Delft stopt met volgen burgers op social-media via anonieme accounts
Op 17 juni stelde de fractie van D66 Delft schriftelijke vragen over het volgen van burgers op social media via anonieme of nep-accounts. De gemeente bleek anonieme accounts gebruiken om burgers te volgen, o.a. bij de handhaving van de bijstand en bij het handhaven van de openbare orde. D66 vindt dit een ernstige inbreuk op rechten van burgers en waar er sprake is van strafrechtelijke vervolging geen taak van de gemeente.
Volgen was niet toegestaan
Mede naar aanleiding van onze vragen is de Functionaris Gegevensbescherming (FG), die o.a. is aangesteld als bewaker van privacywetgeving, alsnog om een advies gevraagd. De conclusie van de FG was dat het volgen met een geheim account van burgers noch groepen, ook in openbaar toegankelijke virtuele ruimten, niet toegestaan is. De gemeente mag alleen een algemeen account gebruiken, herkenbaar als zijnde van de gemeente.
In de commissie toonden weinig partijen zich al te bezorgd over de situatie die toch door de FG als onrechtmatig was bestempeld. Sommigen trokken deze conclusie zelfs in twijfel, concludeerden dat de gemeente de aanbevelingen toch ging opvolgen en betichtten de agenderende partijen van populisme en sommigen drongen zelfs aan op meer inzet van dit soort middelen en riepen op om de randen van de wet op te zoeken.
College staakt gebruik anonieme accounts
D66 concludeert dat het terecht was om dit onderwerp aan te kaarten en noodzakelijk om verandering te brengen in de onwenselijke inzet van anonieme accounts op social media door de gemeente. Dankzij de schriftelijke vragen van D66 en OD, ligt er nu een helder advies van de FG, dat wat ons betreft voortaan wordt gevraagd vóórdat beleid of opdrachten worden uitgevoerd. Hierdoor staakt het college het gebruik van anonieme accounts én worden er bij het bewaken van de openbare orde geen individuen meer online gevolgd door de gemeente. Iets wat in onze ogen ook geen taak van de gemeente zou moeten zijn.
Wet- en regelgeving loopt achter
D66 wil dat de gemeente werkt vanuit vooraf vastgestelde wettelijke kaders en protocollen voor online monitoring. Onze conclusie is dat deze wet- en regelgeving rondom deze bevoegdheden in de digitale wereld achterlopen bij de actuele realiteit. Daarom wil D66 dat Delft bij het Rijk blijft aandringen op versterking en verankering in wetgeving van online monitoring ten behoeve van democratische en rechtsstatelijke waarborgen dat de gemeente werkt.
Het volgen van bijstandsgerechtigden via social media door de gemeente stelt D66 graag ter discussie bij de handhaving in de bijstand, vanuit onze visie ‘de mens centraal, niet de regels’.