Waarom Den Haag als inspiratie kan dienen voor Leidse hoogbouw

De skyline van Den Haag laat zien hoe hoogbouw een stad kan verrijken. Veel torens in Den Haag hebben een herkenbare top, zoals een kroon, hoed of pet. Deze zorgen niet alleen voor karakter, maar dragen ook bij aan een samenhangend en herkenbaar stadssilhouet. Dit kan een inspiratie zijn voor Leiden, waar we op dit moment belangrijke keuzes maken voor toekomstige hoogbouw.

Leiden en de woningbouwopgave

Leiden staat voor een enorme woningbouwopgave: meer dan 8000 woningen bouwen in 2030. Om dat te realiseren kiezen we bewust voor verdichting met hoogbouw rondom het Centraal Station, de Schipholweg en Lammenschans. Deze gebieden zijn logische plekken voor hoge gebouwen vanwege de nabijheid van OV-knooppunten.

“Maar hoogbouw is niet zomaar een optelsom van torens”, zegt duo-raadslid Jurriaan Duijn. “De ‘toppen’ van deze gebouwen zijn van ver zichtbaar en bepalen voor tientallen jaren het stadssilhouet en de uitstraling van onze historische binnenstad. Daarom is het essentieel dat we goed nadenken over hoe deze hoogbouw is ontworpen.”

De Leidse criteria voor hoogbouw

In 2021 stelde de gemeenteraad het toetsingskader voor kwaliteit van hoogbouw vast. Dit kader bevat vier belangrijke criteria voor hoogbouw:

1. Voldoende ruimte tussen gebouwen en slanke torens. Dit voorkomt dat torens massief of benauwend overkomen.
2. Variatie in hoogte. Een uniform plafond op bijvoorbeeld 70 meter zorgt voor een monotone en voorspelbare skyline.
3. Onderscheidende kleuren en materialen. Dit geeft gebouwen een eigen identiteit en voorkomt een grijze eenheidsworst.
4. Unieke, maar harmonieuze afwerkingen. Een zorgvuldig ontworpen top kan de hoogbouw beter laten aansluiten bij de historische binnenstad.

Den Haag als voorbeeld

De skyline van Den Haag illustreert hoe een dynamische skyline een stad herkenbaar maakt. Denk aan de ‘Haagse Tieten’ en de Zürichtoren, die door hun unieke dakvormen de stad van kilometers afstand herkenbaar maken. Hoogbouw met punten of koepels verzacht bovendien de overgang naar historische zichtlijnen. Zo’n aanpak voorkomt dat rechthoekige torens afsteken boven Leidse iconen zoals molens, kerktorens of trapgevels.

Leiden’s hoogbouw: risico op eenheidsworst

Toch lijken de komende torens rond Leiden Centraal — zoals de drie Lorentztorens en de Geus — allemaal dezelfde rechte, platte beëindiging te krijgen. Ook de drie torens aan de Schipholweg 66-128 en de Maretoren hebben in de plannen een abrupt, rechthoekig dak. Dit verhoogt het risico op een eentonige skyline die niet alleen conflicteert met de historische binnenstad, maar ook inwisselbaar is met die van elke andere Nederlandse stad.

Beeld: De artist impression van de torens aan de Schipholweg 66-128 (beeld: Studioninedots)

Beeld: Twee van drie rechthoekige Lorentztorens (beeld: Jurriaan Duijn)

Ons voorstel voor betere hoogbouw

Daarom diende D66 afgelopen dinsdag een voorstel in om toekomstige hoogbouw in het gebied rondom de Schipholweg beter te ontwerpen volgens ons toetsingskader. Met name het tweede en vierde criterium verdienen extra aandacht: variatie in hoogte en een unieke, maar harmonieuze afwerking. Dit moet zorgen voor een herkenbare stadsentree en een skyline die echt bij Leiden past.

Goed nieuws: de motie werd unaniem aangenomen. Nu is het aan architecten en ontwikkelaars om Leiden de skyline te geven die het verdient. Hoogbouw kan meer zijn dan alleen functioneel. Het kan bijdragen aan een nieuwe, herkenbare identiteit voor Leiden, waarin het verleden en de toekomst samenkomen. Daarom onze oproep aan architecten: geef Leiden af en toe een punt, koepel of andere unieke top.