Een groene provincie

D66 staat voor een leefbare groene provincie. Helaas gaat het slecht met de Nederlandse en ook Limburgse natuur. Er zijn grenzen aan de groei en de stikstofcrisis maakt pijnlijk duidelijk dat de natuur, samenleving en economie niet altijd in harmonie met elkaar zijn. D66 wil het stikstofprobleem oplossen en zorgen dat de Limburgse natuurgebieden en biodiversiteit weer in goede staat zijn. Dat is belangrijk, want het zorgt voor schone lucht, fris water, een goede kwaliteit van de bodem en bestuiving van onze gewassen.

De provincie is als eerste verantwoordelijk voor het natuurbeleid en de financiering ervan. In Limburg hebben we te lang te weinig gedaan voor onze natuur. In toenemende mate wordt duidelijk dat het huidige natuurbeleid onvoldoende leidt tot het beoogde natuurherstel. In de voorlaatste periode werd als schrijnend voorbeeld de Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap (SKNL), een subsidie voor het geschikt maken van grond voor natuurbeheer of het ontwikkelen van de kwaliteit van beheerde natuur, voor drie jaar dichtgezet. Dit terwijl het Rijk daarvoor middelen beschikbaar stelt aan de provincie. Wat D66 Limburg betreft is dat onverteerbaar, want de provincies hebben met het Rijk afgesproken om het Natuurnetwerk Nederland (waarvoor de SKNL het belangrijkste instrument is) in 2027 af te ronden. D66 wil die afspraak gestand doen.

Natura 2000

Onze Natura 2000 gebieden zijn de meest waardevolle natuurgebieden in onze provincie. Niet voor niets genieten ze Europese beschermingsstatus. D66 Limburg onderschrijft de uitbreidings- en instandhoudingsdoelen in deze Natura 2000 gebieden, die we met Europa hebben afgesproken. Hier horen ook de habitattypen en -soorten bij die in het Veegbesluit zijn opgenomen.

Die doelen staan nu echter onder druk. Dat komt niet alleen door een te hoge stikstofdepositie, maar ook vanwege verdroging en problemen met waterkwaliteit en de robuustheid van onze ecosystemen. Doordat we dreigen de Natura 2000 doelen niet te halen, zit momenteel de vergunningverleningen voor ruimtelijke ontwikkelingen – zoals bouwprojecten – op slot.

Onze leefomgeving wordt niet alleen bedreigd door stikstof maar ook door tal van andere schadelijke emissies. De provincie verleent vergunningen aan en houdt toezicht op bedrijven met de zwaarste milieubelasting. Ook is de provincie verantwoordelijk voor het toezicht op de gemeentelijke uitvoering van milieutaken. De milieuzorg (georganiseerd via de omgevingsdiensten) is in heel Nederland onder de maat. Ook de provincie Limburg is hierin fors tekort geschoten.

Wat kiest D66:

  • D66 wil de opgelopen achterstand in de realisatie van het natuurnetwerk Limburg de komende vier jaar inhalen. Het Natuurnetwerk zorgt voor voldoende robuustheid van- en verbinding tussen natuurterreinen. Daarmee is dit het fundament voor herstel en een gunstige staat van onze natuur.
  • D66 is ambitieus en wil dat we bij het aanpakken van de stikstofcrisis kiezen voor een integrale gebiedsbenadering, zoals we eerder met succes deden in Ooijen-Wanssum. Door verschillende opgaven samen te brengen met alle betrokken partijen, zoals bijvoorbeeld het Waterschap Limburg en de terrein-beherende organisaties in Limburg. Daarin moet ruimte zijn voor perspectief voor onze boeren, maar vooral ook voor onze natuur.
  • D66 wil de band tussen Limburgers en hun natuur versterken. Een derde van de Nederlanders komt nooit in een gebied en onze natuurbeleving scoort slecht. We kunnen steeds minder inheemse soorten herkennen en benoemen. D66 wil daar, mede vanuit de Nationale Parken, samen met natuur- en terrein-beherende organisaties, aan werken, zodat die kennis beschikbaar is voor alle generaties Limburgers. Een voorbeeld is het Natuur- en Milieucentrum de IJzeren Man in Weert.
  • D66 zet zich in voor robuuste en professionele omgevingsdiensten die de beschikking krijgen over voldoende budget, menskracht, expertise en autonomie om de verantwoordelijkheid voor een gezonde, duurzame en veilige leegomgeving ook echt waar te kunnen maken.

