We kiezen voor een integrale aanpak waarbij natuur en landbouw in balans zijn en elkaar versterken. Natuurgebieden en landbouwgronden vormen een groot geheel waarin op een natuurinclusieve wijze wordt geleefd en landbouw wordt bedreven. Onze provincie wordt door middel van kringlooplandbouw in een korte keten voorzien van voedsel.
Een gezonde provincie is een groene provincie. De diverse landschappen wisselen elkaar af. Zij leveren een belangrijke bijdrage aan leefbaarheid, aan de lichamelijke en aan de geestelijke gezondheid.
Een gezonde provincie heeft een goede luchtkwaliteit, een gezonde bodem en schoon water.
Klimaat: natuur, landbouw en water
Schone lucht, een schone bodem én schoon water.
De klimaatverandering zal de komende jaren grote consequenties hebben voor het beleid op het gebied van natuur, landbouw en water. Deze consequenties vragen een integrale oplossing, waarbij we rekening dienen te houden met de geringe oppervlakte van ons land. De schaarste aan grond, die met het toenemen van de bevolking en wellicht in een later stadium de verhoging van de zeespiegel groter zal worden, vraagt om keuzes te maken in gewenste oplossingen.
Natuur
Veel mensen genieten van de natuur. Het is de ideale plek om te ontspannen, om te sporten en om tot jezelf te komen. De natuurgebieden in Drenthe (Natura 2000 en Natuurnetwerk Nederland) koesteren wij. De stikstofcrisis maakt duidelijk dat natuur, samenleving en economie niet altijd in harmonie met elkaar zijn.
D66 wil een mooi, gevarieerd en soortenrijk landschap. Hierbij zijn landschap en een rijke natuur in evenwicht met economische activiteiten.
Wij willen meer aandacht voor herstel van de natuur, toekomstbestendige landbouw en meer ruimte voor groen, biodiversiteit en water. Om de natuur te herstellen, te behouden en te beschermen moeten keuzes worden gemaakt. We kiezen ervoor om de al bestaande beschermde natuurgebieden in goede staat te brengen, sterker te beschermen en verslechtering van natuur tegen te gaan.
De kwaliteit van de natuur en de biodiversiteit zijn uitgangspunt bij de keuzes die wij maken in de opgave van natuurherstel en het Nationaal Programma Landelijk Gebied.
Het Drentse platteland bepaalt het landschap.
Er worden bufferzones ontwikkeld rond Natura 2000-gebieden om te voorkomen dat stikstofuitstoot zorgt voor verslechtering van de natuur. Het overgrote deel van de bufferzones krijgt een landbouwfunctie.
In deze zones ligt het waterpeil hoger dan op normale landbouwgrond en wordt het gebruik van mest en bestrijdingsmiddelen tot een minimum beperkt.
Als onderdeel van de stikstofmaatregelen worden agrariërs rond Natura 2000-gebieden uitgekocht. D66 wil een deel van deze grond teruggeven aan de natuur en het andere deel bestemmen voor natuurinclusieve landbouw. Daarnaast wil D66 mogelijkheden onderzoeken voor groene ruilverkaveling, zoals het opkopen van boerenbedrijven zonder opvolger en deze doorverkopen aan uitgekochte boeren rond Natura 2000-gebieden.
Een duurzame voedselproductie onderhoudt en versterkt de omgeving. Op deze manier krijgt de bodem de kans de grondstoffen voor onze voedselproductie steeds weer te blijven leveren, ook aan toekomstige generaties. De omgeving verandert dan in een natuurrijk landschap met een grote (agro-)biodiversiteit en gesloten kringlopen van voedingstoffen en water. Door het sluiten van de kringlopen blijft het ecosysteem in evenwicht; het reproduceert zichzelf. Dit geldt voor een tuin, een boerderij, een landschap, een regio, een land en dus voor de hele wereld.
