Rechts-populistische en antiliberale leiders rukken op en treden de fundamenten van de liberale democratie met voeten. In Italië heeft de post-fascistische partij Broeders van Italië de verkiezingen gewonnen. In de Verenigde Staten legt de commissie van het Congres die onderzoek doet naar de bestorming van het Capitool in januari 2021 steeds duidelijker bloot hoe Donald Trump de aanval op de Amerikaanse democratie heeft geopend. En binnen de Europese Unie breekt Viktor Orbán de Hongaarse democratie steeds verder af.
Tegelijkertijd klinken ook in progressieve kringen fundamentele bezwaren tegen de uitgangspunten van het liberalisme als politieke filosofie. ‘Het liberalisme heeft ons in de steek gelaten’, schreef Dichter des Vaderlands Lieke Marsman bij het aantreden van het vierde kabinet-Rutte in NRC. Vanuit het idee dat vrijheid de afwezigheid van overheidsbemoeienis betekent, is vooral de markt vrijgelaten. Ondertussen zijn welvaart en welzijn steeds ongelijker verdeeld. De enige visie die de liberalen weten te formuleren is die van ‘economische groei’, aldus Marsman. En wie zich in de eerste plaats beroept op het principe van de ongemoeide markt, grijpt niet in als de energieprijzen exploderen, als industrieën op grote schaal het milieu vervuilen of als vermogende investeerders de huizenmarkt kapen. Wie zich in de eerste plaats beroept op het principe van een overheid op afstand, ontbeert de kracht om – als het er echt op aankomt – snel en doortastend de mensen die in de problemen raken te bereiken.
Kan het liberalisme nog wel antwoord geven op de grote vragen van deze tijd? Als liberalen dat willen, zouden ze zich om te beginnen
beter bewust moeten zijn van de macht van grote bedrijven en andere private actoren, stellen zowel de Amerikaanse schrijver
Sam Adler-Bell als de Duitse hoogleraar Lisa Herzog in gesprek met Idee. Immers, als ze de machten die zich niets aantrekken van de rechten en vrijheden van mensen, hun gang laten gaan, kunnen liberalen niet waarmaken wat ze beloven. Herzog zoekt de oplossing onder meer in de democratisering van de economie, zoals via werknemersorganisaties. Adler-Bell laat zich inspireren door de socialistische, links-egalitaire traditie. Om democratische gelijkheid te realiseren, pleit hij onder meer voor herverdeling van rijkdom en competenties.
Op basis van welke waarden, principes of deugden zou het liberalisme zich moeten herijken? De auteurs in deze editie van Idee laten zich inspireren door verschillende tradities, filosofieën en vormen van kennis: de deugdethiek, de radicaal-democratische traditie, het sociale vrijheidsbegrip, de twintigste-eeuwse denker Judith Shklar, nieuwe studies naar de vrije wil, de welzijnseconomie en het feminisme. De grootste gemene deler? Liberalen zouden zich niet alleen moeten bezinnen op de huidige stand van zaken, maar ook een nieuwe, betere richting moeten kiezen. In die zin bevindt het liberalisme zich in een crisis in de oorspronkelijke Griekse betekenis van de term: op een beslissend punt, op een moment van de waarheid, op een moment waarop verandering komt – ten goede of ten kwade.