Boris Dittrich: “Woorden doen ertoe. Woorden in de tekst van de Grondwet ook”

De Eerste Kamer heeft met 56 stemmen vóór en 15 stemmen tegen in tweede lezing ingestemd met het initiatiefwetsvoorstel van D66, PvdA en GroenLinks om Artikel 1 van de Grondwet te wijzigen. Discriminatie op basis van handicap en seksuele geaardheid wordt daarmee expliciet verboden. Boris Dittrich voerde het woord namens D66 en de Partij voor de Dieren. Hij benadrukt dat de opname van discriminatiegronden niet alleen symboliek is: “De Grondwet is een levend document. Woorden doen ertoe. Woorden geven houvast. Woorden in de tekst van de Grondwet ook. De betekenis van de Grondwet neemt erdoor toe.”

Beeld: Eigen foto

Lange adem

Een wijziging van de grondwet vereist meer stappen dan andere wetten. De wetswijziging moet twee keer door de Eerste en Tweede Kamer worden behandeld: een keer voor en een keer na een Tweede Kamerverkiezing. De tweede keer moet de grondwetswijziging met twee-derde meerderheid worden aangenomen. Deze grondwetswijziging kent dan ook een lange geschiedenis. In 2001 heeft Boris Dittrich zelf nog een motie ingediend over de toevoeging van deze non-discriminatiegronden aan Artikel 1, toen hij fractievoorzitter in de Tweede Kamer was. De lange discussie en de vele kansen om vragen te stellen heeft gezorgd voor een zogenoemde ‘constitutionele rijpheid’.

“De Grondwet is een levend document. Woorden doen ertoe. Woorden geven houvast. Woorden in de tekst van de Grondwet ook. De betekenis van de Grondwet neemt erdoor toe.”

Expliciet verbod

Artikel 1 van de Grondwet verbiedt discriminatie op alle gronden. Sommige partijen vroegen zich af waarom handicap en seksuele gerichtheid dan expliciet moeten worden genoemd. Senator Dittrich: “Als de bepaling goed zou worden nageleefd in de praktijk van alledag, zouden we echt een mooie samenleving hebben, waarin iedereen gelijkwaardig is, waarin iedereen gelijk wordt behandeld, waarin iedereen mee kan doen en waarin we niemand laten vallen, maar helaas is de realiteit weerbarstig.” Mensen met een handicap en mensen die zich als lesbisch, homo of biseksueel identificeren hebben in het verleden veel discriminatie en wettelijke achterstelling meegemaakt. Met expliciete opname in de tekst van de Grondwet wordt gelijkwaardigheid voor de wet erkend. Het vergroot de herkenbaarheid van deze groepen en versterkt hun rechtsbescherming.

Blik op de toekomst

De Grondwetswijziging verbiedt expliciet de discriminatie van deze groepen, maar de werkelijkheid komt nog niet overeen met het geschreven woord. Senator Dittrich benoemde daarom de problemen die gehandicapten momenteel ondervinden in het openbaar vervoer. Verder vroeg hij de minister om de toegankelijkheid voor mensen met een beperking in Saba, Sint Eustatius en Bonaire te verbeteren.

De Grondwet is een levend document. D66 staat niet onwelwillend tegenover verdere uitbreidingen van het discriminatieverbod. Nederland is door Europese verdragen verplicht om op te treden tegen discriminatie op basis van ‘sociale afkomst’ en ‘sociaaleconomische status’. De Raad van Europa heeft recent een resolutie aangenomen die oproept om deze termen op te nemen in de wet, ook in de Grondwet. Senator Dittrich vroeg aan de minsister of de regering de resolutie gaat uitvoeren. En zo ja, wat is dan de route daarnaartoe? De minister heeft in het debat toegezegd naar deze kwestie te gaan kijken.