Inwoners praten mee

Er moet meer en beter worden samengewerkt. Gebiedsteams zorgen voor laagdrempelig contact tussen gemeente en inwoners. Inwoners krijgen zo de mogelijkheid actief mee te praten in projecten die gaan over hun leefomgeving.

Wat zijn de trends en ontwikkelingen?

‘Plannen van de gemeente moeten al vanaf de tekentafel worden besproken met de inwoners. En niet pas als het plan al rond is en er eigenlijk niets meer in te brengen valt.’
Dat was het pleidooi van D66 Vijfheerenlanden bij de verkiezingen in 2018. We hebben er vol op ingezet, toen we in het college kwamen en er is al veel verbeterd om het wijk- en dorpsgericht werken en de inwonersparticipatie te realiseren. Zo is er een programmamanager aangesteld die een plan voor wijk- en dorpsgericht werken heeft gemaakt. Dit plan leert ambtenaren meer en sneller met inwoners in gesprek te gaan en dat ook te blijven doen.
Maar in de praktijk blijkt het lastig die gesprekken vervolgens mee terug te nemen en er met collega’s van andere afdelingen een werkbaar plan van te maken. Omdat andere vakambtenaren niet zelf met de inwoners hebben gesproken, is hun professionele input dan ook niet vanaf de start meegenomen. De input van inwoners wordt dan naast dat van de vakambtenaren van andere afdelingen gelegd en niet gezien als centraal uitgangspunt.

Hoe ziet D66 dat?

Wat er verbeterd kan worden, ligt vooral onder de motorkap. Daarmee bedoelen we de manier waarop de verschillende afdelingen binnen de gemeente samenwerken om de inbreng van inwoners vorm te geven en in beleid om te zetten. Er moet meer en beter worden samengewerkt en ambtenaren moeten (meer) kennis hebben van het gebied waarin zij werken en de inwoners in dat gebied.

Hoe willen we dat doen?

Om de inbreng van onze inwoners een goede plek in de processen te kunnen geven en stroperigheid te voorkomen, pleit D66 voor gebiedsteams. Een gebiedsteam bestaat uit een wijkambassadeur en vakambtenaren uit verschillende disciplines, zowel uit het fysieke als het sociale domein. De wijkambassadeur heeft op dit moment een sleutelfunctie. De wijkambassadeur is degene die de mensen in de wijken en dorpen kent, maar ook de weg weet in de organisatie. Daarnaast is de wijkambassadeur vaak in de wijk of het dorp te vinden, het is een herkenbaar gezicht. Door naast de wijkambassadeur nu ook vaste vakambtenaren voor een wijk of dorp aan te wijzen, wordt de hele organisatie duidelijker om de inwoners heen georganiseerd en kunnen processen sneller en veel meer gericht op de vraag worden aangepakt.

Een voorbeeld

Neem als voorbeeld de herinrichting van een park. Een park midden in de wijk is een waardevolle plek voor de inwoners in de wijk. Zij weten het beste wat zij graag zouden zien in het park. De wijkambassadeur en de inwoners van de wijk worden gevraagd om te adviseren en mee te werken aan het plan vóórin het proces (dus niet wanneer er al een plan ligt). De ambtenaren Ruimtelijke Ordening, Groenbeheer, Wegbeheer en Openbare Verlichting sluiten aan om vanuit hun vakgebied de randvoorwaarden aan te geven (budget, planning, omvang gebied). Ook beantwoorden zij de vragen van de inwoners. Samen met de inwoners wordt toegewerkt naar een haalbaar plan voor het nieuwe park. De politiek verbindt zich in principe aan de resultaten, maar kan bij de uiteindelijke besluitvorming hiervan (beargumenteerd) afwijken.
Participatie kan nog een stap verder gaan wanneer de inwoners zelfs als “initiatiefnemer” zouden worden betrokken. Dan ligt het initiatief voor een plan niet bij de gemeente, maar bij de inwoners zelf. De wijkteams kunnen in dat geval de samenkomst van de inwoners begeleiden en zorgen dat iedereen gehoord wordt. Als bekend gezicht zijn zij makkelijk te benaderen door de inwoners. Zo komen we samen tot een breed gedragen plan voor een leefbaar park. Politiek en bestuur zijn hier in deze variant niet bij betrokken.