Een avond met Michael Ignatieff
Dinsdag 8 oktober 2024, 20.00 uur
TivoliVredenburg, Utrecht
For us, history was a spectator sport we could watch on the nightly news and later on our smartphones. […] For we were safe. – Michael Ignatieff
Wat heeft het liberalisme ons opgeleverd? Wat zeggen de jonge generaties ons? En hoe kunnen we in deze tijd vol crisis, toch hoop houden?
Een avond met denkers uit verschillende generaties over het liberalisme van vandaag. Na een aantal decennia waarin we van een geprivilegieerde afstand naar de geschiedenis konden kijken, bonkt die geschiedenis nu weer op onze voordeur.
Michael Ignatieff reflecteert op welk liberalisme zijn generatie achterlaat, gevolgd door twee vertegenwoordigers van een andere generatie. Van oud, naar jong. Alicja Gescinska vertelt over het gebrek aan angst als drijfveer van het liberalisme. En Hannah Prins gaat dieper in op de vrees en de zorgen van de jongere generaties. Welke lichtpunten zien de sprekers voor de toekomst? Rachel Rumai Diaz sluit de avond af met een spoken word-optreden en Shula Tas modereert de avond.
De Marchantlezing is vernoemd naar Hendrik Pieter Marchant (1869-1954). Hij was fractievoorzitter en mede-oprichter van de Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB). In 1933 trad hij toe tot het kabinet-Colijn als minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Hij stond bekend om zijn vlijmscherpe, geestige en heldere betogen.
Archief
De Russische oorlog in Oekraïne heeft de mondiale verhoudingen op scherp gezet. Hoe moeten we dit moment in de Europese geschiedenis duiden? Als een nieuwe Koude Oorlog? Een strijd tussen democraten en dictators? Als een terugkeer van de internationale machtspolitiek? Volgens de Bulgaarse politicoloog Ivan Krastev zijn we echter niet teruggegaan naar vorige eeuwen, maar hebben we te maken met een geheel nieuwe orde. Met een wereld waarin het Westen weliswaar meer verenigd is, maar minder invloed heeft. Waarin identiteit en cultuur een beslissende rol spelen en de taal verandert van toekomst naar verleden, ideologie naar identiteit, van de taal van belangen en rechten naar die van trots en vernedering. Het is tot die nieuwe realiteit, stelt Krastev, dat Europa zich moet verhouden.
Haroon Sheikh en Marietje Schaake reageerde op de lezing in een co-referaat.
Krastev is voorzitter van de Centre for Liberal Strategies, fellow bij Institute for Human Sciences (IWM) en bestuurslid van onder andere The European Council on Foreign Relations en GLOBSEC. Hij schreef verschillende boeken over de huidige en lange-termijn uitdagingen voor Europa, waaronder Is it tomorrow yet? Paradoxes of the pandemic (2020) en After Europe (2017). Als co-auteur van het boek The light that failed: A reckoning (2019), bekroond met de Lionel Gelber-prijs, schreef Krastev over de crisis van het liberalisme in Oost-Europa. Voor zijn inspanningen in het onderzoek naar democratie en liberalisme won hij in 2020 de Jean Améry Prize for European Essay Writing.
Deze lezing is niet opgenomen en derhalve zijn er dus geen opnames beschikbaar.
Onze democratie lost haar belofte van ‘één persoon, één stem’ niet in. Volgens Julia Cagé, econoom verbonden aan Sciences Po, komt dat onder meer door de kaping van het democratische spel door private belangen. Ze stelt ‘democratische gelijkheidsvouchers’ voor, waarmee elke burger elk jaar een gelijk, publiek gefinancierd bedrag toe kan kennen aan de politieke beweging van haar keuze. In het parlement zouden we bovendien een minimaal aantal volksvertegenwoordigers op moeten nemen uit benadeelde sociaal-economische groepen.
Julia Cagé hield op 6 september de 12e editie van de jaarlijkse Marchantlezing van de Mr. Hans van Mierlo Stichting, het wetenschappelijk bureau van D66.
Cagé is auteur van het baanbrekende boek The price of democracy: How money shapes politics and what to do about it (2020), waarvoor ze de Prix Pétrarque de l’Essai van Le Monde en France Culture kreeg. In Frankrijk verscheen in 2020 Libres et égaux en voix: Des propositions radicales, waarin Cagé pleit voor radicale politieke gelijkheid. Van de hand van Cagé verschenen verschillende boeken over de media, waaronder Saving the media: Capitalism, crowdfunding, and democracy (2016), dat in elf talen werd vertaald en door de jaarlijkse Assises du Journalisme werd bekroond als beste boek over de media.
