Column: Slenterend naar een volwaardig wandelbeleid of gewoon lekker doorstappen?

Opvallend detail vond ik nog in de voorbereidende commissie Bestuur, Economie en Middelen (BEM) dat de BBB stelde om dit jaar maar helemaal geen Kadernota te behandelen of hem desnoods maar uit te stellen. Dit met de komst van een nieuw kabinet dat waarschijnlijk andere keuzes gaat maken dat het nog zittende demissionaire kabinet. Vanuit de BBB gezien misschien een logische vraag maar zo werkt het niet in de politiek. Er is namelijk continuïteit van beleid en een kadernota niet vaststellen zou betekenen dat er niet meer kan worden bestuurd en gestuurd. Toen vrijwel alle Statenfracties dit voorstel afkeurden, was de BBB daarna ook niet meer in de commissie vertegenwoordigd. Ik ga niet over de keuzen van de BBB maar ik vind dit bestuurlijk nogal onhandig omdat je je kiezers in de steek laat. Want als je niet aan tafel zit, praat je niet mee.

Interessant aan een kadernota vind ik altijd om te lezen wat er niet in staat. Meestal gaan de bladzijden tekst wel over de honderden pagina’s met voorstellen maar wat je niet leest, kun je niet beoordelen. Zo miste ik in de Kadernota en de doelenboom een verwijzing naar het wandelen in onze provincie. Dat is op zijn zachtst gezegd opmerkelijk omdat we ruim een jaar geleden bij de totstandkoming van het nieuwe coalitieakkoord hebben afgesproken dat wandelen naast het OV, de fiets en de auto, deel uit gaat maken van het mobiliteitsbeleid van de Provincie Utrecht.

In de commissie M&M heb ik na vragen hierover daarom maar gelijk een motie aangekondigd. Een motie die vraagt om duidelijkheid en aangeeft waar we de komende jaren als Staten op willen sturen als het gaat om wandelen en lopen en dan vooral op die onderdelen waar de Provincie iets over te zeggen heeft. Geen eenvoudige klus omdat de ambtenaren en GS al snel verwijzen naar de gemeenten en die verantwoordelijk houden voor het wandelen. Een onterechte opstelling zoals later ook zou blijken. Ik vind dat we een voorbeeld aan de provincie Groningen moeten nemen die recent een serieuze loopagenda heeft ontwikkeld en aangenomen: https://www.provinciegroningen.nl/fileadmin/user_upload/Documenten/Loopagenda_2024-2027.pdf

Nu weet ik wel veel over lopen en wandelen maar niet alles. Dit is de reden waarom ik contact heb gezocht met Frank Hart van Stichting Wandelnet. Wandelnet is een landelijk organisatie met veel expertise. Zij stelt zich op als belangenbehartiger voor het wandelen. Frank had zojuist de zienswijze van Wandelnet ingediend op het Ontwerp Bereikbaarheidsprogramma 2024 – 2029 van de Provincie Utrecht. Zo’n beetje alle vijfentwintig aandachtspunten worden van tafel geveegd. De provincie is alleen bereid wat tekstuele zaken aan te passen en daar moeten we het mee doen. Onterecht in mijn ogen in het licht van wat wij over wandelen in het coalitieprogramma hebben opgeschreven en afgesproken.

Bij de uitleg van de motie in de Staten heb ik de Gedeputeerde gevraagd waarin het wandelbeleid precies verschilt met het fietsbeleid van de provincie. Dat verschil is er in mijn ogen niet. En dat ik hierin niet alleen sta, blijkt ook wel uit verschillende nota’s van het Inter Provinciaal Overleg (IPO) dat stelt dat wandelen (zowel recreatief als utilitair) een volwaardig onderdeel is van het mobiliteitsbeleid van de Provincie.

Na een schorsing in de Staten ben ik met de Gedeputeerde om de tafel gaan zitten en hebben we de motie zo aangepast, dat ook de indicatoren en de doelen op het gebied van wandelen kunnen worden betrokken bij de herijking van de omgevingsvisie. Dit geeft de provincie namelijk wat meer ruimte om tot een volwaardig wandelbeleid te komen. Ik ben blij met de handreiking van GS om tot een volwaardig wandelbeleid te komen. Uiteindelijk kon GS de motie omarmen en werd hij met 35 stemmen voor en 14 tegen in de Provinciale Staten aangenomen. Ik heb afgesloten met de woorden dat ik GS en PS bedank voor het overnemen van de motie. Zeker op een dag als vandaag (19 juni) een bijzondere stap: de Internationale dag van het Slenteren.