Eén van de gewijzigde spelregels is dat reizigers nu uiterlijk 4 uur van tevoren een rit moeten boeken, terwijl dit eerder 1 uur van tevoren was. De gemeente maakt duidelijk dat deze aanzienlijk langere reserveringstijd de planning bevordert en het risico van lange wachttijden verkleint. Dat is natuurlijk logisch, maar de keerzijde van de medaille is dat reizigers niet alle benodigde ritten uren van tevoren kunnen zien aankomen.
Vragen over nieuwe spelregels doelgroepenvervoer: rit moet 4 uur van tevoren worden gereserveerd
Onlangs maakte de gemeente Purmerend bekend dat de gemeenten in de regio Waterland gezamenlijk hebben gekozen voor een nieuwe vervoerder voor het georganiseerde doelgroepenvervoer. Het gaat hierbij om het ‘sociaal-recreatief’ vervoer op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning en het leerlingenvervoer. Bij de keuze van een nieuwe vervoerder zijn ook de ‘spelregels’ voor de gebruikers aangepast. D66 Purmerend heeft zorgen over de uitwerking daarvan en heeft hierover vragen gesteld aan het college van burgemeester en wethouders.
Zelfredzaamheid versterken
Bij de keuze van een vervoerder voor het doelgroepenvervoer staat volgens de gemeente ‘het versterken van de zelfredzaamheid van de inwoner’ centraal. De gemeente zet zich ervoor in ‘om omstandigheden te creëren waarin mensen zo zelfredzaam mogelijk kunnen zijn’. D66 is het hier van harte mee eens, maar zet juist daarom vraagtekens bij de flinke extra reserveringstijd.
‘Wat waren de belangrijkste argumenten en afwegingen bij de keuze om de reserveringstijd te verlengen van 1 uur naar 4 uur?’, wil commissielid Mireille Frerejean van het college weten. ‘Kunt u toelichten hoe dit bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid?’ Het commissielid vraagt het college ook hoe in dit besluit rekening is gehouden met de behoefte aan spontaniteit, bijvoorbeeld van mensen die onverwacht een activiteit willen bijwonen of bij iemand op bezoek willen gaan. ‘Heeft de gemeente onderzocht welke invloed deze wijziging kan hebben op eenzaamheid en sociale isolatie, met name bij ouderen en mensen met een beperking?’
Frerejean wijst het college erop dat sommige mensen met een beperking pas ’s ochtends bij het opstaan weten of het vandaag lukt om naar een club, een buurthuis of een andere activiteit te gaan. Wanneer zij uiterlijk vier uur van tevoren een rit moeten reserveren, kan dit betekenen dat de ochtend voor deze mensen als verloren mag worden beschouwd. Frerejean wil van het college weten hoe wordt omgegaan met dit soort situaties.
Mogelijkheden
Tot slot vraagt Frerejean het college of er een mogelijkheid is om de reserveringstermijn alsnog te verkorten wanneer blijkt dat deze aanpassing de mobiliteit en het welzijn van gebruikers negatief beïnvloedt.
Het college beantwoordt de vragen van D66 binnen drie weken.