Het eerste co-referaat werd verzorgd door Annelien de Dijn, hoogleraar moderne politieke geschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Het tweede co-referaat werd verzorgd door Joost Sneller, Tweede Kamerlid namens D66. Idee, het tijdschrift voor het sociaal-liberalisme van de Van Mierlo Stichting, publiceerde eerder een interview met Cagé. Dat is hier terug te lezen.
Helaas is deze Marchantlezing niet opgenomen. Dit doordat er helaas geen technici beschikbaar waren ten tijde van de lezing.
Economische crisis. De covid-pandemie. Klimaatverandering. Toenemende ongelijkheid. Allemaal problemen van onze tijd. Maar hoe gaan wij ze te lijf? Mariana Mazzucato, professor aan University College London en auteur van het veelgeprezen boek Mission Economy: a moonshot guide to changing capitalism, wil dat we groter denken. Met ambitieuze publiek-private samenwerking – de methode die ons vijftig jaar geleden naar de maan bracht – moeten we het kapitalisme hervormen.
Professor Mazzucato hield op 7 september de 11e editie van de jaarlijkse Marchantlezing van de Mr. Hans van Mierlo Stichting, het wetenschappelijk bureau van D66.
Mazzucato kreeg diverse internationale prijzen, waaronder de John von Neumann Award in 2020. The New Republic noemde haar één van de drie meest belangrijke denkers over innovatie. WIRED bestempelde haar tot één van de 25 leiders die de toekomst van het kapitalisme vorm geven. Eerdere boeken van haar zijn The Entrepreneurial State: debunking public vs. private sector myths (2013) en The Value of Everything: making and taking in the global economy (2018).
Marietje Schaake, international policy director bij het Cyber Policy Center van Stanford University en voormalig D66-Europarlementariër, en professor Dirk Bezemer, hoogleraar Economie aan de Rijksuniversiteit Groningen, reageren op de lezing van Mazzucato in een co-referaat.
“A Next Generation Trailblazer” – Wired
Technologie-denker Marleen Stikker zal het co-referaat verzorgen. Ze is oprichter van Waag en publiceerde recent Het internet is stuk – maar we kunnen het repareren. Ook zal bestuurder, hoogleraar en voormalig D66-senator Alexander Rinnooy Kan een co-referaat houden.
Dit jaar organiseert de Mr. Hans van Mierlo Stichting, het wetenschappelijk bureau van D66, haar 10e Marchantlezing Uprooting Capitalism in TivoliVredenburg. We bieden een aangepast programma aan in TivoliVredenburg op 4 september 2020. In de lezing bepleit Glen Weyl radicale hervorming van de vrije markt voor een eerlijke welvaartsverdeling en een meer representatieve democratie.
Weyl, politieke econoom en sociale technoloog aan het Microsoft Research Institute, schreef met Eric Posner het boek Radical Markets – Uprooting Capitalism and Democracy for a Just society (Princeton University Press 2018). Volgens The Economist een van de beste boeken uit 2018. Wired noemde Weyl een van de meest bepalende mensen op het gebied van technologie voor de komende 25 jaar. Bloomberg noemde hem een van de meest invloedrijke mensen van 2018.
Weyl kan door corona-maatregelen niet reizen vanuit de Verenigde Staten en zal via livestream aanwezig zijn.
“A Next Generation Trailblazer” – Wired
Technologie-denker Marleen Stikker zal het co-referaat verzorgen. Ze is oprichter van Waag en publiceerde recent Het internet is stuk – maar we kunnen het repareren. Ook zal bestuurder, hoogleraar en voormalig D66-senator Alexander Rinnooy Kan een co-referaat houden.
Onze democratie is in gevaar. Steeds vaker zijn individuele rechten en de wil van de meerderheid, dé twee fundamentele uitgangspunten van onze democratie, met elkaar in conflict. Waar technocraten politieke vragen steeds vaker depolitiseren, willen populisten zoals Trump en Orbán een democratie zonder oog voor minderheden.
Tijdens de 9e Marchantlezing How to save democracy gaat Yascha Mounk in op de vraag waarom deze ontwikkelingen onze democratie in gevaar brengen en hoe we haar kunnen redden.
