Representatie en het bezoek van Minister Weerwind in Rotterdam

Afgelopen maandag 25 april organiseerde D66-raadslid Joan Nunnely een bezoek van de Minister voor Rechtsbescherming Franc Weerwind in Rotterdam. Zij gingen in gesprek met sociale ondernemers, ervaringsdeskundigen uit de wijk en andere betrokkenen over hoe het recht en de rechtsbescherming in Nederland en Rotterdam beter kan. Wat daaruit voortkwam? Een signaal richting de politiek dat de menselijke maat en toegankelijkheid meer centraal moet komen te staan. Het was een zeer inspirerende dag, met ook duidelijke aandachtspunten voor de D66 fractie.
 
Het bezoek van minister Weerwind kwam niet uit de lucht vallen. De representatie van een minister van kleur is enorm belangrijk, vooral in Rotterdam, een stad die bekend staat om de vele etniciteiten en culturen die hier samenleven. Voor The Optimist schreef Joan afgelopen maand een stuk over dit onderwerp, lees deze hieronder.

“Gloeiend van trots zat ik voor de tv toen minister Franc Weerwind de woorden ‘Zo waarlijk helpe mij God almachtig’ uitsprak. Ik deed nog net geen dansje, maar ontroerd en vervuld van blijdschap was ik wel. En met mij honderdduizenden mensen met Surinaamse, Caribische en Afrikaanse roots in Nederland en aan de andere kant van de oceaan.
 
Voor onze gemeenschap is de symbolische waarde van een minister met Creoolse ouders enorm. Het is de kroon op een proces van jarenlange emancipatie van de Surinaamse gemeenschap die teruggaat naar de plantages van onze voorouders. Sinds de afschaffing van de slavernij in 1863 was het slechts één man met onze roots, Abraham Ellis, gelukt om door te dringen tot het centrum van de macht.
 
Voor veel Nederlanders is ons gevoel van trots niet voor te stellen omdat iedereen ervan uitgaat dat de kansen voor alle Nederlanders gelijk zijn dankzij het uitstekende schoolsysteem en de mogelijkheden die voor het oprapen liggen. Maar niets is minder waar. De weg naar boven voor onze kinderen kent meer valkuilen en hobbels dan die van het gemiddelde kabinetslid. Het is niet zo dat omdat we dezelfde taal spreken, we ook dezelfde woorden verstaan.
 
Het is daarom zo knap dat het Franc is gelukt om de route af te leggen. Een route die ongetwijfeld ook voor hem niet gemakkelijk geweest moet zijn, want als kind van donkere ouders kun je erop rekenen dat je met een te laag schooladvies de weg naar boven begint. Extra hard werken, niet te veel opvallen en geen grote mond zal ook onze minister van Rechtsbescherming van huis uit mee hebben gekregen. Franc is een overlever, slim en hyperambitieus getuige zijn keuze voor Leiden als studiestad en Minerva als studentenvereniging. Daar leerde hij de studenten kennen die hem later verder brachten en deuren voor hem openden. Daar leerde hij hoe belangrijk een netwerk is van mensen die uit een ander milieu komen dan jijzelf.
 
Voor onze gemeenschap is Franc een geschenk, want donkere kinderen zullen nu zien dat ook
zij minister kunnen worden in Nederland. Een idee dat heel veel kinderen niet vanzelfsprekend hebben. Recent werden we daar weer mee geconfronteerd tijdens het bezoek van het Covid Urgent Team op een markt in Amsterdam-Zuidoost. Daar werd een van de donkere artsen aangestaard door een meisje van een jaar of zes. Zij had nog nooit een arts van kleur gezien en stamelde: ‘Dus ik kan ook dokter worden…’.”