Cameratoezicht, een noodzakelijk kwaad?
In de afgelopen maand heeft de gemeenteraad zich weer mogen buigen over het cameratoezicht in het Hilversumse uitgaansgebied. Wij willen niet dat wij altijd en overal op straat in de gaten worden gehouden. Onze privacy is een groot goed. Toch staan wij toe, dat op sommige plekken de politie met ons meekijkt.
Deze camera’s zijn er niet ter controle, maar ter bescherming.
In Hilversum hangen er 26 camera’s in het gebied rond de kroegen en de nachtclubs. Daar waar de meeste mensen gezellig uitgaan onder het genot van een drankje, zijn er helaas ook mensen die geen maat weten te houden. Met drugs en te veel drank, blijft het zelden gezellig. Ruzies, vechtpartijen en vandalisme komen helaas regelmatig voor. De politie kan niet overal tegelijk zijn.
Cameratoezicht kan ongeregeldheden niet voorkomen, maar zorgt er wel voor dat de politie direct kan reageren en érger kan voorkomen. Meer ‘blauw’ op straat werd ook geopperd als oplossing in de gemeenteraad. Stel dat wij de mensen zouden hebben en het vele geld zouden willen investeren om tientallen agenten en BOA’s ’s nachts te laten patrouilleren. Voelen wij ons dan minder ‘bekeken’ door agenten op iedere straathoek, dan door één agent die alleen écht kijkt naar situaties waar het mis dreigt te gaan?
Één van de kernwaarden van D66 is persoonlijke vrijheid. Het recht op privacy is daar een belangrijk onderdeel van. Maar ook het recht op veiligheid en bescherming is voor D66 van het allerhoogste belang. Helaas gaan veiligheid én privacy niet altijd samen.
Camera’s mogen alleen waar ze nodig zijn en alleen wanneer ze nodig zijn. De opgenomen beelden mogen niet langer dan 4 weken worden bewaard en mogen niet voor andere zaken gebruikt worden. Op deze manier hebben wij (wanneer het echt misgaat), veel méér veiligheid ten koste van een beetje privacy. D66 heeft daarom ingestemd met het voorstel.
Latif Zaabat