Tussenstand

Tussenstand D66 Statenfractie Utrecht

Nog een half jaar te gaan

In maart 2023 zijn er alweer verkiezingen voor Provinciale Staten: nog een half jaar te gaan dus. De afgelopen 3,5 jaar zijn omgevlogen; een bijzondere periode door corona, het vele thuiswerken en digitale vergaderingen. Gelukkig is de situatie nu enigszins genormaliseerd en kunnen vergaderingen weer gewoon fysiek plaatsvinden. De PS vergadering kan weer in de Statenzaal gehouden worden en dat komt het debat in ieder geval ten goede. Tijd om nog één keer terug te blikken op de afgelopen periode en vooruit te kijken naar de resterende maanden. Aan de D66 Statenleden Utrecht een drietal vragen.

Terugblik

Allereerst een persoonlijke vraag: Hoe kijk je terug op deze toch vrij bijzondere Statenperiode? Denk hierbij aan verwachtingen, corona, zwaarte van het werk enz.

Marc de droog

Mijn verwachtingen waren hoog voor deze periode. Het was voor de provincie na alle commotie rond de Uithoflijn nodig om de rust terug te brengen en financiën en organisatie op orde te krijgen in een periode dat alle aandacht uit zou moeten gaan naar grote opgaven als klimaat, wonen en stikstof. Door corona hebben we een heel andere dynamiek van debat gekregen. Veel meer appen, bellen en online vergaderen, dagen van 9 uur ’s morgens tot 11 uur ’s avonds op zolder achter het scherm, geen bijdragen vanaf katheder, geen interruptiemicrofoon, geen wandelgangen, geen werkbezoeken. Wat ben ik blij het weer even normaal is, want dat maakt het allemaal een stuk leuker! Maar het bood ook kansen om vaker met onze fractievoorzitters in de regio en in andere provincies af te stemmen.

Marianne de Widt

Bij de start van de Statenperiode was ik vooral heel nieuwsgierig en intussen kijk ik met erg veel plezier terug op de eerste 3 jaren. Veel tijd achter beeldschermen tijdens corona-beperkingen was natuurlijk minder. Gelukkig kunnen we op dit moment wel weer overal naar toe en is de echte dynamiek weer terug in de vergaderingen. Op de inhoud, op de onderwerpen waar de provincie verantwoordelijk voor is, is het druk en spannend. Ik had van te voren nooit bedacht dat ik met een dossier stikstof bezig zou zijn, bijvoorbeeld. En ik wist ook echt niet hoe ingrijpend het probleem van bodemdaling is. Het Statenwerk vind ik bijzonder interessant, en soms ingewikkeld. Het kost serieus tijd, maar die steek ik er graag in.

Erwin Kamp

Op de afgelopen drie jaar kijk ik ondanks corona positief terug. Niemand had dit natuurlijk aan zien komen. Ik vind dat de fractie en de Staten zich goed aan corona hebben aangepast. Al miste ik het fysieke contact, we hebben wel beleid kunnen maken en besluiten kunnen nemen. In het begin was het vooral zoeken naar een juiste balans tussen Statenwerk, mijn werk bij defensie en privé. Ik schat dat ik toch zo’n 10 tot 15 uur per week met het werk voor de Staten bezig ben. Die balans heb ik inmiddels gevonden. Ik ben blij met mijn portefeuilles: mobiliteit, recreatie & toerisme en kunst, cultuur & erfgoed.

Lyke Veen

Als ik denk aan de afgelopen drie jaar krijg in een glimlach op mijn gezicht. Want wat was het een rollercoaster. Niemand had aan het begin natuurlijk zien aankomen dat we tegen de tijd dat we het Statenwerk echt onder de knie hadden, volledig naar digitaal zouden switchen. Hoewel ik het fysieke contact en de dynamiek in de statenzaal heb gemist, was het ook een kans om op sommige punten sneller en efficiënter te werken. Het Statenwerk goed vervullen, vraagt om flexibiliteit van jezelf, maar ook bijvoorbeeld in je werk en je thuissituatie. Maar dat is het mijns inziens meer dan waard.

Philip Overkleeft

Toen ik in juni 2021 hoorde dat ik alsnog in de Statenfractie van D66 kon, hoefde ik niet lang na te denken. Natuurlijk wilde ik dat! Het was natuurlijk even schakelen, maar ik was al gauw weer aardig op stoom. Heb een aantal interessante en uitdagende portefeuilles, dus ik heb me nog geen moment hoeven vervelen. Ik kijk er al met al met veel plezier op terug.

Vervolgens een inhoudelijke vraag: Waar ben je het meest trots op in de afgelopen periode? Waar kijk je tevreden op terug?

