Het licht is aan.

Deze speech werd uitgesproken door fractievoorzitter Susanne Schilderman tijdens de Algemene beschouwingen bij de Voorjaarsnota.

‘t Heeft lang geduurd
Ik was alweer bijna vergeten
Dat alles weer groen wordt als je maar wacht Gooi maar wat goud op m’n hoofd En ook wat in de bomen Alles danst, alles leeft als je bent geweest Laat de vogels maar komen Alles staat klaar Jas uit, deur uit, ogen weer dicht En ik ga Het licht is aan!

De Utrechtse muzikant Aafke Romeijn zegt het zo mooi: het licht is aan. Ook in onze stad gaan langzaam de lichten aan. We klimmen uit het dal na bijna 1,5 jaar coronacrisis. Met dank aan de wetenschap en het harde werk van de mensen van de GGD zijn er in onze regio al meer dan een half miljoen prikken gezet. Binnenkort zullen bussen de meest kwetsbare wijken ingaan om te zorgen dat ook daar mensen beschermd worden tegen het virus. D66 juicht dat van harte toe.
Nu de gezondheidscrisis minder wordt gaat ook de economie weer van het slot. Veel ondernemers kunnen eindelijk weer aan de slag. Winkels, terrassen en restaurants zijn weer open. Het licht gaat ook daar weer aan, de summer in city is voor een tweede keer in aantocht.

De Nederlandsche Bank bericht dat de Nederlandse economie veel sneller herstelt van de coronacrisis dan verwacht. Zelfs als de vaccins niet goed werken tegen nieuwe varianten van het virus, zal Nederland niet opnieuw in een recessie belanden. Dat biedt voor Utrecht hoop en geeft reden voor optimisme.
Juist nu het licht aangaat zien we weer heel scherp dat kansen ongelijk verdeeld zijn en dat de verschillen tussen zij die mee kunnen doen en zij die dat niet kunnen doen. Op school, op de arbeidsmarkt en de woningmarkt zijn de verschillen soms heel groot. Dat schept verplichtingen voor de komende tijd.

Utrecht is door de moeilijkste periode sinds de Tweede Wereldoorlog gegaan. Dat heeft een flinke wissel getrokken op de bewoners in onze stad, op onze saamhorigheid. Maar er blijkt ook in heel korte tijd veel mogelijk. Of we het nu leuk vinden of niet, online werk en lesgeven heeft een gigantische boost gekregen. En er zijn fantastische initiatieven ontstaan van bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties om elkaar deze periode door te helpen. Die willen wij blijvend steunen, hiervoor hebben we vorig jaar al een motie ingediend (motie 213 ). Wat we nu niet moeten doen, is gaan bezuinigen op dat wat Utrecht zo fijn maakt: een veilige en sociale stad met toegankelijke voorzieningen en hulp voor kwetsbare Utrechters.

We kijken met trots naar de snelheid waarmee de vier corona-steunpakketten van in totaal 116 miljoen euro tot stand zijn gekomen en ten uitvoer worden gebracht. De aanleiding was niet goed, de uitvoering was adequaat en gericht.

Waar andere gemeenten ervoor hebben moeten kiezen de bieb of het zwembad sluiten of te bezuinigen op jeugd of sport, kiest Utrecht voor de toekomst. Dat kan, door de groei van onze stad. En D66 staat ervoor daar in te blijven investeren. In een groeiende stad die bereikbaar en groen is. En door zo te investeren zodat juist onze bewoners daar baat bij hebben, zoals we duidelijk hebben aangegeven bij de begroting eind vorig jaar. Dan gaat het om bestaanszekerheid, werkgelegenheid en voorzieningen op het gebied van cultuur, sport en evenementen. Dat is investeren in het cement van onze samenleving. (Dat is wat we met deze Voorjaarsnota doen.)
De financiële positie van de gemeente is een grote uitdaging. Bovendien is de toekomst – ondanks het positieve economische nieuws waardoor het lichtje weer aan ging– nog steeds zeer onzeker.

Door de effecten van corona en de gebrekkige bekostiging vanuit het Rijk is de Voorjaarsnota geen eenvoudige opgave geweest voor het college. Met het verhogen van de Onroerend Zaakbelasting kiest het college ervoor een bijdrage te vragen voor de toekomst van onze stad aan de sterkste schouders. Dat is een pijnlijke keus.

Liever hadden wij gezien dat Utrecht wél een eerlijke vergoeding vanuit Den Haag had gekregen voor alle taken die de gemeente uitvoert. Onderaan de streep komt mijn partij tot de conclusie dat we nu op een beslissend moment staan. Juist de politieke keuzes vlak na een crisis bepalen de toekomst en schrijven de historie van Utrecht. Bezuinigen maakt het sociale cement in onze stad voor de komende jaren kapot en we krijgen dit niet zomaar herstelt.

Ondernemers die het zwaar hebben en een verhoogde OZB moeten betalen, kunnen een beroep doen op het compensatiefonds dat wordt ingesteld. Wij steunen dit voorstel voor een compensatiefonds van harte.

Kansengelijkheid

Door de coronamaatregelen was ondersteuning bieden aan mensen die dat nodig hadden ineens veel ingewikkelder. Daar ging een lampje branden dat creativiteit heet.  In een grote zaal in Kanaleneiland kwam hulp op 1,5 meter voor mensen met geldproblemen. Er ontstonden belkringen voor bewoners die eenzaam waren en boodschappendiensten voor mensen die de deur niet uit konden. De Voorleesexpres ging digitaal verder en bij sommige gezinnen was de ene bezoeker die volgens de regels per dag mocht komen, zelfs de voorlezer!

