Dit jaar vieren we in Nederland tachtig jaar vrijheid. Waarvan bijna zeventig jaar als lid van de Europese Unie en haar voorlopers. Het is dankzij de Europese éénwording dat die vrijheid niet alleen standhoudt, maar ook hand in hand gaat met welvaart en een kwaliteit van leven die je nergens anders vindt. Vrijheid, vrede en welvaart.
Dankzij de Europese Únie. Dankzij de Europese éénwording. Dankzij het begraven van de strijdbijl en dankzij de keuze voor een radicale samenwerking bóven conflict.
Nooit meer zouden we de wapens tegen elkaar oppakken; altijd zouden we praten en blijven praten. Tot we uitgepraat waren. Dan deden we een stap opzij. Een pas op de plaats, nog eens opzij en als het echt moest een grote sprong vooruit. Dat is de Europese tango. Een zwierige dans van landen, talen en culturen. Ongrijpbaar en soms ook on-bé-grijpbaar.
We hebben deze dans lang in relatieve rust kunnen opvoeren. In vrede, in vrijheid en met steeds meer landen, meer talen, meer culturen. Steeds rijker, materieel en immaterieel.
We legden de wapens neer, om ons te richten op datgene dat voor ons écht belangrijk is. Samen léven, samen bóuwen, samen tijd hebben voor de zaken die het leven de moeite waard maken.
Gerben-Jan Gerbrandy: Dit is het moment voor Europa

Gerben-Jan Gerbrandy - Beeld: Sjirk Bruinsma
D66-delegatieleider Gerben-Jan Gerbrandy sprak op het 121e D66-congres over de toekomst van Europa. Zijn oproep aan een afgeladen zaal: Niet langer de VS, maar Europa zou de leider van het vrije Westen moeten zijn. Een pax Europaea in plaats van een Pax Americana. Lees hier de tekst van de toespraak.
Gesproken woord telt.
Van gidsland tot anker
Als Europa een bouwwerk was, dan was het eerder een speels paleis dan een stugge burcht. Of een schitterend plezierjacht met meerdere masten, vele zeilen en een ranke boeg. Geen slagschip.
En dat doet mij denken aan een affiche dat bij ons op de D66-gang in het Europees Parlement hangt. Een oud affiche van het ERP. Het European Recovery Program, beter bekend als de Marshall-hulp. Op het affiche staat inderdaad zo’n rank zeilschip, genaamd Europa. Met daaronder de slogan: all our colours to the mast. Al onze kleuren aan de mast. Ieder zeil een andere vlag. Een schitterend beeld met de Benelux, wij dus, voorop. Als fokzeilen die het schip trekken en sturen.
Zo wás het ook lange tijd. Nederland dat met zijn buren verkende, experimenteerde en vooruitliep. Een gidsland. Een land waarin je hardop kon zeggen dat we heel veel te danken hebben aan Europa. Dat Nederland sterk is, dankzij Europa. Tot we opeens moesten fluisteren, overstemd door het loeien van een opkomend chauvinisme.
Europa verdween bij mensen uit het hart en bleef enkel in de portemonnee. Europa als markt waar je gulden een daalder waard was. Zoiets als de postzegelclub waar je uit kon stappen, als de contributie te hoog werd. Het was niet meer dat grote idee. Europa was ‘best belangrijk’ geworden.
We zijn met die houding héél ver afgegleden. Steeds verder.
En nu zó ver, dat Nederland inmiddels in de greep is van Geert Wilders.
Juist nu ons Europese schip van staat in woelig vaarwater gekomen is, heeft Nederland het zeil gestreken en het anker uitgegooid. Nu heel Europa het zeilschip zeewaardig wil maken, doet Nederland niet mee. En houdt het de hand op de knip.
Dit kabinet van vier vermoeide, uitgebluste partijen staat heel ver van de Nederlander. Die er radicaal anders over denkt. De steun voor meer Europese eenwording is groter dan ooit. Een meerderheid van het land wil nu zelfs een Europees leger. Dat vind ik bemoedigend in deze gevaarlijke tijd.
