Als je niets verkeerd hebt gedaan hoef je niet bang te zijn

Na mijn afstuderen werkte ik op een universiteit in Engeland. Dat was in 1977. Iemand vroeg me voor een organisatie ‘Amnesty International’ (waar ik nog nooit van gehoord had) met een petitie langs de mensen van mijn afdeling te gaan en te vragen of ze de petitie wilden tekenen. Het ging over iemand in een Afrikaans land die al een aantal jaren gevangengehouden werd omdat hij geprotesteerd had tegen het beleid van de regering. Er was geen proces geweest en het was onduidelijk hoe lang hij nog vast zou blijven zitten. De petitie vroeg heel beleefd aan de regering te zorgen dat er snel een eerlijk proces zou komen, en anders de betrokkene onmiddellijk vrij te laten.

Ik ging dus op pad langs de mensen van mijn afdeling. Bij elkaar zo’n 400, voor ongeveer de helft witte Engelsen, de andere helft waren mensen uit de voormalige koloniën zoals Pakistan, India, Nigeria, Zimbabwe. De witte Engelsen tekenden bijna zonder uitzondering. Maar van de mensen uit de gemenebestlanden tekende haast niemand. Ze vonden het vervelend maar ze durfden dat niet. Ze hadden nog familie in hun thuisland en ze waren bezorgd dat de familie er nadelige gevolgen van zou ondervinden als hun regering erachter kwam dat ze zo’n petitie getekend hadden.

Voor mij was dit een schokkende ervaring. Ik had me nooit gerealiseerd dat een regering zo repressief zou kunnen zijn dat je bang bent zo’n klein verzoekje om rechtvaardigheid te steunen. Ik werd me toen voor het eerst bewust hoe belangrijk het is dat je erop kunt vertrouwen dat de overheid rechtvaardig is. Wat een zegen als je in een vrij, westers land mag wonen.

En toen kwam de toeslagenaffaire. En bleek onze overheid om fraude te bestrijden, werkmethoden te gebruiken waar ook mensen die niets verkeerd hebben gedaan slachtoffer van kunnen worden. Bijvoorbeeld omdat ze vrouw zijn, of jong, of een migratieachtergrond of een gekleurde huid hebben. En de mensen die deze pech hadden, ervoeren dat onze eigen overheid niet te vertrouwen was. Dit kan in het bijzonder gebeuren als persoonskenmerken gebruikt worden om risicoprofielen te maken. Dit speelde niet alleen bij de Belastingdienst maar bijvoorbeeld ook bij de douane op de vliegvelden. Ook zijn er in een aantal gemeenten projecten geweest waarin dit gebeurde.

Als iemand op deze manier ten onrechte verdacht wordt, en als gevolg daarvan steeds opnieuw barrières ervaart of wantrouwend benaderd worden, dan verdwijnt het vertrouwen in de overheid snel.

Tegen deze achtergrond heeft de D66 fractie aan de gemeente Vlaardingen gevraagd of zij in de bestrijding van fraude en ondermijning gebruik maakt van persoonskenmerken. We zijn blij te horen dat Vlaardingen dat helemaal niet doet. De gemeente zelf en ook organisaties als Stroomopwaarts maken geen risicoprofielen en gebruiken geen persoonskenmerken in de bestrijding of voorkoming van fraude en ondermijning.

De beantwoording van de vragen is hier te lezen.