Jaarstukken 2024

De jaarstukken 2024 tonen een financieel gezond beeld voor Zwolle, maar er is tegelijkertijd ook sprake van capaciteitstekorten, onderbesteding en vertragingen. D66 vindt het belangrijk om de ambities af te stemmen op de uitvoeringskracht en geen incidentele meevallers te gebruiken voor structureel beleid.

Hieronder leest u de bijdrage van ons burgerlid Wander aan het debat.

Het blijft opmerkelijk dat we als raad een dag uit trekken voor kaderstellen in de PPN, maar zes minuten nemen voor onze controlerende rol. Terwijl controle zónder kaders zinloos is – maar kaders zónder controle net zo. D66 wil beide serieus nemen. 
 
Wat opvalt in deze jaarstukken is de paradox: een financieel gezonde gemeente, met een positief resultaat van € 12,4 miljoen, maar ook sprake van capaciteitstekorten, onderbesteding en vertragingen. Hoe rijmt dat? Want het positieve resultaat is vooral het gevolg van incidentele meevallers: hogere OZB-opbrengsten, rente, vrijval van reserves en niet-uitgevoerde plannen. De auditcommissie verwijst hier ook in haar brief naar, Bedrijfsvoering en programma Samen Sterk zijn nu meerdere jaren in onderschrijding. Goed nieuws op papier, maar ik wil van het college weten: wordt hier nu op gestuurd, en zo ja, met welke maatregelen en komt hier nog een effect op?  
 
Ik neem u mee in een aantal voorbeelden.

Sociaal domein

Neem het sociaal domein. De WMO laat een onderbesteding zien van € 9,5 miljoen, wat deels wordt verklaard door landelijke personeelstekorten en de verschuiving naar langdurige zorg. Tegelijkertijd zien we in de jeugdzorg een overschrijding van € 1,4 miljoen, juist door zwaardere zorgvragen ondanks minder instroom. Is hier sprake van reële planning, of van een mismatch tussen ambitie en uitvoeringskracht? Immers, we werken al met data, de nieuwe jeugdhulp verordening, en nieuwe partnerschappen. Heeft het college daar nu genoeg zicht en grip op?

Inhuur

Het inhuurpercentage van 19,1% heeft al meerdere technische vragen opgeleverd. Ten opzichte van andere 100k+ gemeenten is het iets verhoogd. De arbeidsmarkt en de realisatiekracht en capaciteit verhogen van de organisatie lijkt hier grotendeels aan ten grondslag te liggen. We bouwen dus nu op, maar ik vraag het college of er al zicht is op een afbouw pad, want dit lijkt niet alleen financieel onaantrekkelijk, maar belangrijker voor ons, het creëert ook een afhankelijkheid in de organisatie ten opzichte van de ambities die we met elkaar hebben vastgesteld.

Grondexploitaties

Dan de grondexploitaties. Een mooi resultaat van € 34,4 miljoen, waarvan € 27,6 miljoen tussentijdse winstname. Dat is een boekwinst maar niet structureel houdbaar. De doorkijk naar 2033 laat een terugval naar € 0,7 miljoen zien. We waarschuwden eerder al in het debat over grond: het huidig gevoerde situationeel grondbeleid vergt een afwegingskader. Nu schuift het beleid op richting actief, maar dit kan geen structureel verdienmodel worden, want dat is niet houdbaar op lange termijn. Bovendien missen we nu de strategische koppeling in grondbeleid met klimaat-, circulair ruimtegebruik- en energiedoelen. Kan de wethouder toezeggen dat in de (vernieuwde) grondnota die nog naar de raad komt deze strategisch koppeling ook expliciet gemaakt kan worden?

Risico analyse

Dan compliment voor de gedegen risico analyse en beheersing. Daar word ik blij van. Met een weerstandratio van 121% wederom zeer ruim. Met een klein kritische nood betreffende die risico inschatting: het opvallend lage risico op schadeclaims en bezwaarschriften (namelijk 0) — is dat realistisch? De risico analyse in de MPV roept wel vragen op. Daar programmeren we tot 2033 maar hebben we een risico inschattingstijdlijn van 4 jaar. Dit op basis van het beleidskader uit 2018. Hieruit lijk ik te observeren dat risico management in de organisatie en/of programma’s op verschillende manier wordt uitgevoerd. Ik spreek dan graag uit dat risico management in grote plaatje zou willen afwegen en bekijken. Hoe ziet het college dit?

SIA

De SIA heeft een totale opgave van € 548 miljoen, waarvan € 304 miljoen ten laste van de SIA komt, maar € 235 miljoen (nog) niet gedekt is. Wat D66 betreft moet de SIA echt een sturingsinstrument worden, en geen ambitie doorgeefluik. Het recente gevoerde raadsdebat geeft een goede basis en vertrouwen om met elkaar te blijven sturen op keuzes. Nu de basis op orde lijkt te zijn gebracht, hebben we meer (in)zicht dan ooit waardoor we ook beter en langer vooruit kunnen kijken. Dit helpt ons in de toekomst voor de keuzes in de hoeveelheid aan plannen en de beschikbare middelen.

Beleidsrapportage

De beleidsrapportage 2025-1 dan. Fijn om als raad de kans te krijgen om bij te sturen op basis van realisatie in plaats van alleen op planvorming die we hier vaak voorbij zien komen. Scherp kijken naar wat écht lukt, en wat (nog) niet. Een positief resultaat van € 4,4 miljoen is op het eerste gezicht goed nieuws. Maar als D66 kijken we altijd verder dan het saldo. En we zien dat voordeel vooral komt uit lagere lasten en tijdelijke vrijval van middelen: zoals rijksbijdragen (CDOKE), lagere kapitaallasten door vertragingen projecten, of opbrengsten uit rente. Dat maakt dit resultaat waardevol, maar ook incidenteel.

In de berap zien we opnieuw vertragingen bij beleidsuitvoer en investeringsprojecten. Dat leidt tot lagere lasten, maar het is geen winst — het is een gemiste kans voor Zwolle. De accountant waarschuwt dat de stad groeit in ambitie, maar tegen haar grens aanloopt qua realisatiekracht. Graag een reflectie van het college: welke ambities schuiven we door, en wat gaan we wél halen in 2025?

Ook concludeert de accountant dat de gemeente niet kan steunen op haar IT-systemen voor financiële betrouwbaarheid. Dat betekent méér handwerk, hogere kwetsbaarheid. Kan de wethouder een doorkijk geven naar acties hierop en hoe in de tussentijd de risico’s goed mogelijk geborgd worden?

Tot slot dan, de jaarstukken laten zien: de boekhouding klopt, maar de uitvoering hapert hier en daar. De jaarstukken leggen dus niet alleen een verantwoording over 2024 af, maar zetten ons ook aan het denken over onze rol als raad in 2025 en daarna. Inzicht is mooi en is de basis – zoals ingezet is in het Van Inzicht naar Focus traject. Onze fractie kijkt dan ook uit naar de resultaten en een integrale afweging hiervan. Wat D66 betreft is het tijd om de ambities af te stemmen op de uitvoeringskracht, en zoals het college al voorstelt geen incidentele meevallers te gebruiken voor structureel beleid.