De val van het kabinet – wat betekent het voor de lokale politiek?


Op dit moment is het kabinet zogenaamd demissionair. Dat betekent dat alleen nog lopende zaken worden afgehandeld en er geen controversiële kwesties worden behandeld. Wat controversieel is, daarover besluit de Tweede Kamer. Dit zal na het zomerreces gebeuren in speciale vergaderingen en dat kan betekenen dat bepaalde wetgeving die veel betekenis heeft voor de lokale politiek niet meer wordt behandeld vóór de verkiezingen van 22 november. Denk bijvoorbeeld aan de spreidingswet inzake de asielopvang, de hervormingsagenda van de jeugdzorg en de wijziging van de warmtewet. 


Bijzondere tijd


Voor de lokale politiek, zoals de gemeente Rotterdam, betekent dit dat op verschillende onderwerpen waarbij een richting van de landelijke politiek bepalend is, geen beslissing wordt genomen. Dat maakt het voor de lokale politiek soms lastig, want hierdoor moet de gemeente óf zelf een koers kiezen óf wachten tot de verkiezingen zijn geweest. Bij de jeugdzorg kunnen bijvoorbeeld bepaalde verbeteringen wel worden doorgevoerd op lokaal niveau, maar er zijn ook beslissingen die landelijk genomen moeten worden. Totdat de landelijke overheid beslissingen neemt, gebeurt er dus op sommige knelpunten niks. We moeten dan als gemeente wachten op Den Haag. Echter, er is ook veel wat ‘gewoon’ door kan gaan. De lokale politiek heeft immers een grote eigen bevoegdheid en we hebben ook een eigen coalitieakkoord. Denk bijvoorbeeld aan het aanpakken van malafide verhuurders, het behalen van onze CO₂-reductiedoelen, investeringen in kunst en cultuur, tegengaan van racisme en discriminatie en investeringen in een klimaatadaptieve stad.

Het blijft echter de komende periode een bijzondere tijd. Zeker tot de verkiezingen op 22 november, maar ook zeker daarna. Na 22 november zal er immers weer een nieuwe coalitie in Den Haag worden gevormd, die diens eigen prioriteiten zal formuleren die ook van invloed kunnen zijn op Rotterdam. Denk aan afspraken over het aantal asielzoekers per gemeente, hoeveel geld er wordt geïnvesteerd in klimaat en hoeveel geld er naar de gemeenten gaat.