De toekomst van mobiliteit begint vandaag

Op dinsdag 8 maart organiseerde D66 Rijswijk de Avond van de Mobiliteit. Onder leiding van Frans Limbertie ging een panel in gesprek met deelnemers in de zaal en via de livestream.

Buurtcoöperaties voor auto-delen

Walter Dresscher (founder van Wij zijn Deel) opende de avond. Het is zijn missie om de buurten weer terug te geven aan haar inwoners door auto’s in het straatbeeld te verminderen. Een oplossing hiervoor is het opzetten van buurtcoöperaties waarin buren samen een aantal auto’s delen. “Parkeerproblemen en verkeersdrukte los je niet op door meer parkeerplaatsen en meer wegen. De behoefte aan een auto neemt daardoor juist toe waardoor je het probleem niet oplost maar juist groter maakt.”

In Den Haag hebben een aantal buurten zich al verenigd in een buurtcoöperaties. “Buurten staan vaak vol met auto’s die amper worden gebruikt. Door een auto te delen, houd je ruimte over terwijl je toch het gemak van een auto voor de deur hebt.”

Gemeente als aanjager

Voor Iris Ruysch (directeur bij The Future Mobility Network) begint de toekomst van mobiliteit vandaag al. “Door nu al te werken aan nieuwe vormen van mobiliteit pakken we de problemen van de toekomst aan. Innovatie en technologische ontwikkelingen kunnen ons helpen om de schaarse ruimte zo efficiënt en veilig mogelijk te gebruiken.”
De gemeente kan hier een belangrijke rol in spelen. Door subsidies voor buurtinitiatieven zoals de aanschaf van deelauto’s.

Maar ook door fietsers en voetgangers op één te zetten en te investeren in goed openbaar vervoer. “Je kunt mensen niet verplichten om geen auto aan te schaffen maar je kunt ze wel verleiden om na te denken over alternatieven en ervoor zorgen dat voorzieningen in de stad uitstekend bereikbaar zijn”, aldus Iris Ruysch.

Voor Constantijn Dolmans (fractievoorzitter D66 Rijswijk) zit er maar één ding op: een radicale omslag in de discussie over mobiliteit. “We zijn er als gemeenteraad nog niet in geslaagd om de verkeersproblemen in Rijswijk op te lossen. We moeten keuzes durven maken en nieuwe initiatieven durven omarmen. Anders hebben we over vier jaar weer ditzelfde gesprek.”