Harvard-wetenschapper Yascha Mounk schreef de internationale bestseller The People versus Democracy – Why Our Freedom is in Danger and How to Save It. Hij is één van ’s werelds meest vooraanstaande auteurs over de liberale democratie en de opkomst van het populisme.
Tom van der Meer zal de co-referent zijn bij de Marchantlezing 2019. Hij is hoogleraar politicologie aan de Universiteit van Amsterdam, gespecialiseerd in thema’s rondom politiek vertrouwen, electorale volatiliteit en politieke socialisatie en hij is lid van de Staatscommissie parlementair stelsel.
Door de opkomst van het populisme en de hernieuwde assertiviteit van Rusland dreigen liberale waarden onder druk komen te staan. Welke rol spelen propaganda en ‘fake news’ hierbij? Wat zijn de gevolgen voor de toekomst van Europese democratieën? En hoe gaan we hiermee om? Op woensdagavond 21 februari 2018 organiseert de Mr. Hans van Mierlo Stichting de 8e editie van de Marchantlezing in TivoliVredenburg in Utrecht. Dit jaar zal Professor aan de London School of Economics, Washington Post columnist en Pulitzer Prize winnaar Anne Applebaum de Marchantlezing geven welke getiteld is: Democracy and Disinformation.
Anne Applebaum is professor aan de London School of Economics, columnist van de Washington Post en won met haar boek Goelag de Pulitzer Prize voor non-fictie. Haar meest recente boek Red Famine krijgt lovende recensies en de Nederlandse vertaling verschijnt begin volgend jaar bij Ambo|Anthos. Marietje Schaake is coreferent en is Europarlementariër namens D66 en lid van de European Council on Foreign Relations.
In een volle Geertekerk vond donderdag 23 februari de zevende Marchantlezing plaats. Prof. Jan-Werner Müller, als politicoloog verbonden aan Princeton University, fellow van de Universiteit van Wenen en auteur van What is populism (2016), gaf antwoord op de vragen: wat verstaan we eigenlijk onder de zo vaak gehoord term populisme? Wat doen populisten als ze eenmaal politieke macht hebben? En hoe moeten we er op reageren? Wetenschappelijk medewerker van de Van Mierlo Stichting Marthe Hesselmans reageerde in een hier te lezen coreferaat op de lezing van Müller, waarbij ze dieper inging op een pluralistisch idee van het ‘volk’, een open samenleving, en benadrukte hoezeer het mensen eigen is om ergens bij te willen horen. Om deel uit te maken van een ‘wij’.
Na een inleiding van voorzitter van de Van Mierlo Stichting Jan Willem Holtslag vond onder leiding van landelijk bestuurslid Annelou van Egmond een Q&A plaats, waarna het eerste exemplaar van zijn in het Nederlands verschenen What is populism aan Müller werd overhandigd.
In de dagen voor en na de lezing, gaf Müller diverse interviews met landelijke kranten. U kunt ze hier nog eens nalezen in Trouw, de Volkskrant en Financieel Dagblad.
Wat is populisme en hoe het te bestrijden?
In zijn lezing benadrukte Müller het belang van een scherp omlijnde definitie van populisme. Die definitie is volgens hem niet gebaseerd op anti-elitarisme, of afkeer van ‘de elite’. Niet iedereen die elites bekritiseert is een populist. Wat populisten wél delen is anti-pluralisme: de gedachte dat alleen zij de ‘ware’ vertegenwoordigers van het volk zijn – ook wel de ‘stille meerderheid’ genoemd. Populisten roepen zo een exclusieve, mythische constructie van het volk in het leven. Zo claimde voormalig UKIP-voorman Nigel Farage bijvoorbeeld dat de Brexit een ‘overwinning van het ware volk’, van real people, was. En Trump liet zich bij een verkiezingsrally eens ontvallen dat het belangrijkste was het zorgen voor ‘eenheid van het volk’. The other people don’t mean anything, parafraseerde Müller Trump.
Eenmaal in de regering veranderen populisten niet. Müller noemt het naïef om te denken dat ze dat zouden doen. Bovendien bewijst de praktijk het tegendeel. Zelfs in de regering blijven ze spreken van het ‘ware volk’ en zullen ze hun conflictzoekende politiek handhaven. Sterker nog, stelt Müller, populisten kunnen niet zonder conflict. Als er, zoals in Amerika, grote protesten tegen ze ontstaan, dan wordt dat beschouwd als positief. Wie protesteert kan immers aangemerkt worden als de groep die geen onderdeel uitmaakt van het ‘echte volk’, als de vijand.