In een dichter bevolkt Nederland zullen de natuurgebieden de longen moeten zijn die ons land leefbaar houden.
Landbouw
Voor de landbouw zullen de ontwikkelingen op het gebied van klimaatverandering en de bescherming van lucht, bodem en water ingrijpende gevolgen hebben. Intensieve landbouw zal plaatsmaken voor extensieve landbouw; alle landbouwactiviteiten worden ingepast in het landschap. De nadruk zal liggen op de productie van voedingsmiddelen voor rechtstreeks gebruik in de regio. Wij kiezen voor voedselteelt boven sierteelt. Sierteelt vraagt een intensieve bewerking die ongewenste effecten heeft op de volksgezondheid, de leefomgeving en op de omliggende natuur, de waterkwaliteit en de biodiversiteit. We beginnen met het inperken van de sierteelt in de nabijheid van woon- en natuurgebieden en gebieden met grote cultuurhistorische waarde.
De schaarste aan grond, de stikstofproblematiek en de aan de landbouw gestelde duurzaamheidseisen zullen afname van het aantal dieren in de veehouderij betekenen. Daarbij ontkomen we niet aan strengere eisen op het gebeid van dierenwelzijn.
Wij willen een perspectief bieden aan de agrarische ondernemer, waarbij voedselproductie hand in hand gaat met het leveren van maatschappelijke diensten. Daarbij denken wij aan landschaps- en natuurbeheer, energiewinning, nieuwe landbouwvormen (voedselbossen, agroforestry in combinatie met bijvoorbeeld landbouw, veeteelt, strokenteelt).
D66 ziet in Noord-Nederland kansen voor een biobased economy, waarin sprake is van optimale benutting van natuurlijke grondstoffen. De landbouw in het noorden produceert hernieuwbare grondstoffen voor groene chemie, bioplastics, eiwit en biobased bouwmaterialen. De landbouw van de toekomst kan de regionale industrie en bouw verduurzamen. D66 ziet de provincie als faciliterende partij en verbindende factor tussen landbouw, economie, kennisinstellingen en ketenpartners uit food, chemie en bouw.
D66 streeft in de transitie naar een grondgebonden, natuurinclusieve kringlooplandbouw. We willen vooruit met een hoogwaardige landbouwsector die zoveel als mogelijk gebruik maakt van de grondstoffen die binnen het bedrijf, lokaal of in het noorden worden geproduceerd.
Door samenwerking tussen akkerbouwers en veehouders worden de kringlopen sluitend en wordt tegelijkertijd de afhankelijkheid van kunstmest, krachtvoer en bestrijdingsmiddelen sterk verminderd.
We kiezen voor een integrale aanpak per gebied die duidelijkheid moet bieden voor de landbouwsector. We zijn voor een maatschappelijk en landschappelijk geïntegreerde landbouwsector die opereert binnen de grenzen van natuur en waterkwaliteit, met respect voor mens en dier. Met een samenhangende en gezamenlijke aanpak maken we de noordelijke landbouwsector zo klaar voor de toekomst.
Water
Water moet schoon genoeg zijn om er drinkwater van te maken, de natuur krachtig te houden en er akkerbouwgewassen mee te telen.
Het is de taak van de provincie om de kwaliteit van grondwater en oppervlaktewater te verbeteren. In 2027 is het verplicht dat we op basis van de Europese Kaderrichtlijn Water zorgen voor voldoende water dat ook schoon genoeg is. Vervuiling van water moet worden verminderd en voorkomen. Het watersysteem van hemelwater, oppervlaktewater en grondwater vormt een samenhangend geheel met natuur, landbouw en bodem. Zowel droogte als overvloed aan water vereist natuurlijke en robuuste watersystemen met flexibeler peilen en bescherming van grondwater.
De kwaliteit van het water heeft op dit moment ernstig te lijden onder intensieve landbouw, industrie, dichtbevolktheid en klimaatverandering. De kwaliteit van het drinkwater komt in gevaar doordat daarin steeds meer schadelijke stoffen terechtkomen zoals residuen van gewasbeschermingsmiddelen, medicijnen en PFAS.
