Inleiding
Voorzitter,
Het is alweer 15 jaar geleden dat ik vanuit het buitenland met mijn jonge gezin verhuisde naar de Utrechtse Heuvelrug. We werden warm verwelkomd en alle verwachtingen werden overtroffen. Al snel voelde ik dat ik iets wilde betekenen voor deze prachtige groene gemeente waar mijn kinderen veilig en gezond opgroeiden en werd lid van D66 Heuvelrug, een prettige afdeling.
Als raadslid zie ik het als opdracht om veel te luisteren en kijk ik goed om me heen. Velen hebben het goed, maar problemen die elders in het land spelen, bestaan ook hier. Zo ontvingen meer dan duizend jongeren in de eerste helft van dit jaar jeugdzorg, en komen we boven het landelijk gemiddelde uit. Er zijn inwoners die met hun dekbed aan de keukentafel zitten omdat ze de energierekening niet kunnen betalen. En is er een groep mensen die niet weet hoe en waar ze ondersteuning kunnen regelen die ze soms zo hard nodig hebben. Het is hard werken om de vraag bij te benen en de dorpsteams maken zich zorgen over hoe ze de komende periode door moeten komen.
Dirk de Wachter, de Belgische psychiater, ook wel de verdrietdokter genoemd, zegt dat jongeren zich eenzaam voelen door ‘ikkigheid’. Hij zegt verder: “Wij zetten ons in onze westerse maatschappij erg in op het autonome, zelfstandige bestaan als hoogste goed. We hebben de mens nodig in waarachtigheid, in nabijheid, in vertrouwen”.
En ik denk dat daar ergens de crux zit. Het individu komt het meest tot wasdom, in verbinding met de ander, met de gemeenschap. En de gemeenschap zal ruimte moeten bieden voor de ander, voor het individu.