Müller sloot zijn lezing af met de oproep om in gesprek te blijven gaan met mensen die populistisch stemmen. Tegelijkertijd is een weerbare houding ten opzichte van populistische politici nodig, in plaats van de meegaande van conservatieve partijen, die daardoor populistische partijen in staat stelt om de dicht bij de macht te komen. Luisteren naar populisten betekent nog niet praten als populisten: draw a red line when populists abuse the democratic process, betoogde Müller. De Oostenrijkse campagne van vorig jaar, waarbij de progressieve kandidaat Van der Bellen de populistische Hofer versloeg, bewees dat dat kan: in gesprek met mensen buiten je bubbel zonder af te doen aan eigen morele uitgangspunten.
Een pluralistische opvatting van het volk
In haar coreferaat zette wetenschappelijk medewerker Marthe Hesselmans haar gedachtes uiteen over een pluralistische opvatting van het volk, als tegenovergesteld aan de anti-pluralistische opvatting van populisten. Zo’n pluralistische opvatting van het volk is de uitdaging waar Müller ons voor stelt. Die opvatting begint met de erkenning dat het een menselijk verlangen is om ergens bij te willen horen, een gevoel waar ook populisten – zij het een ‘exclusieve versie’ van dat idee – op aansluiten. Het blijkt vaak uit onze taal, als we spreken van ‘wij’ tegen ‘zij’. Het is niet populistisch om ergens bij te willen horen. We willen het allemaal.
Aan de andere kant benadrukt Hesselmans dat mensen nieuwsgierig zijn, bereid zijn om mensen ‘van buiten’ in hun gemeenschap op te nemen. In het verleden heeft Nederland vaak genoeg onze ‘Nederlandse kring’ uitgebreid met nieuwkomers. We kunnen onze samenleving niet afsluiten voor de buitenwereld, en dat willen we ook niet. De worsteling die dat met zich mee brengt is het waard, besluit Hesselmans. Vanuit dat idee is het ook mogelijk om tot een pluralistische opvatting van het volk te komen. Niet exclusief, maar inclusief. Hesselmans noemt het historisch voorbeeld van het verplaatsen van de stadsmuren naarmate een stad groeide. Dat proces ging door totdat de muren niet meer nodig waren. Totdat we een open samenleving bouwden met gelijke wetten en rechten voor al haar inwoners. Keep widening the circle.
“De globale orthodoxie is al enige tijd: het hoogtepunt van democratie is eerlijke en vrije verkiezingen met stemrecht voor allen. Deze overtuiging staat echter onder druk – langzamerhand begint democratie niks minder dan eerlijke en vrije verkiezingen te betekenen, maar juist nog veel meer.”
In de Marchantlezing 2015 schetst prof. John Keane de ontwikkeling van de democratie sinds 1945, benadrukt de opkomst van kwalijke mechanismen zoals lobbyen en enorme geld donaties, en discussieert de toekomstige mogelijkheden om de hegemonie van verkiezingen te doorbreken.
Koester de grondrechten en gedeelde waarden
Voorafgaand aan de Marchantlezing werd het eerste exemplaar van het nieuwe essay van de Mr. Hans van Mierlo Stichting “Koester de grondrechten en gedeelde waarden” uitgereikt aan partijvoorzitster Letty Demmers en Tweede Kamerlid Judith Swinkels. Dit essay verkent vragen zo als hoe men om moet gaan met niet-gedeelde waarden, intolerantie en hoe de verhouding tussen individu, mensen onderling en de staat horen te zijn. Dit alles vanuit het besef dat iedere generatie opnieuw vorm moet geven aan rechtsstaat en democratie om te zorgen dat de vrijheid van ieder mens blijft bestaan om zijn eigen leven in te vullen.
A Short History of the Future of Democracy
Voor een volle zaal in de Rode Hoed gaf professor John Keane op 10 december 2015 op uitnodiging van de Mr. Hans van Mierlo Stichting de jaarlijkse Marchantlezing, met als titel ‘A Short History of the Future of Democracy’. Keane, hoogleraar in Sydney en Berlijn, is van mening dat democratie en verkiezingen los van elkaar beschouwd moeten worden. De rol van verkiezingen staat onder druk, terwijl de reikwijdte en inhoud van wat ‘wij’ onder democratie scharen floreert. De beperkingen en externe invloeden op verkiezingen dienen benoemd en besproken te worden en er moet gekeken worden of er nog wel een toekomst is voor de vanzelfsprekende link tussen verkiezingen en democratie zoals die in West-Europa vorm heeft gekregen.
