D66 wil slim bouwen en meer groen voor sterke wijken

Tijdens de raadsvergadering van 11 december 2025 stond de leefbaarheid van bestaande wijken in de gemeente centraal. Het doel van de discussie was om te bepalen hoe de aanpak van leefbaarheidsproblemen het beste kan worden aangepakt, met aandacht op het voorkomen van problemen. D66 Haarlemmermeer raadslid Sophie van de Meeberg benadrukte in haar bijdrage dat het er uiteindelijk om gaat dat mensen fijn kunnen wonen, elkaar kunnen ontmoeten en zich welkom voelen in hun buurt.

Sophie van de Meeberg - Beeld: D66 Haarlemmermeer

Voor D66 zijn drie zaken belangrijk om de wijken te verbeteren en te versterken. Zorg voor sterke buurten, woningaanbod dat past bij de bewoner én slim werken aan wijkverbetering.

1. Zorgen voor sterke buurten

In sommige wijken hebben mensen last van eenzaamheid, geldzorgen, of kennen buren elkaar niet meer. De gemeente kan niet bepalen hoe mensen moeten leven, maar kan wél de juiste omgeving creëren. Door ruimte te maken voor ontmoeting. Dit betekent meer plekken voor activiteiten en meer groen waar bewoners elkaar vanzelf tegenkomen. Dit helpt echt, zo blijkt de cijfers die we ontvingen. Ook investeren in klimaatadaptatie, zoals betere waterberging en verkoeling, betaalt zichzelf terug in gezondheid en veiligheid. Daarom hoort dit bij de aanpak van ‘in één keer goed doen’.

2. Woningaanbod dat past bij de bewoner

Er is een tekort aan woningen die passen bij de behoeften van onze inwoners. Veel ouderen wonen in een huis dat eigenlijk te groot is, terwijl jongeren en starters nauwelijks een plek kunnen vinden. Gezinnen komen daardoor in de knel. D66 pleit daarom voor ‘slim verdichten’: bouwen op plekken waar dat kan, bijvoorbeeld rond centra en bij openbaar vervoer. Dit betekent niet overal hoge flats, maar een grotere keuze in verschillende woningtypes. Denk aan kleine woningen voor alleenstaanden, woningen zonder trappen voor ouderen, en betaalbare huizen voor starters. Als mensen binnen hun eigen wijk kunnen verhuizen, blijft hun sociale netwerk intact.

3. Slim werken bij wijkverbetering

In de komende jaren moeten veel straten, riolen en stoepen vervangen worden. Dit kost veel geld, maar het is ook een grote kans. De gemeente moet deze werkzaamheden gebruiken om direct te kijken hoe de wijk groener gemaakt kan worden, hoe water bij zware regenbuien wegblijft van huizen, en hoe straten veiliger kunnen worden voor kinderen. In plaats van elk probleem apart op te lossen, kan het beter ‘in één keer goed’ worden gedaan. De energietransitie en de druk op het elektriciteitsnet zijn ook belangrijk en moet worden meegenomen in deze integrale wijkverbetering.

Samenwerken met dorps- en wijkraden

Samenwerken is de sleutel! Het is essentieel om samen te werken met de bewoners. Dorps- en wijkraden hebben al aangegeven te willen meedenken. De mensen die er wonen, weten immers het beste wat wel of niet werkt in hun wijk of dorp. Het plan is dan ook: niet van bovenaf bepalen wat goed is, maar samen ontwerpen, samen dromen en samen besluiten. Hoewel de gemeente niet alles kan oplossen, een fijne buurt wordt door iedereen samen gemaakt, kan de gemeente wel zorgen voor de ruimte, de middelen en een luisterend oor.

Volgens Sophie van de Meeberg moeten deze uitdagingen niet gezien worden als problemen, maar als kansen. Kansen om de buurten sterker te maken, zodat iedereen, jong of oud, nieuwkomer of oudgediende, zich thuis kan voelen in Haarlemmermeer. Nog een keer: het kan wél!