Marc de Droog

Ik ben trots op ons progressieve coalitieakkoord met GL, CDA, PvdA en CU, waardoor de provincie de afgelopen jaren echt langs andere waarden heeft gewerkt. Ik ben trots op het herstellen van de rust op financiën en organisatie door onze gedeputeerde, waardoor de provincie er veel beter voor staat en weer vooruit kan kijken, ook strategisch vanuit de groeisprong 2040, een financiële doorvertaling van onze ambities in de omgevingsvisie. Verder ben ik trots op onze resultaten op de omgang met het klimaatvraagstuk. De D66-moties ‘Drawdown’, ‘CO2 routekaart voor de provincie’ en ‘Klimaat Centraal’ hebben gezorgd voor een verbreding van energietransitie naar alle klimaattafels en een concernbrede aanpak voor klimaat. Niet alleen praten over doelstellingen in de verre toekomst, maar concreet maken waar de opgave zit, hoe groot die is, waar de kansen zitten voor reductie en absorptie en daarop gaan sturen. Tot slot ben ik trots op de voortdurende aandacht die we voor de circulaire samenleving hebben.

Marianne de Widt

Ik geniet er van om samen met de fractie en samen met alle Statenleden tot oplossingen en besluiten te komen. Ik ben er trots op dat we in de provincie Utrecht een krachtige Omgevingsvisie hebben vastgesteld en dat we al een werkende Omgevingsverordening hebben. De ruimtelijke kwaliteit die kenmerkend is voor de provincie, is voor de toekomst goed geborgd in onze Omgevingsvisie. Zo hebben we een prima basis om een mooie, sterke en welvarende provincie te blijven, terwijl wel duidelijk is hoe we de ruimte gaan vinden voor alles wat nog een plek moet krijgen.

Erwin Kamp

Met als stip op een, ben ik natuurlijk trots op het Initiatiefvoorstel Trage Paden. Dit voorstel is in ruime meerderheid in de Staten in de vergadering van mei 2022 aangenomen. Het doel van dit voorstel is om jaag- en kerkpaden in onze provincie in kaart te brengen en ze te beschermen. Veel van deze paden dreigen te verdwijnen. Ze zijn belangrijk cultuur historisch erfgoed en hebben een waardevolle recreatieve functie. Daarnaast ben ik verheugd over de experimenten die wij met het Fietspad van de Toekomst hebben uitgevoerd. Als geestelijk vader van dit fietspad tussen Utrecht en Veenendaal (Wageningen) vind ik dit een mooi traject waarop fietsinnovatie kan worden uitgevoerd. Verder hebben mijn collega Hayat (helaas uit de Staten) en ik aandacht gevraagd voor ondernemers om toch tijdens Corona langs de provinciale wegen te mogen adverteren. Tot slot ben ik ook blij dat de Staten een motie over Fair Trade van mij hebben aangenomen en dat ik in het kunst en cultuurbeleid er voor heb gezorgd dat immaterieel erfgoed voor de toekomst ook een plaats krijgt.

Lyke Veen

Ik kijk met de meeste trots terug op de uitbreiding van het mediafonds van 200.000 euro naar 300.000 euro per jaar. Het idee erachter is dat als we echt een serieuze bijdrage willen leveren aan de lokale journalistiek, dan moeten we dit fonds ook serieuze slagkracht geven. Hiermee kunnen we verschillende typen journalistiek ondersteunen. Van grotere onderzoeksprojecten tot de lokale eenpitter die een interessant artikel wil schrijven. Eén van de weinige eisen is dat het uiteindelijke project gratis beschikbaar moet zijn voor inwoners. Iets anders waar ik met veel tevredenheid op terugkijk is het toevoegen van inwonerparticipatie aan het OV concessie participatietraject. Waar eerst enkel stakeholders zich mochten melden om mee te praten, mogen inwoners dankzij een unaniem aangenomen motie van D66 nu ook meepraten.

Philip Overkleeft

Grootste dossier tot nu toe was de nieuwe concessie van het openbaar vervoer, die in 2025 ingaat. Heel belangrijk onderwerp, want we willen goed OV organiseren voor zoveel mogelijk mensen – ook in de toekomst. En dat valt nog niet mee in deze periode, waarin het OV nog steeds veel last heeft van de naweeën van de coronapandemie. Onze inzet was: in elk geval zorgen dat de voorziening zo goed mogelijk is, op plekken waar de vraag het grootst is, maar tegelijkertijd de mensen op het platteland niet in de kou laten staan. Ik geloof dat dat is gelukt, maar het OV gaat alsnog een onzekere toekomst tegemoet. Komen alle reizigers die zijn uitgestapt tijdens corona weer terug? Blijft het Rijk haar verantwoordelijkheid nemen voor goed OV in heel Nederland? We blijven er bovenop zitten.