Post-1945 consensus
Hoe zeer wij het ondertussen als vanzelfsprekend beschouwen – eerlijke en vrije verkiezingen zijn ook vastgelegd in artikel 21 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens – wijst Keane er op dat de moderne representatieve democratie een vrij recent fenomeen is. “In 1945 waren er nog maar een stuk of twaalf representatieve democratieën. Sindsdien zijn er meer dan negentig landen geweest die verkiezingen hebben geadopteerd als dé manier bij uitstek om een goede regering te vormen.” De orthodoxie met betrekking tot verkiezingen is dus jong en geen gouden standaard; de volharding en zekerheid waarmee men dit gelooft is momenteel ook aan het afnemen, waardoor het sentiment boven komt drijven dat wellicht verkiezingen toch niet het enige (of beste) middel zijn om een democratie te sturen.
Monitory democracy
Het mantra achter een democratie is niet meer ‘one person, one vote, one representative’, maar eerder ‘one person, many interests, many voices, many sources of authority, mutiple votes, multiple representatives’. Keane noemt dit de monitory democracy, die mede vorm is gegeven “door het afbrokkelende orthodoxe geloof in verkiezingen. Tegenwoordig hebben burgers het gevoel dat ze effectiever en directer invloed kunnen uitoefenen door niet te wachten op verkiezingen en voorbij te gaan aan de cyclus die zo geprezen wordt in schoolboeken. Dus niet alleen eerlijke en vrije verkiezingen, maar vooral een constante publieke worsteling van burgers en hun afgevaardigden om invloed uit te oefenen in een media-saturated arena. ” Deze nieuwe insteek legt de nadruk op de enorme hoeveelheid instanties die ‘de macht’ in de gaten houden – Keane oppert dan ook om dit wellicht een “waakhond-democratie” te noemen.
Is er een toekomst voor verkiezingen?
Gezien het afnemende geloof in verkiezingen en de steeds beperktere invloed op het algemeen belang stelt Keane de vraag of verkiezingen wellicht hun beste tijd hebben gehad. “Verliezen verkiezingen hun grip op de democratie? Zijn ‘eerlijke en vrije’ verkiezingen een versleten dogma van halverwege de 20e eeuw die nodig vervangen moet worden, om plaats te maken voor nieuwe democratische mechanismes beter geschikt voor het huidige tijdperk? Overtuigende antwoorden op dit soort vragen zijn lastig, wellicht zal achteraf blijken dat dit de verkeerde vragen zijn, maar het ter sprake brengen alleen al is van belang.” Mogelijke scenario’s die Keane schetst zijn een democratie zonder verkiezingen, zoals bijvoorbeeld David van Reybrouck heeft geopperd, de mogelijkheid om verkiezingen weer nieuw leven in te blazen door middel van opschoning en een nieuw stelsel, of de illusie van het belang van verkiezingen moet doorbroken worden, waardoor de monitory democracy zich kan ontwikkelen om bagatellisering van verkiezingsresultaten te voorkomen.
Nederlandse democratie
Jieskje Hollander, wetenschappelijk medewerker van de Mr. Hans van Mierlo Stichting, verzorgde een coreferaat waar de blik van internationaal naar nationaal werd getrokken. “De ‘Nederlander’ heeft veel vertrouwen in de democratie, maar stukken minder in haar politici en de manier waarop politieke partijen werken. Het resultaat is een sfeer van gebrek aan vertrouwen niet in democratie, maar specifiek in de Nederlandse democratie.” Mensen zien hun stem niet terug in het beleid. De recent opkomende ‘doe-democratie’, iets waar D66 zich al een tijd hard voor maakt, biedt wellicht een uitweg. Dat de traditionele rol van verkiezingen ook in Nederland onder druk staat, vooral gezien het steeds verder versplinterende landschap, staat echter vast – een terugkeer van het algemeen belang in politieke discussies is noodzakelijk en gewenst, aldus Hollander.
“Een rechtvaardige wereldorde moet een continue ambitie zijn, ongeacht de omstandigheden van welke tijd dan ook. Maar het is duidelijk dat het in onze tijd een bijzonder urgente noodzaak is.” In de Marchantlezing 2014 pleit Dr. Abiodun Williams voor een nieuwe rechtvaardige wereldorde, waarin naast staatssoevereiniteit ook de soevereiniteit van individuen een belangrijke rol speelt. Zo’n wereldorde stelt niet de stabiliteit van staten centraal, maar de veiligheid van de mensen die in die staten wonen.
