Schuyer – Sneeuwruimen: liberalisme als levenshouding

Lees hier het pdf van dit artikel. In het algemeen geldt dat politieke overtuigingen ontstaan vanuit een levenshouding, een levensvisie, een levensopvatting. Als Fukuyama het heeft over ‘het einde van de geschiedenis’ betekent dat dan ook niets anders dan dat een bepaalde levenshouding zo dominant is geworden dat op grond daarvan tegenstellingen nauwelijks meer bestaan en de inrichting van de staat op grond van eenduidige beginselen wordt vormgegeven. Veelal worden deze beginselen met het begrip liberalisme weergegeven. Maar wat is het liberalisme als levenshouding? Een korte blik in de geschiedenis laat zien dat liberalisme geen eenduidig begrip is. Het is bijvoorbeeld nog geen tien jaar geleden dat een bepaalde, zich nu sociaal-liberale partij noemende organisatie met overtuiging pleitte dat de staat ervoor moest zorgen dat iedere burger - ook als deze niet werkte of wilde werken - recht had op een door de staat gegarandeerd basisinkomen. Een opvatting die in de kerntakendiscussie van vandaag niet meer te horen is. En de laatste liberale premier voor Mark Rutte was Cort van der Linden. In de mooie biografie die Den Hertog in 2007 aan hem wijdde, valt te lezen dat Van der Linden het individualisme verwierp en de burger zag als onderdeel van een grotere gemeenschap. Die gemeenschap kende een eigen ethiek en zorgde in de samenleving voor de noodzakelijke harmonie. De overheid had daarbij enkel een ondersteunende taak. Vanuit die opvatting organiseerden liberalen private organisaties die bijvoorbeeld de kinderwetten gingen uitvoeren. Vanuit die gedachte werd ook vanuit liberaal perspectief ingestemd met de onderwijspacificatie die het bijzonder onderwijs een financiële gelijkstelling bezorgde. De staat had in dit liberalisme een bescheiden rol. En hoewel de invloed van de staat ook nu nog steeds onderwerp van discussie is in liberale kringen, is er niemand meer die denkt in deze vorm van bescheidenheid. Een sterke private sector vraagt om een sterke overheid als tegenwicht. Dat kan ook niet anders meer omdat het mondiale aspect in onze samenleving zo sterk is geworden dat staten gezamenlijk hebben op te trekken in tal van zaken. Daarom is een open visie op Europa nu een vanzelfsprekend liberaal perspectief. En een ieder beseft dat de rol van de staat of, beter gesteld, de overheid, daarbij een andere is dan de rol van een lokale, regionale en zelfs nationale overheid. Wat mensen zelf kunnen, moeten mensen ook zelf doen. Dat is een modern liberaal credo. Daarom is in vrijwel alle gemeenten in Nederland het sneeuwvrij maken van de stoepen niet meer een taak van de gemeenten. Een liberaal met andere woorden veegt de sneeuw van zijn stoep voor het huis. Je hoeft maar over de besneeuwde straat te glibberen om te beseffen dat er veel te weinig liberalen zijn. Anderen vinden immers dat sneeuwruimen in de publieke ruimte een taak van de staat dient te zijn. Maar misschien zijn er wel heel veel luie liberalen en is dat de reden van de besneeuwde stoep.   Eddy Schuyer   Heeft dit artikel uw interesse gewekt? Klik hier voor meer info en abonnementen. -- Dit artikel verscheen in idee nr. 3 2011: Liberalisme & identiteit en is te vinden bij het onderwerp liberalisme.