De horeca in Utrecht is aan vele regelgeving onderworpen. Deregulering waar mogelijk is voor D66 het uitgangspunt, zo ook gedoogbeleid met betrekking tot de pinnen om terrassen heen. In het geval dat iemand met één stoelpoot over de grens heen zit of er met een been buiten staat, is dit geen reden voor het opleggen van een waarschuwing of boete. Vooral met het oog op het WK voetbal is het volgens D66 nodig om niet te streng te handhaven. Als er geen sprake is van overlast, is het niet nodig in te grijpen. Wolfsen gaf in zijn beantwoording aan dat het pinnenbeleid tijdens het WK niet de hoogste prioriteit heeft en dat er alleen ingegrepen zal worden bij overlast.
Bij het aangekondigde overleg met de Koninklijke Horeca Nederland, waar D66 samen met de VVD voor heeft gepleit, over de aanpassing van de Horecaverordening zal ook dit onderwerp aan bod komen. “Samen met de ondernemers moet gekeken worden op welke manier dit beleid zo effectief mogelijk toegepast kan worden, er moet een gezonde balans zijn tussen handhaving en het rustig kunnen genieten van een drankje op het terras”, aldus Verschuure.
Niet te pinnig met pinnen.
Tijdens de commissievergadering Mens en Samenleving d.d. 8 juni heeft raadslid Klaas Verschuure mondelinge vragen gesteld aan burgemeester Wolfsen over het pinnenbeleid in Utrecht. Elk terras is met metalen pinnen afgezet, klanten moeten hier binnen hun drankje nuttigen. D66 ontving diverse signalen dat dit beleid soms te streng wordt gehandhaafd. Verschuure: “D66 begrijpt dat de politie ingrijpt als men overlast veroorzaakt maar hier moet niet in doorgeslagen worden”.