van Gep Leeflang dd. 24 juni 2023.

Nieuws in Aalsmeer peilde hierop enkele meningen van de lokale politieke partijen in de Aalsmeerse gemeenteraad. Ook omdat Aalsmeer genoemd werd in het artikel in de Stentor.

Artikel Stentor

Ik werd in de gelegenheid gesteld een reactie te geven namens de fractie van D66 in Aalsmeer. De korte vraag was een reactie te geven op het artikel in de Stentor van vorig jaar en hoe wij daar als D66 tegenaan keken. Toen ik het artikel doorlas bleek al gauw dat het artikel op bepaalde punten wel heel erg kort door de bocht scheerde.

In het juryrapport staat geschreven dat de journalist tot zijn stuk kwam toen hij een raadsvergadering wilde bijwonen die tot zijn verbazing ineens ‘besloten’ bleek. Dit geval wordt in het Stentorstuk kort beschreven en het lijkt hier inderdaad te gaan over een zogenaamde ‘besloten vergadering’. Dus niet-openbaar en daarmee niet toegankelijk voor buitenstaanders.

Het genoemde voorbeeld lijkt inderdaad wat schimmig. Maar uit het artikel valt niet te herleiden of deze vergadering inderdaad in strijd zou zijn met de regels die gelden voor dit soort ‘besloten vergaderingen’.

Maar vervolgens gaat de journalist verder door te stellen dat, in het algemeen gesteld, ‘informele bijeenkomsten’ ook gebruikt worden om met opzet buiten de publiciteit te vergaderen, en dan vooral; beslissingen te nemen. En dat daarmee een pijler van de democratie, die van openbaarheid van bestuur, geweld wordt aangedaan. En dat dit in ieder geval tegen de ‘geest van de wet’, of zelfs tegen de wet, zou ingaan.

En daarmee gaat hij te ver.

Democratische spraakverwarring

Maar de stellingname en de vragen riepen bij mij wel op dat ik er wat dieper op in wilde gaan. Hier wilde ik niet stoppen met het droge antwoorden van de gestelde vragen.

Niet alleen omdat het onderwerp interessant is en fundamentele democratische kwesties behandeld en dit onderwerp een van mijn persoonlijke interessegebieden is.

Maar ook omdat er bij een korte, ongenuanceerde beantwoording ruimte kan ontstaan voor spraakverwarring, verkeerde suggesties en schade aan de democratische fundering van de Aalsmeerse politiek.

De suggesties die worden gewekt door het commentaar van de PvdA in het stuk van Nieuws in Aalsmeer onderschrijft deze veronderstelling wat mij betreft.

Reactie fractie D66

Bovenaan deze pagina kan er doorgeklikt worden naar de artikelen van Nieuws in Aalsmeer en de Stentor. Beiden zijn zeer het lezen waard, al ben ik het dus niet op alle punten eens. Een paar argumenten worden in het stuk op Nieuws in Aalsmeer al belicht.

Maar ik wil hierbij toch ook toegang geven voor mijn volledige reactie. Overigens bood Nieuws in Aalsmeer mij ook de gelegenheid deze via hun website te delen, maar ik was wat terughoudend omdat het uiteindelijk een ‘kladje’ is – een directe reactie op een persoonlijk verzoek. En dus niet een uitgewerkt stuk op basis van leesbaarheid en volledigheid van argumentatie.

Maar misschien dat mijn volledig schrijven nog wel wat extra argumenten aan de discussie kan bijdragen. En dat deze daarmee nog wat verdere gedachten bij de lezer kan oproepen.

Conclusie

Voor hen die niet eindeloos willen doorklikken, deel ik hier de conclusie van mijn stuk.

“Er bestaan wat mij betreft voldoende redenen om informeel te blijven vergaderen. Dit kan wel alleen onder vooraf gesteld voorwaarden die het democratisch gehalte verzekeren.

De vergaderingen mogen geen alternatief vormen voor de formele openbare vergaderingen en in principe moet alles wat in de informele vergaderingen ter tafel komt op een of andere manier in de formele openbare vergaderingen aan de orde kunnen worden gesteld.

Maar democratie is net zo goed een vorm van georganiseerd wantrouwen als een vorm van georganiseerd vertrouwen. Democratie werkt niet meer wanneer men slechts op puur formele wijze met elkaar omgaat. Het is mensenwerk en we moeten op een menselijke manier met elkaar om kunnen gaan.

Het huidige politieke klimaat op zowel Rijksniveau, als provinciaal niveau, als gemeentelijke niveau wordt te veel geregeerd door de waan van de dag.

En die waan wordt voornamelijk gevoed doordat met bij voortduring de noodzaak voelt om in volle openbaarheid, op zeer luide toon een mening naar voren te schreeuwen. En dat voornamelijk voor de bühne – het doorpakken op die meningen vindt bijna nooit plaats. Tegen die tijd is men immers alweer bezig een andere mening publiek te maken.

Openbaarheid alleen is niet voldoende ter ondersteuning van de democratie; het is met name het openbare debat. Wanneer informele bijeenkomsten voorkomen dat er publiek debat plaatsvindt moeten deze direct worden tegengegaan. Wanneer informele bijeenkomsten leiden tot een hoger niveau van publiek debat moeten ze worden ondersteund.

En wat betreft de ‘toename van het wantrouwen in de politiek’; hierin heeft ook de pers een rol te spelen als bewaker van de democratie. Dat geldt voor de controlerende taak. Maar dat geldt ook ten opzichte van het voorkomen van het aanjagen van wantrouwen in de politiek. De slotalinea’s van het Stentorstuk gaan mij in dat licht te ver. Zeker waar de meeste stellingnames in het stuk niet onomstreden zijn.”