D66 Provincie Groningen teleurgesteld over voorjaarsnota-deal Lelylijn

D66 Provincie Groningen is diep teleurgesteld over het besluit van de coalitie en het kabinet om geld bestemd voor de aanleg van de Lelylijn in te zetten voor andere projecten, waaronder de Nedersaksenlijn. Wat D66 betreft is de Lelylijn voor Noord-Nederland van levensbelang – economisch, sociaal én qua bereikbaarheid.

Dat dit gebeurt ondanks een unaniem aangenomen motie in de Tweede Kamer om dit juist níét te doen, is onbegrijpelijk. Het kabinet breekt hiermee opnieuw een belofte aan het Noorden en maakt daarmee een Nij Begun voor onze provincie moeilijker.

Het aanleggen van de Nedersaksenlijn en het oplossen van de flessenhals bij Meppel zijn belangrijke en noodzakelijke stappen voor de bereikbaarheid van onze regio. D66 is dan ook enthousiast over het feit dat de Nedersaksenlijn er definitief lijkt te komen. Maar wanneer dit ten koste gaat van de Lelylijn, voelt het als een sigaar uit eigen doos.

Noord-Nederland heeft recht op serieuze investeringen in de infrastructuur. Dit is goed voor de economie, biedt kansen op het gebied van wonen en komt ten goede van de leefbaarheid in onze regio. D66 wil dat het kabinet levert wat het beloofd heeft en niet de ene belofte inlost door de andere te breken.

Nu het kabinet heeft besloten de Lelylijn-gelden te plunderen, lijken miljarden aan Europese subsidies voor de Lelylijn ook niet meer binnen handbereik. Niet alleen een grote misser voor Noord-Nederland, maar ook voor de staatskas. De MIRT-verkenning voor de Lelylijn is wat D66 betreft daarom geen luxe, maar het absolute minimum. Onze fractie blijft zich vol inzetten voor eerlijke kansen en goede verbindingen voor en in het Noorden. Daarom hebben wij het College van Gedeputeerde Staten mondelinge vragen gesteld over hoe het kijkt naar dit kabinetsbesluit en welke stappen het gaat ondernemen -ook in samenwerking met andere provincies- om de aanleg van de Lelylijn samen met de Nedersaksenlijn alsnog te realiseren.