Ons oppervlakte- en grondwater heeft te lijden onder de uitstoot van ammoniak en de lozing van bijvoorbeeld gewasbeschermingsmiddelen.
Om dit te voorkomen zijn bestrijding van de vervuiling aan de bron en een goede rioolwaterzuivering noodzakelijk. Innovaties en verduurzaming van de landbouw zijn nodig om dergelijke vervuiling terug te dringen.
Door de klimaatverandering zal de toevoer van water uit hoger gelegen gebieden steeds onregelmatiger worden en zullen lange periodes van droogte worden afgewisseld met periodes waarin in korte tijd grote hoeveelheden neerslag vallen. Daarom zal de waterhuishouding zo moeten worden ingericht dat water wordt vastgehouden in periodes van droogte en kan worden afgevoerd in periodes van wateroverlast.
In bebouwd gebied verdient het aanbeveling daken af te koppelen van de riolering, om zo afvalwater en relatief schoon hemelwater te kunnen scheiden en om overstorten van het riool te voorkomen.
Bij de zuivering van rioolwater is het essentieel zoveel mogelijk stoffen opnieuw te benutten en om te zetten in grondstoffen zoals fosfaat en slib.
Hoe wil D66 Drenthe vooruit?
D66 Drenthe wil vooruit door:
- een gastvrije natuur, met een faunabeleid dat ruimte biedt aan edelherten, wilde zwijnen en wolven. Dit ook met als doel de wildstand in de Drentse natuur weer in balans te brengen. We sturen op extra investeringen in de preventieve maatregelen en minder administratieve lasten voor Drentse agrariërs
- dat de jacht alleen een middel is om onaanvaardbare schade te voorkomen of populaties te beheren als deze een te groot risico opleveren
- de steden zoveel mogelijk ‘vergroenen’
- dat initiatiefnemers die lokale en regionale voedselmarkten met korte ketens willen ontwikkelen, worden gefaciliteerd
- dat de biodiversiteit wordt vergroot via het bevorderen van insectenvriendelijke en bloemrijke randen bij onder andere wegbermen, waterwegen en weilanden, parken, vijvers, randen van zonneparken en industriegebieden
- heggen en bosschages aanleggen. We streven naar grootschalige dooradering van landbouwgebieden met heggen en bosschages.
- voedselteelt in plaats van sierteelt
- duurzame bemestingsmethoden ter bevordering van de bodemvruchtbaarheid.
- beginnen met inperking van sierteelt in de nabijheid van woon- en natuurgebieden en cultuurhistorisch waardevolle gebieden
- het gebruik van glyfosaat verbieden op de pachtgronden waarvan de provincie eigenaar is. We zetten ons in voor een algemeen verbod van deze middelen: geen pesticiden meer in Drenthe
- spuit- en/of teeltvrije zones in de nieuwe omgevingswet invoeren
- biologische landbouw, kringlooplandbouw, agroforestry, agro-ecologie, voedselbossen, strokenteelt stimuleren
- korte ketens met veel aandacht voor duurzaamheid en dierenwelzijn
- dat de reductie van stikstof wordt opgebracht door alle sectoren en bedrijven die verantwoordelijk zijn voor de uitstoot van stikstof
- zo spoedig als mogelijk het gesprek starten met de bedrijven (piekbelasters) die verantwoordelijk zijn voor een hoge stikstofbelasting van de natuur (zowel in landbouw, industrie als mobiliteit), hoe de stikstofuitstoot zo snel mogelijk naar beneden te brengen
- een duurzaam waterbeheer met de nadruk op klimaatadaptatie
- het hemelwater van het riool afkoppelen
- rioolwaterzuivering ook gebruiken als energieopwekker
- strenge eisen aan de kwaliteit van water en goede handhaving daarvan