Menu
Afgelopen 1 juli was het weer Keti Koti. De dag van de emancipatie waarin we in Suriname en Nederland – én ook in Rotterdam – de afschaffing van de slavernij herdenken en vieren. D66 vindt het belangrijk om bij dit verleden stil te staan en te herdenken. We vinden het belangrijk dat dit landelijk als nationale feestdag wordt erkend. We onderstrepen daarom de oproep van de burgemeester en lobbyen naar het Rijk: maak van Keti Koti een nationale feestdag. We zijn immers pas vrij als iedereen dat is.
In de gemeenteraad van vandaag hebben verschillende partijen (PvdA, GroenLinks, BIJ1, PvdD, SP en Volt) een motie ingediend om in Rotterdam vanaf 2023 Keti Koti een gemeentelijke feestdag te maken, waarop medewerkers vrij zijn. Een sympathieke motie, maar wat ons betreft ook een taak waarbij wij nadrukkelijk kijken naar het Rijk.
Keti Koti doet ertoe. En we moeten ons verleden blijven erkennen. Daarom hebben we samen met DENK een motie ingediend om te onderzoeken hoe we kunnen zorgen dat degenen die 1 juli vrij willen zijn, dit ook kunnen zijn. Een vrije-dagen-strippenkaart is iets waar wij erg positief tegenover staan. Zo kunnen medewerkers hun strippenkaart bijvoorbeeld inzetten voor Pride, Keti Koti of Eid-al-fitr. Daarnaast vinden wij dat medewerkers van de gemeente nóóit een vrije dag op 1 juli geweigerd kunnen krijgen. We kiezen er nu voor om creatief te kijken naar mogelijkheden: iedere medewerker die dat wil moet op 1 juli vrij kunnen zijn.
Naast onze lobby richting het Rijk gaan we met het bedrijfsleven in gesprek om Keti Koti de aandacht te geven die het verdient. Op Rijksniveau middels lobby voor een nationale feestdag, bij het Rotterdamse bedrijfsleven over mogelijkheden tot een vrije dag op 1 juli of een vrije-dagen-strippenkaart.
In 2023 is het 150 jaar geleden dat er echt een einde is gekomen aan de slavernij. D66 wil daarom dat Rotterdam gedurende dat jaar extra stilstaat bij dit verleden, bijvoorbeeld op Keti Koti.