Partijdige kieswijzer: D66 en VVD

Net als in de rest van het land is het ook in onze gemeente een grote uitdaging om de woningmarkt van het slot te krijgen. We moeten dus gaan bouwen. De VVD en D66 zijn, net als de meeste andere partijen, van mening dat het belangrijk is dat we zoveel mogelijk groen behouden. Daarom kiezen beide partijen er voor om bij nieuwbouw zoveel mogelijk ‘de lucht in te gaan’.

Maar naast deze overeenkomsten bestaat er ook een zeer fundamenteel verschil tussen de visie van VVD en D66 op dit thema. Zo kiest de VVD er voor om bij nieuwbouw de markt de vrije hand te geven. Deze partij vindt het bijvoorbeeld niet nodig om eisen te stellen aan het aantal sociale huurwoningen dat wordt gebouwd. D66 vindt dat een goede en betaalbare woning een grondrecht is voor iedereen – en dus ook voor mensen met een kleine portemonnee. Vanuit de overtuiging dat dit niet vanzelf goed komt, eist D66 bij nieuwbouwprojecten tenminste 30% sociale nieuwbouw. Daarnaast worden er kaders gesteld aan het aantal dure woningen (boven 6 ton) die gebouwd mogen worden. Op deze manier kan de gemeente er voor zorgen dat iedereen een goede en betaalbare woning kan vinden.

D66 en de VVD zien allebei het belang van klimaatverandering in. Beide partijen zijn daarom bijvoorbeeld voorstander van meer groen in het straatbeeld. De VVD heeft daarnaast expliciet in haar verkiezingsprogramma  opgenomen dat duurzaamheid een onderdeel moet worden van gemeentelijk inkoopbeleid. Dit is een punt waar D66 zich natuurlijk van harte bij aansluit.

Toch bestaat er ook een groot, fundamenteel verschil tussen deze twee partijen. Want de VVD gelooft dat klimaatdoelstellingen en de energietransitie vanzelf wel goed komen. Zo wil deze partij bestaande subsidieregelingen bijvoorbeeld afschaffen. D66 gelooft niet dat we het op deze manier gaan redden. Voor een gezond en duurzaam Leidschendam, Voorburg en Stompwijk, zullen inwoners, ondernemers en gemeente samen moeten optrekken, waarbij de gemeente voorop zal moeten lopen. Niet alleen door beleid en visie te ontwikkelen, maar ook door inwoners en ondernemers actief te ondersteunen – bijvoorbeeld met subsidieregelingen.

Sport en beweging zijn gezond. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal. De VVD en D66 vinden het daarom allebei belangrijk dat inwoners van Leidschendam, Voorburg en Stompwijk makkelijk kunnen sporten. Zo willen beide partijen de buitenruimte hier beter op inrichten, bijvoorbeeld met fietspaden, skeelerbanen en mountainbiketrails. D66 vindt het daarnaast ook belangrijk dat bestaande wachtlijsten bij sportverenigingen worden opgelost.

Daarnaast geldt voor beide partijen dat iedere inwoner van Leidschendam, Voorburg en Stompwijk heeft recht op goede zorg, wanneer dit nodig is. Maar tegelijkertijd staan we als samenleving voor de uitdaging om die zorg ook betaalbaar te houden. De VVD wil daarom bijvoorbeeld scherpe keuzes maken als het gaat om de jeugdzorg. D66 is hier geen voorstander van, maar zet liever in op preventie. Voorkomen is immers beter dan genezen – ook als je kijkt naar kosten. D66 maakt zich daarom hard voor een gemeentelijk preventieplan met aandachtspunten voor roken, overgewicht en alcohol

Ondernemerschap is iets wat de VVD en D66 allebei willen stimuleren. De VVD wil de vergunningverlening makkelijker maken, en ook D66 is voor het wegnemen van onnodige regels. Zo vindt D66 het bijvoorbeeld belangrijk dat winkels zelf mogen bepalen wanneer ze open zijn, en dat terrassen het hele jaar open kunnen.

Een verschil tussen beide partijen is dat de VVD ondernemers vooral ruimte wil geven, terwijl D66 vooral ook wil samenwerken met ondernemers. Bijvoorbeeld om mensen met een uitkering aan de slag te helpen, of door duurzame ondernemers een steuntje in de rug te geven. 

De VVD presenteert zich graag als ‘law and order’ partij. Daarom is de partij voor behoud van het politiebureau in onze gemeente en voor meer boa’s op straat, maar ook voor meer cameratoezicht en een verbod op lachgas, coffeeshops en bordelen.

Natuurlijk is veiligheid ook voor D66 een belangrijk thema, maar de democraten kijken toch iets minder zwart-wit naar dit thema. Cameratoezicht kan bijvoorbeeld zeker effectief werken bij criminaliteitsbestrijding, maar is tegelijkertijd ongewenst, omdat we inwoners niet onnodig willen bespieden. D66 wil het daarom alleen als het nodig is en niet langer dan noodzakelijk, en kiest liever voor politie op straat dan achter een scherm.

Ook ten aanzien van coffeeshops en bordelen neemt D66 een genuanceerder standpunt in dan de VVD. Ervaring leert dat een verbod niet betekent dat mensen stoppen met blowen
of het bezoeken van sekswerkers. De uitdaging is daarom om deze zaken niet te criminaliseren, maar vooral om ze goed te reguleren. Als dit soort vraagstukken aan de orde zijn, wil D66 daarom dat besluitvorming hierover plaatsvindt in de buurt, in nauwe samenwerking met omwonenden, waarbij een absolute randvoorwaarde is dat overlast tot een minimum beperkt wordt.

De VVD zegt in haar verkiezingsprogramma dat ze zich hard wil maken voor ‘een gemeentebestuur dat de blik naar buiten richt en met zelfvertrouwen onze gemeente vertegenwoordigt’. Dit is een uitspraak waar D66 zich natuurlijk in kan vinden, maar vindt het daarnaast belangrijk dat het gemeentebestuur zich ook inspant om ook echt iedereen in Leidschendam, Voorburg en Stompwijk te vertegenwoordigen. Dus ook inwoners die zich minder laten horen of die, zoals onze jongeren, nog geen stemrecht hebben. Dat betekent niet alleen dat de gemeente meer in gesprek moet met inwoners en ondernemers (en daarbij vooral ook goed moet luisteren), het betekent ook dat inwoners en ondernemers betrokken worden bij besluitvorming. Specifiek voor jongeren geldt dat D66 voorstander is van de oprichting van een jongerenraad.