Tegenover een incompetent, naïef kabinet, staat gelukkig een meerderheid van mensen die héél goed snappen dat het menens is. Dat er iets moet gebéuren nu er wordt geschoten aan stuurboord en gedreigd aan bakboord. Door Poetin in Oekraïne en door Trump op de beursvloer.
Het verraad van Trump
Vrienden,
De laatste keer dat ik ons congres toesprak, zag de wereld er heel anders uit. Het duizelt me. Waar we vaste grond hadden, is nu opeens los zand. Waar we internationale afspraken hadden, geldt nu het recht van de sterkste. Een wereld waarin brute kracht het wint van de rechten en de waarde van het individu.
De gebeurtenissen van de afgelopen weken zijn schokkend en pijnlijk. Wat Trump ons aandoet zorgt voor grote onzekerheid en doet pijn in de portemonnee. Ja, dat is vervelend. Maar dit is groter dan enkel onzekerheid en financiële pijn.
Dit is Amerika. Het land waar we naar opkeken, met de wolkenkrabbers en de glamour van Hollywood. Het land waarvan we de cultuur via de televisie en mode opzuigen. Het land van Levi’s en Coca Cola. Het land van onze bevrijding 80 jaar geleden en onze bescherming in de jaren daarna.
De symbólen van Amerika, waren de symbolen van vrijheid en welvaart. Dat was het land van de Pax Americana. Een stabiele kracht in de wereld, waar Europa gewoon bíj hoorde.
Onze grote broer, met dezelfde fundamentele waarden. Een grote broer waar we ook mee konden ruziën, maar die ons altijd beschermde als het er echt op aankwam. Daarom komt de klap nu zo hárd aan. We voelen ons verraden door die broer, die we blind vertrouwden.
We hebben nu geen tijd, om deze pijn rustig te verwerken. De tijd dat we kalmpjes mochten dobberen op de geopolitieke wateren is voorbij. Het is écht en het is érnstig. Er wordt een handelsoorlog gevoerd. Door Trumps Amerika, tegen ons. Hij verrijkt zijn vríenden, ten koste van ons. Hij wil onze régels afbreken, om de zijne op te leggen.
Hij wil onze éénheid verbreken, want hij weet: verenigd is Europa sterk. Verdeeld kan ik het overheersen. Maar het ergste is dat hij die Pax Americana afbreekt. Dat hij een einde wil maken aan de naoorlogse wereld, gebouwd op internationaal recht.
Een pax Europaea
Dat mogen we niet laten gebeuren. En daarom moeten wij een eigen plan hebben. Welk plan? Het plan om Amerika’s leidende rol in de wereld over te nemen.
Een Pax Europaea. Europa moet dé steunpilaar worden van de internationale rechtsorde. Van de wereldhandel en van de ontwikkelingshulp die miljoenen mensen een waardiger bestaan geeft en onze wereld veiliger en beter maakt.
De euro moet een echte wereldmunt worden, waar mensen op kunnen vertrouwen. Europa moet een veilige haven zijn voor vrijdenkers en de beste wetenschappers. Europa kan dit en het kan nog veel meer, mits we onszelf opnieuw uitvinden.
Laten we eindelijk doen waar D66 al zo lang om vraagt. Laten we eindelijk onze interne markt voltooien en onze economie weer op stoom krijgen. Laten we de plek worden waar talent wil blijven en waar start-ups uitgroeien tot volwassen Europese bedrijven. Laten we in het buitenland met één Europese stem spreken, zoals we dat op handelsgebied al doen. En bij een Pax Europaea, daar hoort ook een eigen Europees leger – naast de nationale krijgsmachten.
Voor déze agenda, voor dít plan, moeten kleine onderlinge verschillen plaatsmaken voor het grotere belang. Verder verenigen. Kortom, meer Europese eenwording.
De vereniging van Europa is altijd van onderop gekomen
Wij Europeanen, moeten dat verenigd Europa éisen. Omdat we het nú nodig hebben, om onze manier van leven en onze vrijheid te bewaren. We moeten het eisen, zoals we ook in het verléden een verenigd Europa hebben geëist. Want ja, beste Democraten, de vereniging van Europa is altijd van onderop gekomen.
Het waren bezorgde mensen, die vonden dat het tijd was. Mensen, die klaar waren met de wereld van gisteren. Die vroegen om Europese eenwording, na oorlog of onderdrukking.
