Denk en handel internationaal

Maastricht is de meest internationale stad van Nederland. Maastricht ligt in het hart van één van de dichtstbevolkte regio’s van Europa. D66 vindt dat (Eu)regionale samenwerking uitgangspunt moet zijn van het beleid. Dat biedt veel mogelijkheden.

Europa

De afgelopen jaren hebben we vooral op cultuurgebied de grensoverschrijdende samenwerking gerealiseerd. Die ontwikkeling moeten we koesteren door grenzeloos te denken, te werken en te leven. Maastricht is de geboortestad van de euro, we hebben een United World College en steeds meer buitenlandse studenten vinden hun plek in Maastricht. De komende jaren moeten we meer richting Brussel kijken dan naar Den Haag. Maastricht als stad in de Euregio heeft er groot belang bij dat de nationale grenzen geslecht worden. Op Europees niveau heeft D66 daartoe een aantal ambities zoals het wegnemen barrières voor grensoverschrijdend vervoer. Afzonderlijke nationale regels blokkeren te vaak grensoverschrijdend vervoer. D66 wil dat de lidstaten heldere Europese vervoersstandaarden afspreken. Van wegenvignetten tot eisen aan rij- en rusttijden. Van rijbewijzen tot veiligheidssystemen op het spoor en verbetering van gebrekkige spoor- en wegverbindingen. Betere en snellere openbaar vervoervoorzieningen in de Euregio zijn voor ons: een goede treinverbinding via Luik naar Brussel, een snelle treinverbinding naar Aken en een tramlijn naar Hasselt.

D66 is groot voorstander van het vrij verkeer van werknemers binnen Europa. Dat geeft Nederlanders de vrijheid om in andere landen aan het werk te gaan. Omgekeerd kunnen we buitenlands talent naar ons land halen om knelpunten op de Nederlandse arbeidsmarkt op te lossen, zoals het tekort aan mensen met een technische achtergrond. Op langere termijn helpt het de krapte op de arbeidsmarkt door vergrijzing tegengaan. Om deze mobiliteit te vergroten willen wij een verbeterde erkenning van diploma’s en beroepskwalificaties. Vrij verkeer van diensten en van werknemers moet ook nadrukkelijk worden geregeld voor de zorgsector en de medische sector. Wanneer wij arbeidsvoorwaarden, regels over arbeidsomstandigheden en onderdelen van de sociale zekerheid beter op elkaar afstemmen, nemen we barrières voor mobiliteit weg.

Europa wordt steeds meer ons binnenland. Internationale samenwerking en economische vooruitgang zijn de sleutels naar een wereld met minder oorlog en conflicten. Deze ontwikkelingen vragen om veranderingen van de inrichting van de samenleving. Ook de ligging van Zuid-Limburg, zowel Euregionaal als internationaal zorg t voor specifieke problemen maar biedt ook perspectief. Voor D66 staat gerichtheid op de toekomst van Zuid-Limburg in de Euregio, centraal. Vragen als: hoe willen we straks wonen, leren, werken, sporten, cultuur beleven en beoefenen en recreëren in een gebied waarin minder mensen wonen, en waarvan in verhouding steeds meer ouderen, zullen in de komende periode steeds vaker gesteld worden.

De kwaliteit van het Europese onderwijs is gebaat bij internationale mobiliteit en uitwisseling van studenten, docenten en onderzoekers. Door diploma’s en studieresultaten internationaal te erkennen, vinden talent en opleiding elkaar sneller en beter. Het aanvragen en verkrijgen van een visum voor onderwijs- en onderzoekuitwisseling moet gemakkelijker worden. Wetenschappers moeten eenvoudig en zonder grote sociale zekerheidsproblemen in een ander Europees land aan de slag kunnen. De Europese Unie moet grensoverschrijdende samenwerking tussen universiteiten en onderzoeksinstituten stimuleren en hiervoor meer geld beschikbaar stellen. Zo gaan prestaties en de internationale aantrekkingskracht van de Europese topuniversiteiten en hogescholen omhoog. Aandacht voor internationaal ondernemerschap en talenkennis, beginnend bij Duits en Frans, in alle delen van het voortgezet onderwijs in Nederland versterkt de fundamenten voor internationale economische groei. Grensoverschrijdend onderwijs ligt het meest voor de hand in grensgebieden. Praktische barrières, zoals in leerlingenvervoer, moeten hier worden verwijderd.

D66 vindt dat de grensinfopunten (GIP), de Servicepunten Grensoverschrijdende Arbeidsbemiddeling (SGA) en het servicepunt voor expats gehandhaafd moeten worden. Er dient ook meer aandacht te komen voor Frans en Duits taalonderwijs op scholen. Op het gebied van cultuur dient bekeken te worden in hoeverre de musea in Maastricht kunnen aansluiten bij de Euregionale museumkaart.

Klimaat en milieumaatregelen stoppen niet bij stads- of landsgrens. Meer dan voorheen dient er overleg en afstemming te zijn met de Euregio om het beleid beter op elkaar te laten aansluiten en uitdagingen op het gebied van klimaat en milieu gezamenlijk aan te pakken.