Faunabeheer

D66 staat voor de natuur, maar erkent dat sommige diersoorten als de wasbeer, de bever en de wolf overlast kunnen veroorzaken. De wolf en de bever zijn dieren die al eeuwenlang (al dan niet langer) in Limburg rondlopen, of rondgelopen hebben, en horen dus een plek te hebben in onze provincie en onze natuur. De wasbeer daarentegen is een exoot en is pas relatief recent actief in Limburg.

Wat kiest D66:

  • D66 wil dat in gebieden waar overlast van deze dieren wordt ervaren of er serieuze (natuur)belangen in het geding zijn, primair inzetten op preventieve maatregelen en middelen. Indien nodig door dieren weg te vangen en te verplaatsen.

Landbouw

De stikstofcrisis in ons land laat duidelijk zien dat de huidige manier van voedsel produceren niet langer houdbaar is. Boeren passen zich al decennialang aan. Ze beantwoorden nieuwe regels met nieuwe technieken en met harder werken. Zo is het aantal megastallen in Limburg in het afgelopen decennium flink jaren gestegen. Zeventig uur werken voor weinig geld, dat is niet de toekomst die boeren zich voorstellen als ze beginnen. Ze houden van hun dieren en het landschap. Het liefst willen ze dier- en natuurvriendelijk ondernemen.

D66 wil dat we samen met boeren werken aan echt perspectief, met gezonde verdienmodellen voor zowel aarde, dieren als boeren. D66 wil de overstap naar kringlooplandbouw mogelijk maken. Bij een gezond kringloopsysteem hoeft geen diervoer van ver geïmporteerd te worden en neemt het gebruik van bestrijdingsmiddelen en kunstmest af, waardoor de oogst het waterpeil volgt in plaats van deze te controleren. Zo behalen we samen de Limburgse doelen: zowel voor de agrarische sector als op het gebied van natuur, water en klimaat.

Wat kiest D66

  • D66 Limburg wil koplopers in de kringlooplandbouw, zoals biologische en natuur-inclusieve kringloopboeren ondersteunen om hun bedrijf voort te zetten;
  • Wij blijven ons maximaal inspannen om ondernemers die dat willen te ondersteunen en faciliteren om over te schakelen naar kringlooplandbouw. Daartoe wordt op ons initiatief reeds een toegankelijke kennisfunctie ingericht, in samenwerking met onder andere de campussen, LLTB, Caring Farmers en natuurorganisaties, om hierover in gezamenlijkheid kennis op te bouwen en delen. In de komende vier jaar blijven we in dialoog met agrarisch ondernemers om hen waar mogelijk te ondersteunen bij de omslag naar kringlooplandbouw.
  • D66 wil actief op zoek naar nieuwe verdienmodellen. Boeren moeten niet alleen beloond worden voor voedsel, maar ook voor natuur- en landschapsbeheer en waterberging. Zo krijgen we weer een waardenrijk landbouwgebied. Vooral in de overgangszones tussen landbouwgebieden en natuurgebieden zoeken we naar meer verwevenheid tussen landbouw en natuur.
  • D66 vindt het belangrijk dat naast onze boeren, ook het buitenland en andere (industriële) sectoren bijdragen aan de vermindering van de stikstofdepositie. Dat betekent dat we ons VTH-instrumentarium (Vergunningen, Toezicht en Handhaving) actiever willen inzetten om ook alle andere Limburgse bedrijven die stikstof uitstoten te bewegen.

Landschap

In de afgelopen decennia is het landgebruik in Limburg, net als elders in Nederland, ingrijpend veranderd. Schaalvergroting en efficiëntieverhoging van de landbouw, verdroging, stedelijke groei en toename van bebouwing hebben niet alleen geleid tot afname van biodiversiteit, maar ook van landschappelijke identiteit. Het landschap heeft een andere aanblik gekregen.

Limburg kent nog altijd een prachtig landschap met unieke landschapselementen. Volgens de Wet Natuurbescherming is de provincie verantwoordelijk voor het behoud en het zo mogelijk versterken van de biologische diversiteit en soortenbescherming.