De laatste vraag is ook inhoudelijk: Wat verdient meer aandacht? Waar wil je je de resterende tijd nog voor inzetten? En wat zou na deze periode echt opgepakt of voortgezet moeten worden?

Marc de Droog

Het is belangrijk dat we het werk voor een klimaatneutrale en circulaire provincie voortzetten. De basis is gelegd, maar ik vind dat we dit nog moeten borgen en omzetten in een (lekker saai) planning & control cyclus voor klimaat, waarin ook PS goed betrokken worden. In de komende statenperiode zou dan veel concreter gedebatteerd kunnen worden over de rol van de provincie en over de voorstellen die de meeste impact hebben. Ook zie ik graag dat we gemeenten en waterschappen daarbij meenemen, zodat we elkaars opgave beter begrijpen. Verder wil ik me nog inzetten om de inkopen van de provincie te verduurzamen. De provincie geeft honderden miljoenen namens ons allen uit, maar uit technische vragen bleek dat vooral op financiële en juridische kaders gestuurd wordt. Dat kan beter! Tot slot is het voor een volgende periode belangrijk om te focussen. Er liggen een aantal grote opgaven in de provincie en de relatie tussen die opgaven en de concrete activiteiten van de provincie kan beter. Minder doen, meer bereiken. Nu de financiën en organisatie op orde zijn, kan dat ook.

Marianne de Widt

Met de verkenningen voor de groeisprong kijken we dit jaar al vooruit naar 2040. Dat is goed om al een beeld te hebben wat het betekent om nog meer huizen en bedrijven in te gaan passen, en om de bijbehorende mobiliteit goed te regelen. In mijn portefeuilles landbouw en natuur verwacht ik dat 2022 het jaar van het keerpunt is. Bij de dringende opgave die er al lag, is er nu een sterke sturing vanuit Brussel en Den Haag, waarmee we in de provincie serieus aan de slag moeten om de ruimte in het landelijk gebied anders in te gaan delen. Dit is wat mij betreft een goede impuls om een echt duurzame landbouw te gaan combineren met een robuust natuurnetwerk. In de resterende maanden van deze periode verwacht ik hier vooral veel tijd aan te besteden.

Erwin Kamp

Voor de komende periode tot de verkiezingen, wil ik het initiatiefvoorstel Trage Paden verder in uitvoering brengen. Tevens vind ik het voorstel om op provinciale wegen (waar mogelijk) de snelheid van 80 naar 60 terug te brengen belangrijk voor de verkeersveiligheid. Voor de periode 2023-2027 vind ik het echt noodzakelijk om concrete stappen te zetten om klimaatverandering tegen te gaan (we praten hier nu vooral over), het bouwen van woningen komt nog niet echt van de grond (terwijl er wel een grote behoefte is) en vind ik dat we door moeten gaan met een verbetering van het fietsklimaat om van de provincie Utrecht de fietsregio van Europa te maken. Op het terrein van mobiliteit liggen grote uitdagingen, vooral bij het bouwen van woningen, om de provincie Utrecht bereikbaar te houden en duurzaam te maken.

Lyke Veen

Ik hoop in de laatste maanden van deze statenperiode nog aandacht te kunnen vragen voor woningbouw in onze provincie. Er gebeurt gelukkig al ontzettend veel, maar de doelen worden niet gehaald. Ik zou graag nog eens een scherpe analyse zien waar de obstakels zitten in het behalen van de provinciale woondoelen. Daarnaast ga ik deze periode extra alert zijn op hoe het werken met programma’s onder de omgevingswet gaat. Dit is overigens wat mij betreft een terugkerend thema in de volgende periode. Met de nieuwe manier van werken onder de omgevingswet is de verantwoordelijkheid voor de inhoud van de programma’s bij GS neergelegd in plaats van PS. Dit is voor het eerst, want onder de oude werkwijze was PS nog aan zet. We moeten dus deze periode nog extra scherp zijn op of we vinden dat de werkwijze genoeg ruimte biedt aan alle input die er gegeven wordt en of PS nog in staat is om bij te sturen waar nodig.

Philip Overkleeft

De energietransitie is een zorgenkindje. Het schiet nog niet zo op met de verduurzaming van de energievoorziening in de provincie. Wij denken dat hierin voor de provincie een grote, regisserende rol is weggelegd. Met onze sturing en onze ondersteuning moeten gemeenten in staat zijn om te doen wat ze aan zichzelf en aan ons allemaal hebben beloofd!