In een volle Rode Hoed verzorgde Dr. Abiodun Williams op 13 november 2014 de Marchantlezing, op uitnodiging van de Mr. Hans van Mierlo Stichting. Williams, president van The Hague Institute for Global Justice, is ervan overtuigd dat orde en rechtvaardigheid onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Het een kan niet zonder het ander. Zonder orde staat de wereld bol van conflicten, zonder rechtvaardigheid is vrede maar van korte duur, en alleen voor een handjevol bevoorrechte mensen.
Drie pilaren
Ondanks de sterk gegroeide internationale en niet-statelijke samenwerking in de afgelopen decennia, weet Williams dat de wereldorde begint bij staten. Maar het mag hier niet eindigen. “Een waarlijk rechtvaardige wereldorde moet gebaseerd zijn op zelfbeschikking, niet alleen voor staten, maar belangrijker nog, voor hun burgers. Een rechtvaardige wereldorde gaat uit van het imperatief van de menselijke waardigheid.” Volgens Williams rust een rechtvaardige wereldorde op drie pilaren: vrede, vertegenwoordiging en kansen. Individuen moeten gevrijwaard zijn van oorlog en conflict, hun belangen – individueel en collectief – moeten op een rechtvaardige manier vertegenwoordigd worden, en individuen moeten kansen krijgen om zich duurzaam te ontwikkelen.
Norm entrepreneurs
Williams ziet een belangrijke rol voor de Verenigde Naties. De Veiligheidsraad is verantwoordelijk voor internationale vrede en veiligheid. In de Algemene Vergadering zijn alle staten vertegenwoordigd. En de VN-organisaties stimuleren ontwikkelingskansen voor individuen en gemeenschappen, via programma’s voor mensenrechten, gendergelijkheid en duurzame ontwikkeling. Maar de VN is aan hervormingen toe, en zal desondanks altijd een imperfecte organisatie blijven, meent Williams. De wereld heeft daarom inspirerende leiders nodig, die als norm entrepreneurs nieuwe waarden en normen introduceren in de internationale politiek, zoals de Responsibility to Protect. En Williams ziet een belangrijke rol weggelegd voor denktanks, die tegelijkertijd ook ‘doetanks’ moeten zijn. Zij vormen het normatieve kader waarbinnen staten en internationale organisaties opereren.
Geloofwaardige leiders met zelfvertrouwen
D66-Europarlementariër Marietje Schaake pleit in haar reactie voor een value based approach in de internationale politiek. Uitgedragen door inspirerende en geloofwaardige leiders die pal staan voor de universele rechten van het individu. Zoals de Noorse oud-premier Stoltenberg, die na de terreurdaden van Breivik opriep tot juist meer democratie, openheid en participatie. Schaake wijst op de veranderende verhouding tussen de staat en het individu, mede door de technologische vooruitgang en het internet, en de groei van horizontale netwerken wereldwijd, bijvoorbeeld tussen consumenten en bedrijven. Juist nu hebben we daarom de mogelijkheid – en misschien wel de plicht – om met veel zelfvertrouwen collectief achter onze universele waarden te gaan staan.
Realiteit en praktijk
De aanwezigen in de zaal spiegelen de ambities van Williams en Schaake aan de realiteit. Hoe verhouden hun idealen zich tot de machtspolitiek en onvrijheden die recent op het internationale toneel de boventoon lijken te voeren? Zijn mensenrechten niet ook cultureel bepaald? En wil ieder individu eigenlijk wel actief deelnemen, vertegenwoordigd worden en meedenken over bestuur en ordening? Het zijn grote kwesties, waarover we het debat zullen blijven voeren. Om deze grote kwesties wat kleiner te maken, van het toneel van de internationale politiek naar het leven van alledag, presenteerde de Mr. Hans van Mierlo Stichting het essay ‘Denk en handel internationaal’. Net als Dr. Williams, benadrukt dit essay dat we een onderscheid moeten maken tussen de soevereiniteit van staten en die van het individu. Ook geeft het essay antwoord op vragen als: wat is internationaal denken? Hoe handel je daarnaar? En wat betekent internationaal denken en handelen voor mij als individu? Want, zoals Williams zijn lezing eindigde: “Een wereld gebaseerd op rechtvaardigheid is een nobel streven: onze taak is het om het realiteit te maken.”