Ondanks al deze geweldige initiatieven drukken de gevolgen van de coronacrisis ons ook met de neus op de feiten: de kansengelijkheid wordt kleiner. Dat vraagt om actie. Utrecht is als het aan D66 ligt een stad waar we omkijken naar elkaar en waar we de afgelopen periode aangrijpen om de verschillen in kansen aan te pakken. Bijvoorbeeld door het centrale aanmeldbeleid voor basisscholen, daar is nu budget voor vrijgemaakt en daar zijn wij heel blij mee. Daarnaast zullen we in de commissies voorstellen doen om meer zicht te krijgen op nieuwe armen en om ontlezing, laaggeletterdheid en gezondheidsverschillen tegen te gaan.


Groei van de stad & wonen

Schitterend in het licht staat de Dom staat in de steigers en waar je ook kijkt zie je hijskranen bouwen aan de toekomst van onze stad. Ondanks de coronacrisis is het Utrecht gelukt om het bouwen door te laten gaan. Complimenten daarvoor. En nuu moeten we met volle kracht vooruit. Waar en hoe we dat precies gaan doen, daar praten we deze laatste weken voor de zomer over bij de Ruimtelijke Strategie Utrecht 2040. Wat D66 betreft gaan we deze RSU zo snel mogelijk uitvoeren.

Graag horen wij een bevestiging dat ook voor dit college het werken aan voldoende huizen en de investeringen die daarbij horen topprioriteit zijn. En dat zij ook uitdrukkelijk werken aan goede plannen voor geld uit Den Haag voor onze stadsgroei.

Want de stad groeit, onze stad is vele talenten rijk en steeds meer nieuwe Utrechters komen in Utrecht om zichzelf te ontwikkelen. Zij zoeken een kamer en daarna misschien een huis in deze stad, net als vele huidige en nieuwe Utrechters. Voor D66 is het van groot belang dat mensen ook kunnen wonen zoals zij dat willen. Niet perse samen wonen als een standaard stelletje, maar ook als je alleen maar vrienden en vriendinnen bent van elkaar, of je nu jong of bent of graag als ouderen bij elkaar woont.


Door de coronacrisis zijn we onze buitenruimte en met name het groen en de natuur om ons heen ook meer gaan waarderen. Ruimte voor sport, chillen in het groen en picknicken in het gras met misschien de voeten wel in het water. Ruimte om het licht tussen de bomen te zien.

Daarom ontwikkelen we speelplaats De Kameleon, het Rondje Stadseiland en starten we met het Westplein.
Door de lockdowns zijn we beter gaan zien dat onze straten versteend zijn en gevuld worden met stilstaand blik. Laten we als tastbare verandering na deze crisis sneller en meer stappen zijn nemen om de stad te vergroenen en de openbare ruimte weer in de spotlight te zetten die zij verdient. De komende weken zullen wij dan ook voorstellen doen voor meer bankjes en balkons, omdat buiten kunnen zijn voor iedereen van groot belang is.

We moeten dus ook onze inwoners steunen bij het verduurzamen: welke keuzes kunnen zij maken en hoe zorgt de gemeente dat dit zo makkelijk mogelijk gaat? Sommige oplossingen zijn heel tastbaar: de zonnepanelen op jouw dak of op het schoolgebouw er tegenover. Maar andere zijn dat minder, zoals de grote inzet die er nodig is op geothermie om onze stad duurzaam blijven te verwarmen. Wij maken ons zorgen dat er nog te weinig aandacht uitgaat naar de grote stappen die er in het systeem gemaakt moeten worden.

Voor wie we samen moeten werken aan het licht weer aan te zetten, zijn de  mensen die hun baan zijn kwijtgeraakt in deze crisis. Ondanks de steunpakketten van het Rijk kwamen ondernemers in de problemen, raakten ze hun zaak kwijt en maakten ze schulden. Voor veel mensen zal de zwaarste tijd nog komen, als de steunpakketten worden afgebouwd. Via de Regionale Ontwikkel Maatschappij en de Ontwikkelmaatschappij Utrecht blijven we ondernemers die dat nodig hebben bijstaan. De economische cijfers geven echter hoop, het college investeert in de economie, in levendige winkelgebieden en het tegengaan van leegstand, bijvoorbeeld met het plan ‘Morgen Mooier Maken’. Wij zien graag dat die economische impuls breder over de stad uitgerold wordt met betrokkenheid ook van winkeliersverenigingen buiten het centrum.

De komende tijd zetten we wat D66 betreft op alle mogelijke manieren in op werk. Voor mensen die al aan de zijkant stonden én de groep die daar helaas bij is gekomen. We zetten in op stages, mensen die net beginnen op de arbeidsmarkt, op omscholing richting nieuw werk en op banen van de toekomst in de groene economie en in onderwijs en zorg.

Utrecht zit niet alleen in míjn hart. Onze ambtenaren, onze zorgmedewerkers, onze ondernemers, onze onderwijzers, iedereen heeft keihard gewerkt om ons door deze crisis te loodsen. Ik spreek daar onze dank en bewondering voor uit.

Aafke Romeijn sluit haar gedicht af met dat heerlijke gevoel van vrijheid, wat we momenteel in onze stad herontdekken.

Gooi maar wat wijn in m’n tas
We rennen naar beneden
In het gras teken ik een plattegrond van ons huis
En de komende maanden wonen we hier
Jas uit, deur uit, ogen weer dicht
Het licht is aan.