Voor D66 Limburg houdt het daar echter niet bij op. Het belang van ons landschap reikt veel verder dan biodiversiteit alleen. De samenhang tussen de karakteristieke Limburgse landschappelijke structuur en het rijke historische landgebruik voor voedselproductie maakt deel uit van de Limburgse identiteit. Daarmee voegt het landschap waarde toe aan de leefomgeving en het welbevinden van ons als inwoners. Het heeft echter ook een belangrijke economische waarde; ons typische Limburgse Landschap is één van de belangrijkste factoren voor het vestigingsklimaat en een bloeiende toeristische sector. Tot slot speelt landschap een belangrijke rol in klimaatadaptatie: meer ruimte geven aan groen, landschapselementen en water kan helpen zowel wateroverlast als droogte tegen te gaan.

Wat kiest D66

  • D66 wil sterk inzetten op de bescherming van het landschap. Voor ons zijn landschappelijke waarde en economische waarde onderling onmeetbaar. Ons landschap verdient, in Limburg meer dan ooit, bescherming. D66 wil dat die waarde goed wordt meegewogen in provinciale afwegingen.
  • D66 wil structurele provinciale ondersteuning bij landschapsherstel en landschapsbeheer door grondeigenaren.
  • D66 wil het landschap ook ontwikkelen. Het landschap moet ruimte voor de toekomst bieden. De toekomst moet fraai en met respect voor wat er al is, worden ingepast.

Water

Het klimaat verandert en dat merken we ook in Limburg. Daardoor krijgen we in de toekomst steeds extremere weersomstandigheden, krijgen we steeds vaker te maken met wateroverlast en worden we momenteel al geconfronteerd met steeds langere periodes van droogte en extreme hitte. Daarnaast neemt het risico op mogelijke overstromingen toe. De hevige neerslag met het hoogwater van juni 2021 staat bij ons Limburgers immers nog scherp op het netvlies. Om ons voor te bereiden op de gevolgen hiervan op die extremere weersomstandigheden en de negatieve gevolgen daarvan te beperken, is het nodig om de (leef)omgeving aan te passen en anders in te richten met oog op het veranderende klimaat. D66 wil dat Limburg voorbereid is op de te verwachten weersextremen in de toekomst en werkt aan aanpassingsvermogen, om zowel extreem hoogwater als extreme droogte op te vangen.

  • We kiezen voor een aanpak van waterbeheer die zo sterk mogelijk aansluit bij de natuurlijke situatie. De natuur helpt bij het vasthouden van water in tijden van droogte, bij het aanvullen van de grondwatervoorraad, bij het bergen van water bij overlast, bij het bieden van bescherming tegen water en bij het verbeteren van de waterkwaliteit.
  • Wat D66 betreft zet de provincie er ook in de toekomst op in dat het verbeteren van waterveiligheid leidt tot een versterking van het landschap en de aantrekkelijkheid van de omgeving. D66 ziet gebiedsontwikkelingen zoals Ooijen-Wanssum en het Grensmaasproject als mooie voorbeelden van hoe de provincie kan inzetten op verbetering van waterveiligheid. D66 wil hiervoor data uitwisselen met Wallonië en Duitsland.
  • Om tekorten te voorkomen wil D66 dat de provincie samen met grondeigenaren, gemeenten en waterschap Limburg inzetten op het langer vasthouden van water in het landelijk en stedelijk gebied. Dit kan door waterlopen, oevers, uiterwaarden en beekdalen een natuurlijker inrichting te geven.
  • Door klimaatbuffers aan te leggen en te zorgen we voor meer wateropvangcapaciteit tijdens extreme buien. We geven hierbij de voorkeur aan natuurlijke oplossingen in combinatie met en bodemverbeteringen.
  • D66 ziet kansen voor klimaatadaptatie binnen de provinciale beleidsterreinen en vindt dat waterbeheer een sterkere rol mag hebben bij toekomstige beleidskeuze voor landbouw, ruimtelijke ordening, natuurbeheer en stedelijke ontwikkeling. Daarmee wordt niet alleen verdroging van natuurgebieden aangepakt, maar ook tekort aan water voor menselijk gebruik.
  • D66 wil een beter grondwaterbeheer om verdroging in de natuur, agrarisch gebied én gebouwde omgeving tegen te gaan. Het uitgangspunt hierbij is dat het grondwaterpeil op het niveau wordt gebracht dat nodig is voor het behoud van prioritaire natuurwaarden. Om verdrogingsschade in de natuur te voorkomen worden bindende regels voor grondwateronttrekkingen gesteld en wordt illegale grondwateronttrekking aangepakt.