Op donderdag 12 december sprak Gunter Pauli de Marchantlezing uit in de Rode Hoed te Amsterdam. Pauli ging tijdens zijn lezing in op de mentale omslag die nodig is om tot een duurzame economie te komen. De ruim 240 aanwezigen werden daarbij geconfronteerd met de beperkingen van het huidige duurzaamheidsdenken en geprikkeld om op zoek te gaan naar nieuwe oplossingen. Pauli stelde dat mensen nu nog teveel bezig zijn met het overanalyseren van de huidige klimaatproblematiek en de manier waarop we daarin verzeild zijn geraakt. In plaats daarvan moeten we volgens hem het verleden achter ons laten en vanuit de huidige situatie vooruitkijken.
Koffiedrab als mest voor paddenstoelen? Kevers die het gebruik van drijfgassen onnodig maken? Draaikolken in plaats van chemicaliën bij de productie van ijs? In zijn pleidooi voor een zogenoemde blauwe economie gebruikt de Belgische duurzaamheidsdenker Gunter Pauli deze en vele andere voorbeelden om te wijzen op de potentie van natuurlijke technieken en afvalstoffen. Met praktische voorbeelden uit de natuur demonstreert hij hoe slimme innovaties en de optimale benutting van restproducten voor duurzame en harmonieuze oplossingen zorgen. De kennis van bestaande ecosystemen staat hierbij centraal en biedt inspiratie voor een keten van innovatieve ideeën.
Met gebruik van deze voorbeelden probeert Pauli een bredere mentaliteitsverandering teweeg te brengen. Hij stelt dat duurzame mogelijkheden altijd aanwezig zijn, maar vaak ongezien blijven. Overheden, ondernemers en burgers zullen andere keuzes moeten maken en nieuwe initiatieven moeten ontplooien om deze mogelijkheden volledig te benutten. Maar hoe kunnen we deze individuele en collectieve mentaliteitsomslag het beste realiseren? In de Marchantlezing 2013 ging Pauli in op de menselijke neiging om te denken binnen gebruikelijke kaders en suggesties doen om dit te doorbreken. Hiermee stelt hij het bestaande duurzaamheidsdenken op de proef en pleit hij, geïnspireerd door de aanblik van de aarde vanuit de ruimte, voor de omslag naar een blauwe economie.
Na de lezing hield D66-Tweede Kamerlid Stientje van Veldhoven een coreferaat. Daarin ging ze in op het belang van duurzame innovatie en de rol van mensen onderling in de omslag naar een duurzame economie.
Op dinsdag 18 december sprak de gerenommeerde econoom en professor aan de IESE Business School te Barcelona, Pankaj Ghemawat, de Marchantlezing 2012 uit. Professor Ghemawat staat bekend vanwege zijn vernieuwende en verhelderende interpretatie van globalisering.
Globalisering wordt door velen afgedaan als een tot in den treuren besproken onderwerp. Onderlinge integratie wordt gepresenteerd als een feit, als een niet te stuiten kracht die geografische grenzen, ruimtelijke en tijdelijke afstanden, en nationale identiteiten met alle daarbij behorende lokale culturele verschillen uiteindelijk volledig zal doen vervagen. Ghemawat is echter niet uitgegaan van de algemene opvatting over globalisering, maar heeft talloze onderzoeken uitgevoerd om te kijken hoe geglobaliseerd we daadwerkelijk zijn. En de feiten vertellen ons dat we nog lang niet zo onderling verbonden zijn als we denken.
We leven niet langer in een wereld 1.0, een wereld van natiestaten met duidelijk getrokken grenzen. Maar van een volledig geïntegreerde wereld 2.0, waarin grenzen er niet langer toe doen, is nog lang geen sprake. Daarom introduceert Ghemawat het begrip wereld 3.0. Deze term beschrijft een wereld waarin grenzen wel degelijk van belang zijn en lokale verschillen worden gerespecteerd, maar waarin mensen ook open staan voor andere dingen, mensen en gedachten, voor de wereld buiten de bekende grenzen. In wereld 3.0 wordt de ruimte benut die er is voor grensoverschrijdende integratie en onderlinge verbondenheid.
De belangrijkste boodschap die in de lezing van Ghemawat dan ook naar voren kwam, is dat globalizering een keuze is. Globalisering is nog lang geen feit, en is geen zelfwerkzame kracht die geen bevordering behoeft. Ghemawat ziet hier een rol voor overheden en politieke organisaties weggelegd.
