Nieuwe energie voor Zeist 

Dinsdag 24 oktober 2023, tijdens de algemene beschouwingen, gaf Jeroen van den Heuvel namens zijn fractie zijn visie op de begroting voor 2024. Hij sprak zijn vertrouwen uit in het college dat heeft laten zien als een collegiaal bestuur en een goed team te werken aan de bestuurlijke uitdagingen: nieuwe energie voor Zeist.

Een krachtige democratie, actief en betrokken

Elke tijd kent zijn positieve dingen, maar ook uitdagingen. Tot ongeveer 1,5 jaar geleden hadden we allemaal in ons dagelijks leven nog te maken met een pandemie. Díe is inmiddels voorbij. Ruim een jaar geleden kwamen we in een ongekende energiecrisis terecht. Die lijkt inmiddels gestabiliseerd en heeft voor velen gediend als katalysator voor duurzame energie-maatregelen. Het oplossingsvermogen en de veerkracht van onze samenleving zijn aangesproken en hebben ons er doorheen geholpen. 

En toch moeten we niet vergeten dat er nog een behoorlijke financiële én sociale nasleep is. Denk bijvoorbeeld aan de ondernemers die op dit moment worden aangesproken op hun coronabelastingschulden. En mensen die nog steeds te maken hebben met hogere energielasten dan vóór de energiecrisis en (mede) daardoor moeilijk rond kunnen komen. 

En we mógen niet vergeten dat in Oekraïne – een land nog geen 1.500 km van hier – een oorlog woedt en dat daarnaast nog geen 3 weken geleden het conflict tussen Israël en Hamas weer hard is opgelaaid. 

Dit brengt me bij het belang van een krachtige democratie; actief en betrokken.

Een democratie die ten dienste staat van onze
samenleving

Dat we hier in Zeist over het algemeen met respect vóór elkaar en in gesprek mét elkaar samen-leven lijkt vanzelfsprekend, maar is dat niet. We staan open voor nieuwkomers en dragen onze steen bij in de opvang van vluchtelingen. En we hebben een goede traditie van het activeren en betrekken van onze inwoners door bijvoorbeeld de Maaltijd van Zeist, de Inwoners Adviescommissie, en meer recent ook het Burgerberaad en Burgeramendement en niet te vergeten Vollenhove Vooruit. Deze ‘instrumenten’ maken dat verschillende mensen en partijen met verschillende perspectieven met elkaar in gesprék zijn. Laten we deze lijn vooral vasthouden voor de toekomst, en niet vergeten dat we ook een voornemen hebben om dat in de vorm van Buurtbudgetten door te ontwikkelen. Betrokkenheid van inwoners bij de overheid/het bestuur/de politiek en vice-versa, als hoekstenen voor het vertrouwen in onze democratie. Een democratie die ten dienste staat van onze samenleving, een vitale samenleving. 

Een vitale samenleving

Met het ‘Beleidskader Sociale Basis’ en de ‘Strategische kaders RDWI’ hebben we een goede richting voor het blijven bouwen aan een vitale samenleving. En ook de Agenda Meedoen in Zeist, gaat hier een steen aan bijdragen. Denkend aan een vitale samenleving, vraag ik graag specifieke aandacht voor het belang van het blíjven werken aan vitale wijken en (dorps)kernen: 

Wijken waarin mensen zich thuis voelen en gezond en veilig samen kunnen leven. 

Wijken die voorbereid zijn op een veranderend klimaat, die bijdragen aan de energietransitie en die meegaan met de tijd. 

Wijken die een plek zijn waar zaken vanuit de gemeente en haar partners dichtbij en laagdrempelig voor mensen worden georganiseerd, waar mensen elkaar ontmoeten en waar ze samen-werken aan duurzaam samen-leven. 

Die vitale wijken en (dorps)kernen ontstaan door sámenwerking tussen gemeente, woon-, zorg- en welzijnsorganisaties, scholen, kinderopvang, sportverenigingen én – niet in het minst – de bewoners in de wijk. En niet alleen door verbinding tussen sociale structuren, maar ook ín verbinding met de fysieke structuren, zoals: ruimte voor en opwaarderen van het ‘groen’, gedifferentieerd woningen bouwen en invulling geven aan de behoefte aan verschillende voorzieningen in die wijk. En hierbij mag wat D66 betreft, het aspect van sport- en bewegingsmogelijkheden in de wijk zeker niet ontbreken, waarbij ik een oproep zou willen doen aan het college om dit mee te nemen in de 2de Zeister Omgevingsvisie. 

Oftewel: sociaal én fysiek bouwen aan de kracht van de wijk, bouwen aan vitale gemeenschappen voor de lange termijn. En dat brengt ons bij het laatste onderwerp van mijn betoog. 

Een duurzame samenleving met duurzame
gemeentefinanciën 

Een duurzame samenleving die klimaat-adaptiever wordt. In een circulaire economie waar natuur, landschap en cultuurhistorie ook een stem hebben. En waarin we goed leven in een gezonde en vitale leefomgeving. Voor deze pijlers zijn uitvoeringsplannen gemaakt waarop de afgelopen jaren is ingezet. Daarbij hebben we geloof in verandering van onderop met mooie voorbeelden zoals Mijn Groene Huis / Stichting Energie Zeist en Samen Duurzaam Zeist. 7 Jaar na de Brede Milieuvisie en het recente rekenkameronderzoek naar energieneutraliteit rijzen wel een aantal vragen: Hoe is de voortgang op elk van de pijlers? Liggen we nog ‘op schema’? Zijn de waarden en plannen van toen nog actueel? Is er nog altijd een goede samenhang tussen de pijlers en zitten alle kralen nog stevig genoeg aan de ketting? 

En ook de financiële houdbaarheid van de gemeente op langere termijn hoort bij een duurzame samenleving. We zien dat het evenwicht in de gemeentebegroting meer en meer onder druk komt te staan. Er is behoorlijk wat lucht uit de begroting gehaald. Voor een groot deel door financieel-technische maatregelen, maar ook door bijstellingen op beleidsterreinen. Bijvoorbeeld bij de jeugdhulp en de WMO. Ik noem deze specifiek, omdat voorzichtigheid hierbij geboden is, maar we ons tegelijkertijd niet kunnen onttrekken aan de financiële realiteit. Het college is hier realistisch: heeft financieel behoudend gehandeld en heeft tegelijkertijd oog voor de betekenis in de praktijk. Met de agenda Jeugd & Onderwijs wordt de slag naar voren gemaakt, meer op het preventieve vlak gericht. Graag zou ik in de loop van volgend jaar meer horen over de resultaten in de uitvoering. En met Sociaal in Balans is een beweging in gang gezet; een georganiseerde zoektocht en een leerproces, samen met de partners. En dat is goed om te zien. 

Afronding 

En daarmee kom ik tot een korte afronding. De eerste zin van dit betoog was: “Elke tijd kent zijn positieve dingen, maar ook uitdagingen”. We zijn daarom content met dit college dat heeft laten zien als een collegiaal bestuur en een goed team te werken aan de bestuurlijke uitdagingen, waarbij ze vertrouwen uitstraalt: de goede energie voor Zeist brengt. En wat D66 betreft ligt er een begroting die maakt dat ook wij dat vertrouwen kunnen hebben in de tijd die voor ons ligt.