7,5 miljoen euro doet Utrechtse cultuursector weer ademen

De culturele sector heeft tijdens corona gebruik kunnen maken van diverse steunmaatregelen. Toch vielen sommige initiatieven en makers buiten de boot. Bijsterbosch: “Een rijk cultureel leven bestaat niet alleen uit een handvol topinstellingen. Utrecht als cultuurstad functioneert goed omdat er een uitgebreide creatieve keten is. Wij hebben daar steeds aandacht voor gevraagd.” Zo vroeg D66 vorig jaar om aandacht voor de financiële positie van  ateliers, broedplaatsen en oefenruimtes. In de plannen van het college lezen we dat er hulp is voor de hele keten. In het bijzonder is D66 enthousiast over de combinatie met jonge makers en culturele opleidingen. Zo ontvangen recent afgestudeerden van de HKU en MBO Creative College, die door corona weinig praktijkervaring hebben opgedaan, geld om extra werk te ontwikkelen.

Voor evenementenorganisatoren en festivals is het een moelijke tijd. D66 vroeg daarom eind vorig jaar om lef en experimenteerruimte van de gemeente, om weer perspectief te bieden naar een herstart van de sector. Het college laat zien dat aan te durven met dit steunpakket, er komt extra steun voor festivals. D66 ziet daarnaast graag dat festivals weer aan de slag kunnen met sneltesten.

Er zijn veel culturele ondernemers die van grote waarde zijn voor de stad, maar voor noodsteun niet in aanmerking kwamen omdat zij een winstoogmerk hebben. Dat gaat bijvoorbeeld om boekhandels, nachtclubs en galeries. Onlangs vroeg D66 al aan het college om steun aan deze ondernemers te verkennen. Bijsterbosch: “Het college heeft een goede vorm gevonden om deze ondernemers te kunnen steunen. Galeriehouders kunnen bijvoorbeeld met een programmeringsbudget weer vernieuwende exposities organiseren. Zo krijgen kunstenaars weer opdrachten!”