Beleidsmakers hebben namelijk wel degelijk invloed op het realiseren en bevorderen van globalisering en verdere onderlinge integratie. Mits aan de juiste regulering onderworpen, kan globalisering leiden tot niet alleen economische, maar ook culturele, militaire en politieke voordelen. Ghemawat heeft deze ideeën verwoord in zijn boek World 3.0. Bent u geïnteresseerd in een exemplaar van dit boek? Vraag deze dan aan door een mail te sturen naar: [email protected]/vanmierlostichting-2.
Frank van Mil, oud-wetenschappelijk directeur van de Van Mierlo Stichting, meent dat de grote verdienste van Ghemawat is, dat hij de onjuistheid van de gangbare definitie van het concept globalisering aantoont en er een rijke en genuanceerde interpretatie voor in de plaats stelt. Ghemawat’s combinatie van regulatie en openheid, van lokale aandacht en globale interesse doet recht aan de complexiteit van het begrip. Door hem een Nederlands podium te bieden, hoopte de Van Mierlo Stichting D66’ers, en sociaal-liberalen in het algemeen, een analytisch kader én een gedegen woordenschat te bieden om constructief na te denken over globalisering.
In het liberalisme heerst een groot vertrouwen op de rede van mensen. Mensen worden vaak beschouwd als homo economicus, die na een redelijke overweging van alle opties uiteindelijk de meest logische kiest. Met dit mensbeeld maken liberalen zich onnodig kwetsbaar voor kritiek, want mensen zijn niet alleen redelijk en rationeel.
Wat moeten liberalen met deze andere, ‘duistere’ en irrationele, kant van de mens? Op 8 december vond in de Geertekerk in Utrecht de tweede editie van de Marchantlezing plaats, getiteld: De paradox van rede en instinct.
Philipp Blom, auteur van het boek Het verdorven genootschap (Bezige Bij 2010), hield de lezing getiteld: ‘De paradox van rede en instinct.’ In de Marchantlezing 2012 ging Blom in op de paradox van rede en instinct. Blom schreef in zijn boek Het verdorven genootschap al over dit onderwerp. Het boek gaat over radicale Verlichtingsdenkers uit de achttiende eeuw. Deze denkers zagen de rede en het instinct niet als een zuivere tegenstelling, maar als een complementair paar. De rede werd volgens hen aangestuurd door het instinct.
Gedragseconome Henriëtte Prast trad op als coreferent. Prast is hoogleraar Persoonlijke financiële planning aan de Universiteit van Tilburg en was lid van de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid. In haar coreferaat ging zij in op de foutieve gelijkstelling van rationeel aan verstandig, en van irrationeel aan onverstandig.
De beroemde Amerikaans-Duitse filosofe Susan Neiman sprak zich tijdens de Marchantlezing 2009 uit over progressieve politiek en moraliteit. De lezing vond plaats op 4 december in de Lutherse Kerk in Amsterdam.
Aanleiding van de lezing was haar boek “Morele helderheid: Goed en Kwaad in de 21e eeuw”, waarin Susan Neiman pleit voor een herwaardering van het van idealen als geluk, redelijkheid, eerbied en hoop. Ze probeert ‘de morele concepten die links niet meer hardop uitspreekt’ terug te winnen en aan te tonen dat rechts ons in een moreel moeras heeft doen belanden.
Susan Neiman studeerde filosofie aan Harvard University en aan de Freie Universität in Berlijn en was hoogleraar filosofie aan Yale en aan de universiteit van Tel Aviv. Ze is directeur van het Einstein Forum in Potsdam. Eerder verscheen onder meer van haar hand Het kwaad denken. Een andere geschiedenis van de filosofie (2004).
Na de lezing van Susan Neiman trad prof. dr. Evelien Tonkens (UvA) op als coreferent.
Op zoek naar verdieping?
Elk kwartaal verdieping? Overweeg dan een abonnement op tijdschrift idee. Idee is het tijdschrift voor het sociaal-liberalisme van de Mr. Hans van Mierlo Stichting dat vier keer per jaar uitkomt.
Vier keer per jaar
Hét tijdschrift van sociaal-liberalisme
Digitaal abonnement mogelijk
Bedankt voor je inschrijving.
Vanaf nu ontvang je onze nieuwsbrief. Op zoek naar verdieping en verbreding van het sociaal-liberalisme? Neem dan nu een abonnement op Idee, hét tijdschrift van de Mr. Hans van Mierlo stichting.