D66-motie ‘Dienstverlening op locatie’ unaniem aangenomen

De gemeenteraad van Stichtse Vecht heeft op 2 juli de D66-motie ‘Dienstverlening op locatie’ unaniem aangenomen. Betere dienstverlening aan inwoners die afstand ervaren tot de gemeentelijke dienstverlening is hiermee een stap dichterbij.

Onderzoek

De motie roept het college op om onderzoek te doen naar de mogelijkheid om de dienstverlening van de gemeente dichter bij de inwoners van Stichte Vecht te brengen. Tijdens de gemeenteraadsvergadering van 2 juli jl. kwam de motie, die opgesteld is door D66-gemeenteraadslid Rens Ulijn en mede werd ingediend door het Vechtse Verbond, Streekbelangen, CDA, Groenlinks, PvdA en ChristenUnie-SGP ter stemming. Eerder was de motie al uitgebreid besproken tijdens de commissievergadering van 10 juni.

De uitslag van de stemming over de D66-motie 'Dienstverlening op locatie': 28 stemmen voor, 0 stemmen tegen.

Beeld: D66 Stichtse Vecht

Langgerekte gemeente

Doordat Stichtse Vecht een langgerekte gemeente is die zich over 30 kilometer uitstrekt tussen Amsterdam en Utrecht, kost een bezoekje aan het gemeentehuis voor veel inwoners – vooral in het noorden van de gemeente- nogal wat tijd. Zes van de twaalf kernen in de gemeente Stichtse Vecht liggen op meer dan tien kilometer afstand tot het gemeentehuis in Maarssen. Rens: ‘Een nieuw paspoort of rijbewijs, betekent voor een inwoner van mijn woonplaats Nigtevecht een ritje van 22 km naar het gemeentekantoor in Maarssen, op en neer dus 44 autokilometers. Ben je afhankelijk van openbaar vervoer, dan ben je in het gunstige geval 1 uur en 9 minuten kwijt, maar meestal 1 uur en 28 minuten. Je ben dus drie uur aan het reizen en moet dus eigenlijk een dagdeel vrij nemen.’

Dichterbij de inwoner

‘Niet gek dus dat veel dorpsgenoten aan me vragen of de dienstverlening van de gemeente niet wat dichterbij georganiseerd kan worden’, vertelt Rens. ‘En de mede-indieners van de motie horen dezelfde geluiden uit andere verderafgelegen kernen, zoals Kockengen, Vreeland, Loenen en Nieuwer ter Aa.’

´Waar de motie NIET over gaat is het realiseren van een publieksbalie in elke dorpskern´, benadrukt Rens. ‘Dat zou natuurlijk veel te duur zijn. We willen dat de het college laat onderzoeken hoe de gemeentelijke dienstverlening op andere locaties dan het gemeenteenhuis beschikbaar kan komen, bijvoorbeeld tijdens een inloopspreekuur of door gebruik te maken van mobiele steunpunten. En dat gaat verder dan alleen het aanbod van de balie Publiekszaken. En het is nadrukkelijk de bedoeling dat het onderzoek aansluit bij wat er al in de dorpen aan sociale infrastructuur aanwezig is. Denk aan dorpshuizen, buurthuizen en bibliotheken. Als je dat creatief doet, hoeft dat naar onze mening niet gigantisch veel extra geld te kosten.’

Dichterbij de inwoner

De raadsbrede steun voor de motie laat zien dat dit door D66 gesignaleerde probleem door veel partijen herkend en erkend wordt. De bal ligt nu bij het college, die het onderzoek moet gaan uitvoeren. In de motie is bepaald dat zij voor het einde van deze raadsperiode, die loopt t/m maart 2026, de gemeenteraad informeren over de resultaten van het onderzoek. Daarna kan het nieuwe gemeentebestuur vervolgstappen zetten. Het college heeft aangegeven dat de scenario’s die ontwikkeld worden voor de toekomst van de gemeentelijk kantoren Boom en Bosch in Breukelen en Goudestein in Maarssen daar ook bij betrokken zullen worden, alsmede het onderzoek naar de tevredenheid van inwoners over de bestaande gemeentelijke dienstverlening, dat voor dit najaar gepland staat.