Van 1948, toen tienduizenden mensen op de dam stonden, tot 1989, toen miljóenen mensen hand in hand van Estland naar Litouwen een keten vormden. Voor aansluiting bij Europa en tégen het Sovjet-Imperium.
Het waren de mensen zélf, die een verenigd Europa eisten, iedere keer dat het moment daar was. Na de val van de nazi’s en na de val van de muur. Toen de werkloosheid piekte en de Europese markt de enige weg uit de malaise was.
Ideeën werden actie. Essays werden verdragen. In 2004 werd een Europees Parlement verkozen met voor het eerst leden uit tien nieuwe lidstaten. Onder hen waren ex-ballingen en voormalig politieke gevangenen.
Uit Polen, uit Tsjechië, Hongarije en Slovenië. Mensen die een hoge prijs hadden betaald voor hun strijd tegen dictatuur. En zij kozen ervoor om miljoenen kersverse Europese burgers te vertegenwoordigen in het Europees Parlement.
Dit was hun moment, om bij te dragen aan het Europa waarvoor ze zo hard hadden gevochten. Nu is wéér zo’n moment aangebroken. Nu. Niet morgen.
Verenigen en bevrienden
We hebben van Europa het béste continent op aarde gemaakt. Nergens ter wereld genieten mensen van zoveel vrijheid, welvaart, en democratie. Maar de wereld om ons heen verandert snel en Europa verandert niet mee. Wij staan stil. En stilstand betekent op den duur achteruitgang.
De laatste verdragswijziging dateert uit het jaar van de eerste iPhone. We hebben sindsdien niet gedaan wat nodig is, om onszelf te kunnen verdedigen. We hebben niet hárd genoeg gewerkt om onafhankelijk te zijn van Russische olie of Amerikaans gas. We hebben nágelaten die op het oog saaie technische tango te dansen, om klein bier om te zetten naar klare Europese wijn.
Orbán mag al vijftien jaar zijn gang gaan met een anti-Europees project van vrouwen achter het aanrecht, homo’s in de kast en corruptie met Europees geld. Nooit is hij ter verantwoording geroepen.
Nationale leiders die in de Europese Raad vroom klappen voor grote Europese plannen, poseren voor de foto, om vervolgens thuis hun eigen kortzichtige nationale agenda weer uit te voeren. Wíllen wij de naoorlogse vrede en welvaart voortzetten en zelfs verder uitbreiden, dan moeten we daar hárd voor werken.
Bínnen Europa, door verder te verenigen. Búiten Europa, door onze vrienden in Japan, Canada, Brazilië, India en waar ook ter wereld ervan te overtuigen dat een wereld gebaseerd op recht en afspraken, op wederzijds respect, oneindig veel beter is dan het recht van de sterkste.
En als dat ergens bewezen is, dan is het dat wel in ons eigen huis, op het Europees continent. Democraten, we maken een unieke tijd mee. Vergelijkbaar met de val van de Sovjet-Unie en de Berlijnse muur. Een keerpunt in de geschiedenis. Hoe we daar nú mee omgaan, zal bepalend zijn voor onze tóekomst.
Bouwen aan een sterk Europa
In een cynische wereld van verdeel en heers. In een wereld van Trump, Poetin en Xi, is een kráchtig Europa het enige dat tegenwicht kan bieden.
En dat we dat stérke Europa nu niet snél bouwen, maakt mij kwáád en het moet júllie ook kwaad maken. De vúrige wens om bij Europa te horen, die we nu zien in Oekraïne en Georgië, die moeten we ook zélf weer hebben. Deze lamlendigheid mogen we niet langer accepteren!
In 1948 gingen de mensen naar de Dam. In 2025 moeten we wéér naar de Dam. En naar het Vrijthof, de Coolsingel. Naar de Grote Markt, hier in Breda, maar ook die in Groningen en Haarlem. En in mijn eigen Den Haag.
Het is tijd voor een nieuw bouwwerk. Een nieuw Europa. Een Pax Europaea. Maar we moeten het wel zélf bouwen, zélf eisen, zélf uitdragen. Alles wordt anders. Europa moet mee. En wij, D66, zijn daar klaar voor.